Oorspronkelijk omwald hoevetje van het langgestrekte type. Omhaagd, met gras begroeid voorerf, met een onverharde zuidelijke erfoprit. Met wilgen afgezoomde resten van de omwalling bevinden zich achter het huis.
Ten noorden van het erf: boerenhuis van zes staltraveeën links + woongedeelte van drie traveeën en opkamertraveeën rechts en één bouwlaag, onder een zadeldak met overstekende rand (nokrichting parallel aan de straat, Vlaamse pannen en golfplaten) uit het eerste kwart van de 19de eeuw. Klimmende dakkapel boven de stal. Rode baksteenbouw; gele bakstenen markering van de sokkel. Getoogde kelderopening met een getralied kozijn onder de opkamer. Rechthoekige muuropeningen, onder meer blind in het stalgedeelte onder witbeschilderde strekken. Beluikte kozijnvensters met kleine roedeverdeling. Kozijndeur.
Bron: DELEPIERE A.-M. & HUYS M. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Poperinge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11n2, Brussel - Turnhout. Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Huys, Martine Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)