"Oosthof". Historische hoeve met losse, lage bestanddelen, U-vormig opgesteld rondom een onverhard, deels met gras begroeid (op de plaats van de vroegere vaalt) erf. Ten westen, boomgaard. Ten zuiden, gekasseide erfoprit, aan straatzijde geflankeerd door kapelletje. Rechthoekig gebouwtje van één travee onder zadeldak (leien). In 1936 heropgebouwd naar het oorspronkelijk uitzicht van 1800, zie deuromlijsting en twee gevelstenen in de achtergevel met respectievelijk opschrift: "Gestigdt door P.D.= Vloo I. Mahieu z. Huisvrouw 1800" en "Herbouwd door Camille Vanden Berghe zijne echtgenoote Zoë Devloo en kinders 1936". Rood bakstenen puntgeveltje met gevelsteen in de geveltop met afbeelding van het "Lam-Gods". Rondboogdeur omlijst door middel van pilasters waarboven architraaf en kroonlijst met opschrift: "O Maria mijnen toevlucht bid Jesus voor mij". Zijgevels geajoureerd door middel van rondboogvensters met glasramen, waarop de Engelbewaarder (links) en Franciscus Xaverius (rechts) zijn afgebeeld.
Ten noorden van het erf, boerenhuis van zes traveeën en drie opkamertraveeën rechts onder licht gebogen, kort overstekend zadeldak (mechanische pannen), hoger opgetrokken bij het opkamergedeelte. 17de-eeuwse kern, zie geprofileerde schoorsteen rechts en de verdiepte, korfboogomlijsting met geprofileerd halfbol beloop van de rechthoekige opkamervensters, (oorspronkelijk drie, thans één gedicht) en van de twee rechthoekige zoldervensters in de rechter zijgevel; 18de-eeuwse kern voor het woongedeelte links, zie jaartal 1759 aangebracht in kerfsneetechniek op de geprofileerde balkslof binnenin, behouden houtwerk (deuren, balken en - sloffen) binnenin; echter 19de-eeuws gevelparement voor woongedeelte links. Drie rechthoekige recente kelderopeningen; sporen van een korfbogige kelderopening in de opkamer rechts. Getoogde, aangepaste muuropeningen met 20ste-eeuws houtwerk.
Behouden achtergevel. Getoogde kelderopening links van de deur waarboven rechthoekig kruiskozijn uit het vierde kwart van de 18de eeuw met luiken; tralies; schuiframen met geprofileerde wisseldorpel en kleine roedeverdeling. Voorts getoogde vensters met beluikte 19de-eeuwse kozijnen onder meer één getralied rechts van de deur, twee met schuiframen links van de deur. Kozijndeur met driedelig bovenlicht, getralied aan binnenzijde. Onderkelderd aanbouwsel uit het eerste kwart van de 19de eeuw tegen het opkamergedeelte, waarin twee getoogde kozijnen met luiken.
Rechts zijpuntgevel. Gehalveerd aandak (rechts) met muurvlechtingen. Twee rechthoekige kelderopeningen. Gedichte korfbogige muuropening links. Rechthoekig kozijnzoldervenster in dito omlijsting.
Ten zuidwesten, dwarsschuur met wagenhuisgedeelte links onder licht gebogen zadeldak (nok loodrecht op het huis, mechanische pannen) met overstekende rand op houten modillons en schoorstukken. 1873 jaarsteen in linker zijgevel. Rode baksteenbouw; stijl- en regelwerk met houten plankenbeschieting in het wagenhuisgedeelte. Asemgaten. Uilengaten in de zijgeveltoppen. Krukgebint (vier traveeën).
Ten zuiden, dwarsschuur onder overstekend zadeldak (nok parallel aan het huis, mechanische pannen) op houten modillons, uit het vierde kwart van de 19de eeuw - eerste kwart van de 20ste eeuw. Rode baksteen. Asemgaten.
Rechthoekige schuurpoort. Recente uitbouw onder lessenaarsdak links. Ten oosten, stalvleugel onder zadeldak (nok loodrecht op het huis, mechanische pannen) met overstekende dakrand op houten modillons; drie klimmende dakvensters. Uit de tweede helft van de 19de eeuw. Rode baksteen. Getoogde muuropeningen. Vermoedelijk aanbouwsel van vier linker traveeën, zie aandak.
Ten noordwesten, tot tabaksast opgetrokken stalletje, uit het eerste kwart van de 20ste eeuw.