is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve De Oude Vlieg
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Hoeve De Oude Vlieg: gebouwen en erf
Deze bescherming is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd stads- of dorpsgezicht, intrinsiek Hoeve De Oude Vlieg: parkje
Deze bescherming is geldig sinds
De Oude Vlieg is een semi-gesloten hoeve, gelegen op het hoekperceel van de Vliegstraat met de Steenweg. Het complex omvat een 17de-eeuws woonhuis en een knechtenkwartier, paardenstal, bakhuis en dwarsschuur uit de 19de eeuw. De hoeve is gelegen in het oude kwartier Hemelsveld.
De Oude Vlieg staat reeds afgebeeld op de Ferrariskaart (1771-77) als een ruim, gesloten complex met inrit aan de zijde van de Vliegstraat en tuinen in het oosten en zuiden. Het gebouw lag quasi in het centrum van het oude Alkense gehucht Roodstaart, dat grosso modo rond het kruispunt Steenweg-Vliegstraat-Lindestraat te situeren is. Op de Ferrariskaart wordt het gehucht als Hameau Roodt Stert vermeld.
De oude vierkantshoeve zou teruggaan tot de 17de eeuw; het algemene bouwvolume zou inderdaad uit die periode kunnen stammen. Sommige bronnen spreken van bouwjaar 1635, maar dit slaat hoogstens nog op het woonhuis. Op de Vóór-primitieve kadasterkaart van 1809 door Groulard vormen de gebouwen een U en een L rond een vierkante binnenplaats en zijn ze omgeven door omhaagde percelen. De Primitieve kadasterkaart van 1830, door C. Vandevelde, geeft voor de gebouwen geen veranderingen, maar wel voor de omliggende percelen. Dankzij de kadastrale legger krijgt men daarover meer inlichtingen. De boerderij bezit ook een kleine brouwerij, bij de poort ligt een weide, zowel ten noorden als ten zuiden is er een tuin, ten westen een boomgaard met T-vormige vijver en bij het goed hoort een groot L-vormig bouwland dat aan een voetweg grenst. Het pand wordt in de Buurtwegenatlas (1840-44) nog steeds grotendeels in gesloten vorm weergegeven, met een soort open doorrit aan de zijde van de Vliegstraat, maar werd in eerste instantie verbouwd omstreeks het midden van de 19de eeuw. De dienstvleugels werden aangepast in de tweede helft van de eeuw; de open doorrit werd vergroot door verwijdering van een bijgebouw.
In de Atlas wordt links van de hoeve ook een vijver aangeduid met een eigenaardige T-vorm. Deze is wellicht een restant van een gracht, maar schijnbaar verdedigde deze niet de Oude Vlieg, maar een gebouw op het links belendende perceel. Ferraris duidt hier nog een kleinere U-vormige hoeve aan, de vijverpartij volgde toen exact een gedeelte van de toenmalige perceelsgrenzen. Het water heeft in oorsprong hoe dan ook niets te maken met de Vlieg, maar werd naderhand, toen ook de hoeve verdwenen was, in de tuin van het complex verwerkt. Of toen reeds de huidige landschapstuin bestond, is onduidelijk. Een mondelinge overlevering schrijft de parkaanleg toe aan Georges Lambert Bernard de Lance (1765-1840), ambtenaar bij Waterstaat in de Oranjetijd en bekend van onder meer de aanleg van promenades.
In 1910 was het goed in het bezit van Jean-François-Floribert Farcy, notaris te Hasselt, die het in dat jaar verkocht aan Guillaume Stellingwerff van Hasselt. Het doet vanaf dan dienst als buitengoed van de familie Stellingwerff.
De Oude Vlieg is een semi-gesloten hoeve, eerder gericht op de Vliegstraat dan op de Steenweg. Het woonhuis is gesitueerd aan de straatzijde, met rechts de vergrote open doorrit. Hierlangs is het erf toegankelijk, dat uitgerust is met gekasseide paden langsheen de gebouwen. Links achter het woonhuis, aan de zijde van de Steenweg, strekt zich dwars op het woonhuis het knechtenkwartier uit. De rechterzijde van het erf wordt afgebakend door een korte vleugel met paardenstallen en een bakhuis. De achtervleugel bestaat uit een uitgestrekte dwarsschuur, waarin aan weerszijden veestallingen zijn uitgespaard. Onder hetzelfde dak, lijnrecht tegenover de open inrit, is een wagenhuis voorzien. Tegen de achtergevel van de schuur, links en rechts in het verlengde van de zijvleugels, zijn twee aanbouwen gerealiseerd, zodat een soort achtererf wordt afgebakend.
Het woonhuis is volledig opgetrokken in wit gekalkt baksteenmetselwerk op een gepikte plint en onder een kunstleien zadeldak met centrale spits op de nok. De voorgevel ligt aan straatzijde en telt zes traveeën en twee bouwlagen. Een min of meer centrale, rechthoekige deur in een vlakke, hardstenen omlijsting met neuten, verleent toegang tot het pand. Het oorspronkelijk houtwerk van de deur bleef bewaard, evenals een bovenlicht met roedeverdeling. De toegang wordt bekroond door een markies op gekrulde ijzeren schoren. Rechthoekige vensters, voorheen beluikt, met een hardstenen latei en lekdrempel, zijn ritmisch over de gevel gespreid. De vensterrij wordt zijdelings over de kopgevels doorgetrokken. Enkel de linkse zijgevel, aan de zijde van de Steenweg, vertoont nog sporen van de 17de-eeuwse kern, met aandak, vlechtingen en muurankers. De rechtse zijgevel is afgewerkt met een driehoekig fronton met een centrale, geprofileerde oculus met roedeverdeling. De erfzijdegevel is grotendeels blind, op een deur, in vlakke kalkstenen omlijsting op neuten, en een bovenvenster na.
Intern vertoont de woning een dubbelhuisindeling, met een centrale gang, aan straatzijde geflankeerd door ruime vertrekken met schoorstenen, aan de achterzijde door een traphal en kleinere dienstvertrekken, waarvan de rechtse met het knechtenkwartier in verbinding staan.
De linkervleugel, het knechtenkwartier, telt zes traveeën en anderhalve bouwlaag en is opgetrokken in wit gekalkte baksteen onder een zadeldak met Vlaamse pannen. De deur en vensters zijn getoogd. De deur heeft nog een bovenlicht met roedeverdeling, de vensters hebben kalkstenen lekdrempels. De vleugel herbergt een keuken, was- en bergplaats. Aan de erfzijde is hiervoor een pomp voorzien, met hardstenen waterbekken, gedateerd 1817.
De rechtervleugel in het zuidoosten, met de voormalige paardenstal en het bakhuis, is opgetrokken in witgekalkte baksteen, onder een schilddak met Vlaamse pannen. De gevel omvat getoogde muuropeningen en een zolderluik. Tegen de vrije zijgevel aan straatzijde is een bakoven aangebracht.
De dwarsschuur is uitgewerkt in stijl- en regelwerk (ankerbalkgebint) met witgekalkte, lemen vullingen, op een bakstenen stoel met gepikte plint en onder een zadeldak met Vlaamse pannen. De deuren in de uiterste traveeën zijn voorzien van bovenlicht; voorts kunnen een deur en een schuurpoort worden geciteerd. De aanbouwen achter de dwarsschuur zijn te beschouwen als verlengstukken van de zijvleugels. Ze zijn volledig op dezelfde manier afgewerkt en herbergen dienstvertrekken.
Het huis is omgeven door een mooi parkje in Engelse landschapsstijl, waarin zich een vijver bevindt, die waarschijnlijk een restant is van de gracht rond een verdwenen complex dat nog wordt weergegeven op de Ferrariskaart maar al niet meer in de Buurtwegenatlas. Een boomgaard omgeeft nog gedeeltelijk deze lusttuin, als typische component van het voormalige cijnshof. Het ensemble is onmiskenbaar pittoresk, met sterke historische verwijzingen in een uniformiserend 19de-eeuws kader.
Bron: Beschermingsdossier DL002248, Hoeve De Oude Vlieg (digitaal dossier)
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is gerelateerd aan
Parkje en hoogstamboomgaard van hoeve de Oude Vlieg
Is deel van
Steenweg
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve De Oude Vlieg [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/31719 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.