De Rode Hoeve is een gesloten hoeve, gelegen aan de Alfonsstraat en omgeven door omhaagde hoogstamboomgaarden, typerend voor het Droog-Haspengouwse agrarisch landschap. Het complex bestaat uit een woonhuis uit de 18de eeuw en dienstgebouwen uit de 19de eeuw.
Historiek
De Rode Hoeve wordt reeds op de Ferrariskaart (1771-1777) afgebeeld als een gesloten geheel. De Atlas der Buurtwegen (1840) geeft een semi-gesloten gebouw weer, maar naderhand, onder meer in 1860 en 1877 (volgens mutatieschetsen), evolueerde het pand opnieuw naar de huidige gesloten toestand. Voor zover er al geen verband bestaat met het kasteelgoed van Bommershoven, is de hoeve te beschouwen als één van de grote winningen die werden ingeplant door allerhande feodale instanties (vergelijk met het Biezenhof van Alden Biesen, schuin tegenover de Rode Hoeve).
Beschrijving
De Rode Hoeve is een bakstenen complex rond een rechthoekig gekasseid erf met een centrale mestvaalt. De straatvleugel omvat een poort, links geflankeerd door een stal, rechts door een wagenschob, de rechtervleugel is opgevat als woonhuis met aansluitende stallen, ook de linkervleugel omvat stallen, de achtervleugel fungeert als dwarsschuur met aangebouwd schob. Een ommuurde tuin leunt ten zuiden bij het complex aan.
Het woonhuis, van het dubbelhuistype, zou dateren uit de eerste helft van de 18de eeuw, waar de overige gebouwen uit de eerste helft van de 19de eeuw dateren. Het gebouw telt twee bouwlagen, op een verhoogde begane grond en onder een wolfsdak. De erfgevel telt een ongelijk aantal traveeën (drie en vier), de tuingevel telt zes traveeën. De verankerde erfgevel omvat een rechthoekige deur met een bovenlicht met metalen roedeverdeling, keldergaten, voorheen beluikte kruiskozijnen met sponningbeloop op de eerste bouwlaag en kloosterkozijnen op de tweede. Alle muuropeningen zin in natuursteen uitgewerkt. De verankerde tuingevel omvat kruis- en kloosterkozijnen in een natuurstenen omlijsting en is voorzien van een centrale dakkapel. De verankerde zijgevel (straatzijde) is voorzien van vier rechthoekige muuropeningen in een natuurstenen omlijsting, waarvan de onderste twee blind zijn.
De bij het huis aanleunende stallen hebben muuropeningen in rechthoekige hardstenen omlijstingen en een laadvenster in een overhangende dakkapel. Het poortgebouw draagt een duifhuis aan de erfzijde. De verankerde straatgevel wordt gedomineerd door een rondboogpoort in een verankerde, geprofileerde, kalkstenen omlijsting met negblokken. Mergelstenen asemgaten zijn over de gehele straatgevel verspreid. De erfgevel is opengewerkt met segmentboogvormige poorten en rechthoekige muuropeningen in natuurstenen omlijstingen. De noordelijke stalvleugel omvat aan de erfzijde rechthoekige muuropeningen met deels gerecupereerde omlijstingen. Via de straat is de vleugel toegankelijk langs een bakstenen steekboogpoort. De erfgevel van de onderkelderde dwarsschuur bestaat uit twee rondboogpoorten in een verankerde hardstenen omlijsting, de rechtse voorzien van negblokken. De achtergevel toont een korfboogpoort met mergelstenen sluitstenen en kalkstenen posten. Tegen de schuur is een schob met lessenaarsdak aangebouwd.
- Beschermingsdossier DL002294, Aspecten van Bommershoven (J. Gyselinck, 2003, digitaal dossier).
- PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België. Architectuur. Provincie Limburg. Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14N4, Turnhout, 105-106.