Gesloten hoeve, eertijds afhankelijk van de landcommanderij Alden Biesen. Eerste vermelding in 1309. Aan de winning was een laathof verbonden. Uit de pacht blijkt dat het één van de rijkere hoeven van de Orde was. Op een kaart van 1719 met voorstelling van het Ordebezit in Bommershoven, was de hoeve nog niet gesloten; naast het woonhuis worden ruime dwarsschuren, vijf schaapskooien, varkensstallen en een runderstal aangeduid; bakhuis en waterput liggen achter het woonhuis; alle deze gebouwen zijn van vakwerk. In 1797 wordt de hoeve openbaar verkocht aan Michel Laurent Selys uit Luik. De gebouwen worden in de loop van de tweede helft van de 19de eeuw ingrijpend gerenoveerd.
Op de Ferrariskaart (1771-77) afgebeeld als een gesloten hoeve, in de Atlas van de Buurtwegen (1844) als semi-gesloten. Thans gesloten bakstenen complex onder zadeldaken, uit de tweede helft van de 19de eeuw, met oudere kern. Op de mergelstenen sluitsteen van de inrijpoort de datum 1861. Bakstenen korfboogpoort; aan de erfzijde rechthoekig onder houten latei en duifhuis.
In de noordoostvleugel, woongedeelte van vijf traveeën en twee bouwlagen. Sterk verhoogde begane grond; kelderdeur en -gaten in hardstenen omlijsting. Getoogde bakstenen vensters met hardstenen lekdrempels. Rechthoekige deur in hardstenen omlijsting op neuten; dubbele steektrap met bordes en ijzeren leuning.
In de noordwestvleugel, stallen met rechthoekige poorten; verschillende gevelstenen: 1858 (rechts) en 1884 A.H. (links).
In de zuidwestvleugel, een dubbele dwarsschuur; boven één van de beide rondboogpoorten een gevelsteen met de inscriptie: 188[4?] J.B. en D.L. Halverwege het dak is er een brandgevel. Aan de veldzijde een aangebouwd schob onder lessenaarsdak.
Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000.
De hoeve van Bommershoven, in Alden Biesen Vroeger en Nu, 48, 1996, pagina 2.
MERTENS J., Hoge heren en kleine lieden. Een Limburg-aflevering in "Vlaamse Stam", in Limburg, 73, 1994, pagina 249-251.
PAQUAY J., De hoeven der kerkelijke instellingen in Limburg, Verzamelde Opstellen, 4, 1928, pagina 137.
Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Aanvullende informatie
Direct ten noordoosten, aansluitend aan de hoeve bevindt zich een hoogstamboomgaard. Reeds op de kabinetskaart van de Ferraris (1771-1778) staan hier hoogstamboomgaarden afgebeeld. Deze boomgaarden bij hoeves zoals het Biezenhof passen in het historische beeld van de hoeve met een (kleine) hoogstamboomgaard voor eigen consumptie. Deze boomgaarden bestonden veelal uit verschillende fruitsoorten, zoals hier ook nog steeds het geval is. De huidige bomen zijn niet heel oud, maar dragen bij aan de context- en ensemblewaarde met de hoeve en het weiland. De weide wordt nog altijd begraasd door koeien.