Alleenstaande villa van circa 1920, met late art-nouveau-inslag. Drie traveeën en twee en een halve bouwlaag onder wolfsdak. Bakstenen gebouw met souterrain en breukstenen plint. Inspringende middentravee; erkervormig risaliet onder zadeldak in de rechtertravee. Banden van gele, geglazuurde baksteen. De halve bovenverdieping is in gecementeerd imitatie-vakwerk. Muuropeningen van verschillende vormen, op de benedenverdieping onder metalen I-balken; ontlastingsbogen van gele, geglazuurde baksteen. Veranda onder een balkon op twee gietijzeren zuiltjes.
Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)