Neoclassicistische kerk, gebouwd in 1832 onder het pastoraat van G. Schuermans. Zij vervangt een ouder gebouw op dezelfde plaats; deze kerk was gesloten van 1798 tot 1803, maar het mobilair werd van verkoop gered. In 1966 wordt een deel van het interieur verwoest door een brand in de zuidoosthoek van de kerk. Gelegen binnen het ommuurde kerkhof.
De plattegrond beschrijft een éénbeukig schip van drie traveeën met westelijke toren, geflankeerd door kapellen, koor van één rechte travee met driezijdige sluiting en recent aangebouwde sacristie aan de zuidzijde. Bakstenen gebouw onder zadeldak (leien), voorzien van rondboogvensters in een omlijsting van kalk- en mergelsteenblokken. Mergelstenen hoekbanden aan het koor. De toren heeft in de onderbouw kalkstenen hoekbanden; hierbij werd gebruik gemaakt van stukken van oude kalkstenen grafkruisen. Hardstenen rondboogportaal met neuten en imposten; datering 1832 op de sluitsteen; erboven een bakstenen rondboognis. Spitsboogvormige, bakstenen galmgaten. Geprofileerde, mergelstenen kroonlijst. Ingesnoerde naaldspits (leien).
Bepleisterd interieur. Gedrukt tongewelf op een gekornist entablement, gedragen door pilasters.
Mobilair: schilderij met voorstelling van de Aanbidding van de Herders uit begin 18de eeuw. Houten beeld van Sint-Sebastiaan (16de eeuw); houten beeld van Sint-Antonius Abt (17de eeuw); beeld van Sint-Pantaleon, gepolychromeerd hout (19de eeuw); houten beeld van Christus aan het kruis (19de eeuw). Hoofdaltaar in gemarmerd hout (18de eeuw); noordelijk zijaltaar in gemarmerd hout (tweede helft 18de eeuw); dienstaltaar samengesteld uit fragmenten van de voormalige preekstoel. Twee biechtstoelen uit eerste helft 18de eeuw; bidstoel uit tweede helft 18de eeuw. Doksaal met balustrade van 1747; orgel van A. Clerinx van circa 1853, gerestaureerd in 1992 door J. Moors en A. Arnolds. Hardstenen doopvont uit eerste helft 19de eeuw. Keramische kruisweg van Kovács (1980). Figuratieve glasramen (19de eeuw).
Vóór het portaal een grote grafsteen met wapenschilden, sterk verweerd en onleesbaar.
GEUKENS B., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Limburg, Kanton Borgloon, Brussel, 1977, p. 53-54.
GOOLE F. – POTARGENT P., Graf- en gedenkschriften uit de provincie Limburg. Reeks 2, deel 1, Tongeren, 1972, p. 52-54.
Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)