Teksten van Sint-Pieterskapel

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/32215

Sint-Pieterskapel ()

De kapel Sint-Pieters is een romaanse kapel, waarvan de plattegrond een zaalkerk beschrijft met een schip van twee traveeën en een koor van een rechte travee met vlakke sluiting. De kapel ligt te midden van een rijke boomgaard en langsheen de oostzijde van een driehoekig pleintje waar vier veldwegen elkaar kruisen. Om haar heen groeperen zich een aantal dorpswoningen. De kapel wordt omgeven door een kerkhof met haagafsluiting.

Historiek

Vóór het einde van de 13de eeuw (terminus ante quem naar de oudste grafsteen in de kapel) werd in Heurne een quarta-capella gesticht, afhankelijk van de kerk van Vechmaal, met Sint-Pieter als patroonheilige. De aanwezigheid van de grafstenen van de heren van Heurne doet vermoeden dat zij de stichters waren. Het patronaatsrecht, oorspronkelijk in handen van het kapittel van het Luikse Sint-Martinuskapittel, kwam in de 15de eeuw in bezit van de door het kapittel aangestelde vicaris van Vechmaal. Aanvankelijk werd de kapel bediend door een residerende rector, maar vanaf de 16de eeuw nam de pastoor van Vechmaal de meeste diensten waar.

In 1554 werd een nieuw portaal aangebracht. Mogelijk werd dan het roosvenster boven het portaal geplaatst en de oorspronkelijke vensters vervangen door mergelstenen vensters met gotische profilering, waarvan resten van de omlijsting in het schip bewaard bleven. In 1628 werden het koor en het altaar als vernield vermeld; de oorzaak hiervan is niet bekend. Een datering 1662 in de oostelijke gevel van het koor verwijst naar de heropbouw van dit gedeelte. De thans duidelijke scheiding tussen schip en koor dateert uit deze periode, evenals de resten van de mergelstenen omlijsting van de rondboogvensters. In de 17de eeuw en in 1725 werden dakwerken uitgevoerd. In de 18de eeuw werden de vensters vervangen door de huidige, kalkstenen vensters. Dit gebeurde waarschijnlijk gelijktijdig met de bepleistering en decoratie van het interieur, welke werken door een chronogram 1752 gedateerd zijn. Verdere restauraties volgden in 1906 (dakwerken) en 1971-1973 (herstelling van de toren); bij laatstgenoemde restauratie werd een later toegevoegd, bakstenen portaal afgebroken, en de toren en het dak hersteld. Een grondige restauratie gebeurde in 1989-1990 onder leiding van P. Stevens (Hasselt).

De kapel heeft altijd een centrale functie vervuld in de dorpsgemeenschap: de schepenbank van Heurne, in de 18de eeuw opgeslorpt door de schepenbank van Vechmaal, vergaderde onder een linde die vóór de kapel stond. De hoeve de Bellefroid is onmiddellijk naast het heiligdom te situeren, een rechtstreeks pad leidt naar het kasteel van Heurne.

Beschrijving

De kapel werd opgetrokken in silex. De venster- en deuromlijstingen en de hoekblokken werden uitgevoerd in mergelsteen uit de groeven van de streek. Waar de muurpartijen het uiteinde van het dak, met leistenen bedekt, dragen, werden enkele lagen in baksteen aangebracht. De westzijde van de kapel draagt een vierkante toren met een ingesnoerde, achtzijdige naaldspits als bekroning.

In de beuk werden de kleine rondbogige vensters vervangen door grotere ramen met gotische profilering (spoor buitenmuur zuidzijde). Wellicht gebeurde dit gelijktijdig met het aanbrengen van een rosasvenster in de westgevel (nu toegemetst).

Het 17de-eeuws koor werd, blijkens sporen in de zuid- en noordmuur verlicht door twee rondbogige vensters. In de tweede helft van de 18de eeuw werden er grote ramen met een segmentboogvormige bekroning en zware negblokken als stijlen zowel in de beuk als het koor aangebracht.

De binnenruimte werd met stucwerk in rococostijl gedecoreerd. Een chronogram op de moerbalk tussen het koor en de beuk luidt als volgt: “IN GLORIAM CEPHAE DECOROB” (1752). De overdekking gebeurt door middel van een vlakke zoldering.

Mobilair

  • beeld van Sint-Lucia, gepolychromeerd hout, Meester van de heilige Lucia van Oostham, gothico-renaissance (1530-1540)
  • beeld van Sint-Petrus, gepolychromeerd hout (eind 16de-begin 17de eeuw)
  • beeld van Sint-Leonardus, geperst karton (eerste helft 18de eeuw)
  • calvariekruis, hout, oorspronkelijk gepolychromeerd (17de eeuw?)
  • portiekaltaar, aan weerszijde geflankeerd door een lambrisering, beschilderd en gemarmerd hout (4de kwart 18de eeuw), gerestaureerd in 1845 volgens een datering bovenaan het altaar
  • preekstoel, thans gebruikt als altaar, eik (tweede helft 18de eeuw)
  • doksaal met balustrade, eik (18de eeuw)
  • decoratieve plafondbeschildering en florale motieven in de vensternissen
  • kerkbanken, eik (eerste helft 19de eeuw)
  • grafsteen met persoonsvoorstelling van Daniel van Hinnisdael, genaamd de Horne (+ 1298)
  • grafsteen van de familie de Bellefroid, onder meer Robertus de Belfroid, schout en schepen van Vechmaal (+ 17..), Maria Hamonts, zijn echtgenote (+ 1751) en Petrus de Belfroid, schout van Vechmaal (+ 1770)
  • grafsteen van de familie Bosch (1723)
  • Archief Onroerend Erfgoed Limburg, DL000151, Kapel van Horn, verslag.

Auteurs:  Schlusmans, Frieda; Pauwels, Dirk
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Schlusmans F. & Pauwels D. 2016: Sint-Pieterskapel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/177137 (geraadpleegd op ).


Sint-Pieterskapel ()

Historiek

De stichtingsdatum van de romaanse kapel is niet bekend, doch situeert zich waarschijnlijk vóór eind 13de eeuw; de aanwezigheid van de grafstenen van de heren van Horne doet vermoeden dat zij de stichters waren. In 1554 wordt een nieuw portaal aangebracht; mogelijk wordt dan het roosvenster boven het portaal geplaatst en de oorspronkelijke vensters vervangen door mergelstenen vensters met gotische profilering, waarvan resten van de omlijsting in het schip bewaard bleven. In 1628 worden het koor en het altaar als vernield vermeld; de oorzaak hiervan is niet bekend; een datering 1662 in de oostgevel van het koor verwijst naar de heropbouw van dit gedeelte; de thans duidelijke scheiding tussen schip en koor dateert uit deze periode, evenals de resten van de mergelstenen omlijsting van de rondboogvensters.

In de 17de eeuw en 1725 worden dakwerken uitgevoerd. In de 18de eeuw worden de vensters vervangen door de huidige, kalkstenen vensters; dit gebeurt waarschijnlijk gelijktijdig met de bepleistering en decoratie van het interieur, welke werken door een chronogram 1752 gedateerd zijn. Verdere restauraties in 1906 (dakwerken) en 1971-73 (herstelling van de toren); bij laatst genoemde restauratie werd een later toegevoegd, bakstenen portaal afgebroken, toren en dak hersteld. Grondige restauratie in 1989-90 onder leiding van P. Stevens (Hasselt). De kerk ligt te midden van het kerkhof, dat nooit ommuurd was, maar omgracht en voorzien van een aarden wal; het is thans omhaagd.

Beschrijving

Romaanse kapel, waarvan de plattegrond een zaalkerk beschrijft met schip van twee traveeën en koor van één rechte travee met vlakke sluiting. Opgetrokken uit breuksteen (silex), met verwerking van Romeins materiaal, onder meer pannen, waarschijnlijk afkomstig van de in de buurt gelegen villa. De mergelstenen hoekbanden dateren waarschijnlijk uit de periode van de heropbouw van het koor; laatst genoemde is voorzien van een plint met mergelstenen afzaat. Zadeldaken (leien). Met leien beklede dakruiter boven de oostgevel, onder ingesnoerde naaldspits.

De oostgevel is voorzien van een rondboogportaal in een geprofileerde kalkstenen omlijsting met negblokken en datering 1554 op de sluitsteen; erboven een mergelstenen roosvensters, mogelijk uit dezelfde periode. De zijgevels zijn voorzien van getoogde vensters in een kalkstenen omlijsting met sluitsteen en negblokken in regelmatige verband, daterend van 1752.

In de zuidgevel bleef een gedeelte bewaard van een geprofileerde mergelstenen omlijsting van een spitsboogvenster. Het koor behield in beide zijden resten van de mergelstenen omlijsting van de oorspronkelijke rondboogvensters.

De westgevel van het koor is voorzien van een gedicht venster onder mergelstenen latei met bakstenen ontlastingsboog, waarboven de mergelstenen gevelsteen met datering 1662; de geveltop is van baksteen.

Bepleisterd interieur. Overdekking door middel van een vlakke zoldering. Beschildering en rococo-stucwerk dateren van 1752 zoals blijkt uit een op de zoldering geschilderd chronogram: IN GLORIAM CEPHAE DECOROB.

Mobilair: beeld van Sint-Lucia, gepolychromeerd hout, Meester van de heilige Lucia van Oostham, gothico-renaissance (1530-1540); beeld van Sint-Petrus, gepolychromeerd hout (eind 16de eeuw - begin 17de eeuw); beeld van Sint-Leonardus, geperst karton (eerste helft van de 18de eeuw); calvariekruis, hout, oorspronkelijk gepolychromeerd (17de eeuw?).

Portiekaltaar, aan weerszijde geflankeerd door een lambrisering, beschilderd en gemarmerd hout (vierde kwart van de 18de eeuw), gerestaureerd in 1845 volgens een datering bovenaan het altaar. Preekstoel, thans gebruikt als altaar, eik (tweede helft van de 18de eeuw). Doksaal met balustrade, eik (18de eeuw). Kerkbanken, eik (eerste helft van de 19de eeuw). Decoratieve plafondbeschildering en florale motieven in de vensternissen.

Grafsteen met persoonsvoorstelling van Daniel van Hinnisdael, genaamd de Horne (+ 1298); grafsteen van de familie de Bellefroid, onder meer Robertus de Belfroid, schout en schepen van Vechmaal (+ 17..), Maria Hamonts, zijn echtgenote (+ 1751) en Petrus de Belfroid, schout van Vechmaal (+ 1770); grafsteen van de familie Bosch (1723).

Op het kerkhof, grafsteen van Jenena van Hunusdael (+ 1636); fragment van een grafkruis met gotisch opschrift (16de eeuw).

  • DEWELF A. e.a., Het dorpsverleden van Vechmaal, Vechmaal, 1978, p. 65-76.
  • DEWELF A. & ANCIAUX K., De St.-Pieterskapel van Horne en haar landelijke omgeving, Vechmaal, 1990.
  • GEUKENS B., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Limburg, Kanton Borgloon, Brussel, 1977, p. 48.
  • S.N., Laat-gotische beeldsnijkunst uit Limburg en Grensland, St.-Truiden, 1990, nr. 253.
  • VAN CASTER E. & OP DE BEECK R., De grafkunst in Belgisch Limburg. Vloerzerken en -platen met persoonsvoorstellingen (13e tot 17e eeuw), in Maaslandse Monografieën; 4), Assen, 1981, p. 56-57.
  • VAN LAERE R., Het Luciabeeld van Sint-Pieters-Horne (Vechmaal), in Limburg, 66, 1987, p. 220-221.
  • SIMENON G., Geschiedenis der voormalige heerlijkheid Vlijtingen, Maastricht, 1901, p. 727-728.

Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout.
Auteurs:  Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Schlusmans F. 1999: Sint-Pieterskapel [online], https://id.erfgoed.net/teksten/32215 (geraadpleegd op ).