Waarschijnlijk eertijds gesloten hoeve, zogenaamde Borgwinning, met resten van grachten, op de Ferrariskaart (1771-1777) Maison de Plaisance Borcht genoemd en aangeduid als een U-vormig complex met een losstaand bestanddeel (woonhuis?) ten noordwesten, in de Atlas van de Buurtwegen (1844) Ferme Terborgt genoemd en aangeduid als een gesloten complex met één losstaand bestanddeel ten noordoosten. Het werd opgetrokken uit materialen van de voormalige burcht van de heren van Langdries, die de kern vormde van een allodiaal goed, en die in 1315 en 1328 werd verwoest.
Langdries was een grootleen van de graven van Loon. De eerste vermelde heer van Langdries is Libert van Langdries (1266). Jean de Langdries koos de zijde van de Waroux tegen de Awans tijdens de burgeroorlog van 1315 en sneuvelde in de het gevecht van Dammartin in 1325. In 1469 kwam het goed in het bezit van de familie de Bergh. Het is niet duidelijk wat daarna met het leen gebeurde. Circa 1530 ging Langdries over van Everardine Surlet, weduwe van Henri de Grevenbroek, heer van Binderveld, naar zijn dochter, die in 1534 Charles de Copis huwde.
BESCHRIJVING
Bakstenen poortgebouw uit de 19de eeuw onder zadeldak (Vlaamse pannen). Heden rechthoekige, eertijds getoogde poort aan de buitenzijde, getoogde aan de erfzijde.
Recent gerestaureerd bakstenen woonhuis achteraan het erf van vijf traveeën en anderhalve bouwlaag onder zadeldak (Vlaamse pannen, kruis van zwarte pannen), daterend uit het eerste kwart van de 17de eeuw (muurankers met krullen). Aandaken en muurvlechtingen. Verhoogde begane grond, gecementeerde plint en mergelstenen hoekbanden en speklagen. Classicistische getoogde vensters (circa 1775) uit hergebruikt kalkstenen materiaal en met een trapezoïdale sluitsteen, voorzien van een geprofileerd druiplijstje; rechtoekige kalkstenen zoldervensters. Getoogde deur in een vlakke kalkstenen omlijsting met tussendorpel en sluitsteen, op neuten; oorspronkelijk houtwerk. Boven de deur: een afgekapte of verweerde gevelsteen of zonnewijzer. Twee haakse vleugels, volledig verbouwd. Het woonhuis heeft muren van 60 cm dik en is voorzien van grote, overwelfde kelders.
Links van het gesloten complex: dienstgebouw met resten van vakwerk, onder zadeldak (mechanische pannen).
Achter het woonhuis is een ronde heuvel zichtbaar met een doorsnede van circa 26 m. De diepte rond de heuvel duidt de plaats van de oorspronkelijke gracht aan. De heuvel werd gedeeltelijk genivelleerd, en heeft thans de hoogte van een paar meter. Waarschijnlijk was dit de kern van een oude mothoeve.
Bron: PAUWELS D. & SCHLUSMANS F. met medewerking van MUYLDERMANS E. & ROMBOUTS J. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kanton Borgloon, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Schlusmans, Frieda; Pauwels, Dirk Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)