Leegstaande wederopbouwhoeve, teruggaand op de regionale 19de-eeuwse bouwtrant.
Opstelling: losse, lage bestanddelen rondom een begraasd erf, met licht verharde oprit ten westen; boerenhuis en dwarsschuur respectievelijk ten noorden en ten zuiden.
Aanplantingen: knotpopulieren aan erftoegang; resten van boomgaard en een geknotte populierenrij, respectievelijk ten westen en ten zuiden; materialen: verankerde donkerrode baksteen; pannen (mechanische) zadeldaken overstekend op houten modillons; houten bobording boven bakstenen muurtje ter hoogte van stalgedeelte; getoogde wagenhuispoort met houten hek; streekeigen bouwelementen: schouderstukken, asemgaten en hoeksteunbeer bij de schuur; kozijnvensters bij het boerenhuis; indeling: langgestrekt boerenhuis met woongedeelte van vier traveeën + stal links met onder meer paardenstal en privaat; dwarsschuur met aardappelkelder, wagenhuis links en koestal rechts. Aanbouwsel onder lessenaarsdak tegen de achtergevel.
Bron: DELEPIERE A.-M. & HUYS M. 1991: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kantons Mesen - Wervik - Zonnebeke, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11n3, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Delepiere, Anne Marie; Lion, Mimi; Huys, Martine
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)