Hoeve bewoond door de zogenaamde "Abriboer"; benaming verwijst naar het tijdelijk onderkomen in een bunker nabij de verwoeste hoeve kort na de Eerste Wereldoorlog. Naar verluidt in 1923- 1924 niet op dezelfde plaats herbouwd. Teruggaand op de regionale hoevebouw;
Opstelling: losse, lage bestanddelen U-vormig opgesteld rondom een geasfalteerd erf met resten van bakstenen stoepen en toegangshek; boerenhuis en stalvleugel respectievelijk ten zuiden en ten noordwesten; tabaksast uit de jaren 1940 ten zuidwesten.
Aanplantingen: haag ten zuidoosten; resten van boomgaard ten zuiden.
Materialen: verankerde rode baksteenbouw, beschilderd en op gepikte plint bij boerenhuis; pannen (mechanische) zadeldaken met overstekende randen, bij boerenhuis geknikt; deels bewaarde bakstenen onderdorpels; cementen troggewelven tussen ijzeren I-balken.
Streekeigen bouwelementen: rechthoekige muuropeningen met boogveld; schuurpoort onder luifel.
Indeling: boerenhuis van vijf traveeën; stalvleugel met schuur, privaat, voederkeuken en bakoven en rechts aanleunend recenter nutsgebouw waarschijnlijk uit de jaren 1930, in aansluitende bouwtrant. Recente nutsgebouwen ten oosten en ten zuiden.