Het zogenaamde Goed tegenover de kerk, later bekend als landhuis of Kasteeltje De Schepper is gelegen in de dorpskom van Waarschoot, zoals de naam het zegt tegenover de parochiekerk, aan de oude baan naar Brugge. Het huidige domein met achterin gelegen landhuis en toegangshek is van de straat afgesloten door een grotendeels bewaarde walgracht, rechts vervangen door een muur, aan de straat afgezoomd door een rij lindebomen. Oude kaarten en het recent kadasterplan tonen een tweeledige site met walgracht met brede vierkante omgrachting ten westen en aansluitende rechthoekige omgrachting ten oosten binnen een ruime rechthoekige tuin.
De oudste tot op heden in geschreven documenten teruggevonden verwijzingen dateren uit de 16de eeuw en spreken van "den wal te Waerschoot met zijn toebehoorten boven en beneden, groot wesende tsamen vijf ghemeten" eigendom van weduwe de Stoppelaere. In het landboek van 1639 vinden we een jonkvrouw de Stoppelaere die een "behuisde hofstede met mote en wallen" verhuurt aan burgemeester Paridaen. Zeker tot het einde van de 17de eeuw bleef de omwalde hoeve in bezit van de familie de Stoppelaere. In de geschiedenis van Waarschoot door Frans de Potter en Jan Broeckaert werd het huidige domein aangelegd in 1712 door Jan-Baptist Buens, heer van Schote en Hertermeers, na zijn dood in 1731 opgevolgd door zijn zoon Ferdinand en later door diens zuster.
Volgens het dagboek van J.J. Van der Poorten had "dheer van Bünst, digt aen de kerke, een buytencasteelken gebouwd ten jaere 16.. en omringelt met eenen wal" en was gelegen naast de "motte", toen bewoond door griffier Isebrand. In 1750 verkocht aan weduwe Ghyssens-Kervyn, later door haar zoon-priester gebruikt als zomerverblijf. Hij zou de tuin verdubbelen. In 1792 werd het "casteelken" geërfd door de heer Kervyn die het in 1796 verkoopt aan weduwe van griffier Wittenhove die het, nog steeds volgens J.J. Van der Poorten, binnenin veranderde en achteraan een eetkamer aanbouwde tot tegen de wal.
Midden 19de eeuw wordt de familie De Schepper, textielfabrikanten van Sint-Niklaas eigenaar van het inmiddels uitgestrekte domein. Vermoedelijk laten zij het domein heraanleggen, de toegangspoort bouwen en het interieur in eigentijdse stijl aankleden. In 1858 doet weduwe De Schepper en zoon een aanvraag tot plaatsing van een stoomtuig in het weefatelier in hun park. J.B. De Schepper doet in 1874 een nieuwe aanvraag voor een tweede stoomketel in de aan de straat opgerichte mechanische weverij. J.B. De Schepper was de eerste katoenbaas en bij zijn overlijden in 1889 de rijkste man van Waarschoot. Na sociale troebelen en bij gebrek aan opvolging wordt de fabriek in 1899 stopgezet. Het gebouw aan de Schoolstraat wordt gesloopt en in 1928 vervangen door de huizenrij.
Het huidige domein omvat vandaag een imposante toegangspoort, het landhuis en hovenierswoning op de plaats van de vroegere koetshuizen, een uitgestrekte beboomde tuin met merkwaardige treurbeuk, grotendeels behouden omgrachting van het landhuis en de zogenaamde motte met arbeiderswoning en schuur.
De nu begroeide toegangspoort met brug, vermoedelijk gebouwd door de familie De Schepper in de tweede helft van de 19de eeuw, is ingeplant aan de straat voor de wal en opgetrokken uit baksteen, aan de straatzijde met brede geblokte korfboog van bak- en zandsteen geflankeerd door Ionische pilasters die een driehoekig fronton met vierkante topstukken met ijzeren siervaasbekroning ondersteunen. De tuinzijde wordt gestut door versneden steunberen. Een fraai ijzeren hek met pijnappelbekroning sluit de poort af. Links voor en na de poort sluit een lage muur met kunstige gesmeed ijzeren leuningen de gracht aan de straatzijde af. Rechts vormt een blinde bakstenen muur, op de hoek met restant van een vroeger portiershuisje, de tuinafsluiting.
Het zogenaamde kasteeltje, eigenlijk een buitenplaats of landhuis is van het dubbelhuistype met zes traveëen en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. De laatbarokke pilastergevel en kern klimmen op tot het einde van de 17de of het begin van de 18de eeuw maar werden aangepast in de 19de en 20ste eeuw. Het gebouw is opgetrokken uit baksteen op een vernieuwde plint van natuursteen maar was voorheen en vermoedelijk oorspronkelijk bepleisterd en geschilderd. Kolossale Ionische pilasters ritmeren de lijstgevel die afgewerkt is met een houten kroonlijst op consooltjes. Een rechthoekige deur in een fijne geprofileerde arduinen omlijsting op neuten en met een bekronend ijzeren balkon op voluutconsoles, toegevoegd in de 19de eeuw bevindt zich in de derde travee. De houten paneeldeur met bovenlicht en ijzeren beltrekker bleef behouden.
De achtergevel, eveneens geleed door pilasters behield zijn 19de-eeuwse beraping, vlakke vensteromlijsting met oren en persiennes op de begane grond rechts. De drie linkertraveëen, waar voorheen naar verluidt een torenachtige vleugel aanleunde, springen thans nog iets uit en worden bekronend door een ijzeren balkonhek.
Het interieur werd in de tweede helft van de 19de eeuw aangepast en behoudt nog fraaie stucplafonds met centrale rozas en omlopende lijsten, marmeren schouwen en beschilderde paneeldeuren in de salons aan de straatzijde. De wenteltrap bevindt zich achteraan en heeft een typisch 19de-eeuwse trappaal en balusterleuning.
Ten westen achter het woonhuis ligt nog 'den wal' of zogenaamde motte, een vierkant omgracht terrein van ongeveer 50 op 50 meter omgeven door een 8 tot 10 meter brede gracht die recent enkel aan de noordzijde deels gedempt werd. Vermoedelijk gaat het hier om een site met walgracht opklimmend tot de late middeleeuwen, volgens de reeds vermeldde oudste gekende geschreven bronnen uit de 16de eeuw toen in het bezit van de aanzienlijke familie de Stoppelaere. Heden staat er een arbeiderswoning op het tot moestuin herschapen terrein. De aansluitende rechthoekige omgrachting ten oosten kan wijzen op een meerledig site met walgracht. Volgens de literatuur zou deze omwalling pas eind 17de eeuw gegraven zijn bij de aanleg van het domein door de heer J.B. Buens. De tuin met centraal grasperk en verschillende bomen wordt aan de oostzijde afgelijnd door een smalle gracht en dubbele rij berken. Achteraan staat de gracht in verbinding met een beek die het domein scheidt van een recente verkaveling. De vroegere koetshuizen ten oosten van het woonhuis werd vervangen door een hovenierswoning.
Ten oosten vooraan in de omgrachte tuin staat een imposante treurbeuk of Fagus sylvatica 'Bornyensis' met een omtrek van 202 centimeter op een hoogte van 130 centimeter. Hiermee behoort hij bij de grotere exemplaren van zijn soort in België. Vermoedelijk werd hij geplant in de tweede helft van de 19de eeuw bij de heraanleg van het domein door de familie De Schepper. Daar de stam gaan overhellen is heeft men de boom enkele jaren geleden moeten stutten waardoor hij echter een prachtige koepelvorm heeft. Inkervingen in de schors verwijzen naar de Duitse bezetting van het kasteeltje in 1918.
Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DO002094, Kasteel De Schepper.
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: S.N. 1999: Kasteeldomein De Schepper [online], https://id.erfgoed.net/teksten/179411 (geraadpleegd op ).
"Het goed tegenover de kerk", later "kasteel De Schepper". Omwald goed met erachter gelegen motte, monumentale poort en deels ommuurde grote tuin (rechts), reeds gekend in de 16de eeuw. Volgens een landboek van 1639: "een behuysde hofstede met mote en wallen", eigendom van Jonkvrouw de Stoppelaere, vandaar ook zogenaamd "Stoppelaerskasteel".
Huidige domein volgens De Potter aangelegd in 1712 door J.B. Buens, heer van Schote en Hertermeers (volgens J.J. Van der Poorten reeds gebouwd in 16..). Eind 18de eeuw in het bezit van weduwe Wttenhove, uitgebreid achteraan en inwendig aangepast. In de tweede helft van de 19de eeuw eigendom van de heer De Schepper, eerste katoenbaas van Waarschoot; in 1858 deed hij een aanvraag om een stoommachine te plaatsen in zijn weef-atelier achteraan in het park. Tweede stoomketel geplaatst in 1874 in de mechanische weverij aan de Schoolstraat, stopgezet in 1899 en gesloopt in 1928 om plaats te maken voor een huizenrij.
Aan de straat palende begroeide poort en brug over de brede, deels bewaarde omgrachting (parallel aan de straat). Bakstenen constructie met brede korfbogige doorgang met hoekblokken, geflankeerd door Ionische pilasters en bekronend driehoekig fronton met postamenten en siervazen. Fraai ijzeren hek. Links brugleuning met smeedijzerwerk, rechts aangebouwde tuinmuur, vroeger paviljoen onder leien tentdak.
Alleenstaand herenhuis van zes traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (pannen, nok parallel met de straat), in kern vermoedelijk uit eind 17de eeuw of begin 18de eeuw, aangepast eind 18de eeuw en eind 19de eeuw, naar verluidt na een zware brand. Oorspronkelijk bepleisterd en geschilderd, nu bakstenen parement met simili-natuurstenen delen. Lijstgevel met dubbelhuisopstand gemarkeerd door kolossale Ionische pilasters waartussen rechthoekige vensters en een deur gevat zijn. Rechthoekige deur met bovenlicht, in geprofileerde arduinen omlijsting; bekronend ijzeren balkon op consooltjes, toegevoegd in de tweede helft van de 19de eeuw. Aflijnend hoofdgestel.
Beraapte achtergevel verticaal gemarkeerd door vlakke pilasters en geritmeerd door rechthoekige vensters tussen bandvormige, gecementeerde omlijstingen met oren; uitgebouwde kamer met bekronend terras in linkse travee.
Interieur met centrale gang en links en rechts salons met behouden 19de-eeuwse stucplafonds met bloemenkransen en vaasmotieven.
Achteraan, uitgestrekt park met monumentale bomen en vroegere omgrachting van de oude motte uitgebreid tot vijver.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. 1994: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Gent, Kantons Waarschoot - Zomergem, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 12n5, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Bogaert C. & Lanclus K. & Verbeeck M. 1994: Kasteeldomein De Schepper [online], https://id.erfgoed.net/teksten/33294 (geraadpleegd op ).