"Goed te Lembeke", of "Campanagiëngoed" (zie de Ferrariskaart), later ook "Goed de Driepikkel".
Oorspronkelijk leen van de heerlijkheid Wessegem, gelegen op de grens met Ursel vlakbij het Blauwgoed of oude "Goed ter Pieten" waarmee het door een dreef verbonden werd toen het in bezit was van dezelfde familie Craeynest (17de eeuw). Reeds vermeld in de 15de eeuw als "Zegher Onninshof" naar de eigenaar, de aanzienlijke Brugse schepenfamilie Onnin en in 1546 beschreven als: "een casteelkin metten nederhove ende wallegrachten". Heden nog voormalige, grotendeels omgrachte (vijfhoekige omgrachting) hoeve met sterk verbouwd woonhuis ten westen en schuur ten noorden onmiddellijk bij de wal. Voorheen met toegangsbrug en hoektoren (sporen teruggevonden bij graafwerken bij de gedempte wal vooraan).
Woonhuis op uitgesproken terp, van zeven traveeën onder steil zadeldak (pannen, nok parallel aan de straat); rechts aandak met vlechtingen en schouderstukken, wijzend op oude kern minstens opklimmend tot de 17de eeuw. Verankerde gewitte gevels, oorspronkelijk met doorrit in vijfde travee en sterk afdalende zijtravee met rechthoekige vensters. Heden tot inkomportaal verbouwde doorrit voorafgegaan door een terras met drie treden en afgewerkt met recuperatiemateriaal (?) namelijk geprofileerde arduinen rechtstanden op neuten met imposten en een dieper gelegen vleugeldeur in bakstenen omlijsting. Nieuwe getoogde vensters in bakstenen omlijsting, met oren en druiplijst (oorspronkelijk rechthoekige vensters met roedeverdeling en luiken). Overstekend dak op uitgesneden modillons. Achtergevel met vijf vernieuwde zandstenen kruiskozijnen en insprong ter hoogte van de vroegere doorrit. Identieke modillons onder de daklijst.
Interieur grotendeels vernieuwd, doch onder meer bewaarde balklaag met zware moerbalk op console en naar verluidt oude kelder met zeer dikke muren.
Ten noorden, bakstenen dwarsschuur en stallen onder zadeldak (pannen, nok loodrecht op de straat), uit de 19de eeuw met getoogde deuren en rechthoekige poort onder verhoogd dakschild.
- RYSERHOVE A., Oud Knesselare, in Appeltjes van het Meetjesland Jaarboek nr. 26, 1975, p. 324.