Kleine woning van twee bouwlagen en drie traveeën onder een steil, geknikt zadeldak (kunstleien); 16de-eeuwse kern, volgens H. Sermeus uit de eerste helft van deze eeuw en volgens J. Grootaers uit de tweede helft van de 16de eeuw; volgens mondelinge bronnen stond voorheen het jaartal 1695 op het rechterschoorstuk, heden overschilderd.
Bepleisterde en geelbeschilderde lijstgevel met sterk overkragende bovenverdieping van twee traveeën op schoorstukken. Aangepaste rechthoekige vensters en deur; beschilderde arduinen plint.
GROOTAERS J., Houten gevels van laatmiddeleeuwse huizen te Mechelen, onuitgegeven licentiaatsverhandeling aan K.U.L. (in voorbereiding 1982), deel II nummer 63.
SERMEUS H., De houten huizen van Mechelen, Mechelen, 1981, p 65.
Bron: EEMAN M., KENNES H. & MONDELAERS L. 1984: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Mechelen, Binnenstad, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 9n, Brussel - Gent. Auteurs: Eeman, Michèle; Mondelaers, Lydie; Kennes, Hilde Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)