Zogenaamd Hof ter Poelen, waarschijnlijk te identificeren met het door De Potter en Broeckaert vermelde "Goed te Pulaar", een leen van de Gentse Sint-Pietersabdij. Vermeld in een document van 1349, tijdens de 15de eeuw bezit van de Gentse familie Utenhove.
Hoeve met losse bestanddelen op een rechthoekig omgracht erf deels afgeboord met populieren. IJzeren toegangshek ten zuiden aan vierkante bakstenen hekpijlers. Vrijwel centraal binnen de boomgaard en op een lichte terp, westelijk georiënteerd boerenhuis van vijf traveeën onder hoog zadeldak (pannen) minstens opklimmend tot begin 19de eeuw. Met uitzondering van de linker zijgeveltop gewitte bakstenen gevels met omlopende gepikte plint. Rechthoekige muuropeningen met vensterluiken. Twee haast vierkante vensters van de opkamer rechts van de voordeur. Voorgevel afgelijnd door geprofileerde daklijst. Twee keldervensters tussen schuine steunen in de rechter zijgevel. Lage stallen onder lessenaarsdak tegen de linkse zijgevel.
Bakhuisje van het samengestelde type ten oosten achter het boerenhuis, naar verluidt uit het tweede kwart van de 20ste eeuw. Twee lange gewitte bakstenen bedrijfsvleugels met zadeldak (pannen) ten noorden en ten westen.
KERCKHAERT N., Oude Oostvlaamse hoeven, Gent, 1977, p. 409-410.
Bron: LANCLUS K. & VERBEECK M. 1993: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Gent, Kantons Evergem - Lochristi, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 12n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)