De pastorie met omringende tuin werd opgetrokken in 1906-1907 naast de parochiekerk Heilig Hart en naar ontwerp van architect Alfons De Pauw.
Het perceel was in 1834 eigendom van Jacobus Stevens, aannemer. Hij verkocht de gronden in 1888 aan Frans Vael die na enkele verkavelingen in 1895 het goed vererft aan zijn zoon August Vael, pastoor te Wanzele en later Nederbrakel. In 1903 schonk hij de grond aan de kerkfabriek Heilig Hart. In 1907 stond er reeds een pastorie en drie jaar later was ook de neogotische kerk van dezelfde architect afgewerkt.
Het dubbelhuis telt drie traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak. De neogotische bakstenen lijstgevel wordt gekenmerkt door verticaliserende spitsboogvormige spaarvelden per travee. In de spaarvelden zitten rechthoekige ramen met hardstenen kozijnen. De rechter travee wordt geaccentueerd door de trapgevel en het naar boven versmallend spaarvenster. Beneden bevat het twee vensters, op de eerste verdieping een drielicht en op de zolderverdieping een zolderraam. Ter hoogte van de dorpels en lintelen werden met zwarte bakstenen speklagen gesuggereerd.
Het gaat hier om een typische gevelarchitectuur want de zij- en achtergevels zijn ongedecoreerd op een "speklaag" van zwarte baksteen na. De achtergevel telt vier ongelijke traveeën. De tweede travee van links correspondeert met de trapkoker wat de afwijkende plaatsing van de ramen verklaart. De twee rechter traveeën worden op de gelijkvloerse verdieping opgevuld door één groot raam. Alle ramen zijn voorzien van korfbogen. Een decoratieve bakstenen lijst zit onder de vernieuwde kroonlijst. Het schrijnwerk werd recent vernieuwd. Aansluitend, tevens in 1907 gebouwd, een aanbouw die achteraan ondertussen werd uitgebreid. Op de binnenkoer is dat echter niet merkbaar. Het bijgebouw wordt doorbroken door vier deuren, één raam en een poort. Gezien de afwerking met een betonnen linteel zijn de poort en één deur of vernieuwd of recent aangebracht. De garage aan de rechter zijde was vermoedelijk ooit een serre.
Het interieur is traditioneel opgebouwd. Het oorspronkelijke schrijnwerk, hang- en sluitwerk, (planken)vloeren en stucdecoratie bleef bewaard. In de linkerkamer aan de straatzijde is een lambrisering aanwezig. Tot voor enkele jaren waren er volgens de eigenares ook muurschilderingen. De schouwmantels zijn eenvoudig doch representatief voor de ontstaansperiode.
De smeedijzeren omheining op bakstenen muurtje langs de straat is origineel en loopt tot voor de kerk waardoor beide gebouwen visueel met elkaar verbonden worden. De tuin heeft een landschappelijke aanleg.
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier DO002256, Pastorieën Waasland.
Auteurs: Mertens, Joeri
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Mertens J. 2004: Pastorie Heilig Hartparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/174727 (geraadpleegd op ).
Pastorie met omringende tuin gebouwd naast de parochiekerk Heilig Hart en naar ontwerp van dezelfde architect Alfons De Pauw. Dubbelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (pannen, nok evenwijdig aan de straat), volgens memorieboek pastorie bouw begonnen in 1906 en voltooid in 1907. Neogotische bakstenen lijstgevel met verticaliserende spitsboogvormige spaarvelden per travee. Rechthoekige muuropeningen met hardstenen kozijnen onder spitsboogvelden. Bredere venstertravee links met twee benedenvensters, drielicht als bovenvenster en dakvenster in de brede bekronende trapgeveltop. Grijze bakstenen horizontale banden en boogaflijning van de spaarvelden.
Bron: LANCLUS K. & VERBEECK M. 1993: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Oost-Vlaanderen, Arrondissement Gent, Kantons Evergem - Lochristi, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 12n4, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Lanclus K. & Verbeeck M. 1993: Pastorie Heilig Hartparochie met tuin [online], https://id.erfgoed.net/teksten/34294 (geraadpleegd op ).