Zogenaamdn "Poortakkergoed", hoeve eertijds eigendom van het Godshuis van Poortakker en erna van de Burgerlijke Godshuizen Gent en heden het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW). Reeds vermeld in de 16de eeuw. Hoeve met losse bestanddelen bereikbaar via een bochtige oprit.

Ruime boerenwoning van elf traveeën en één bouwlaag onder zadeldak (pannen, nok parallel aan de straat), vermoedelijk uit de 18de eeuw. Duidelijk zichtbare bouwnaad in achtergevel wijzend op een latere uitbreiding van vier traveeën. Witgekalkte gevel op gepikte plint met rechthoekige, vernieuwde vensters onder houten latei met luiken. Rechthoekige deur met bovenlicht. Overkragende daklijst op modillons. In de 19de eeuw haaks aangebouwde keuken tegen de bakstenen achtergevel met links vensters van opkamers boven keldervensters.

Interieur. Eenvoudige woonkamer met grote schouw en moerbalk met rolwerkversiering. Naast schouw insprong naar deuren van kelder en slaapkamer en stenen trap.

Ten zuiden, bakstenen schuur met stallen op gepikte plint onder zadeldak (pannen, nok loodrecht op de straat) met groen-witgeschilderd houtwerk van deuren en poorten.

Ten westen, twee parallel gebouwde stallen onder zadeldaken (pannen, nok loodrecht op de traat); nu met elkaar verbonden door recentere bouw. Een gevelsteen vermeldt "1858/ Burgerlyke Godshuizen/ van Gent/ Arc. C.'t Kindt".

Ten oosten, kleiner dienstgebouwtje met schouw (bakhuis ?).