Vroeger één hoeve, heden twee aaneenpalende boerenhuizen achter een omhaagde tuin met boomgaard en alleenstaand bedrijfsgebouw ten zuidwesten.

Nummer 9. Lage boerenwoning van één bouwlaag en drie traveeën, met zadeldak (Vlaamse pannen), uit de 19de eeuw. Verankerde en roze geschilderde bakstenen lijstgevel op gepikte plint. Pomp tegen gepikt muurvlak op de scheiding van nummers 9 en 11. Twee rechthoekige vensters met luiken voorzien van een druppelvormige lichtopening. Lagere rechthoekige deur.

Nummer 11. Volgens overlevering beschouwd als een vroeger tolhuis. Enkelhuis met één bouwlaag en drie traveeën, onder zadeldak (rode Vlaamse pannen), tussen zijaandaken met muurvlechtingen, schouderstukken met dekplaat en geprofileerde console. Verankerde en roze geschilderde bakstenen woning op gepikte plint en met verhoogde begane grond. Jaartal 1653 op een gevelsteentje in het tuitvormig dakvenster boven de venstertravee. Zandstenen kruiskozijn met kleine roedeverdeling, luiken en getralied bovenlicht. Gewijzigde deuropening: heden rechthoekige met houten latei en steektrap (3 treden). Getralied bolkozijnen bovenlicht. Pomp tegen de voorgevel onder het venster. Een gelijkaardig venster met kruiskozijn in de rechter zijgevel. Een zoldervenster en drie luchtgaten in de top. Diverse lage achteraanbouwsels.

Op het voorerf links: dwarsschuur met stallen in een gewitte verankerde bakstenen constructie van zes traveeën onder een rechts afgewolfd zadeldak (Vlaamse pannen). Rechthoekige staldeuren en schuurpoort met houten latei, onder geknikte brede dakoverstek. Verlengd achterdakschild.