Voormalig neerhof met korenwatermolen van het "Hof ter Loo". Aanvankelijk bestond dit onderdeel van de heerlijkheid "Hof ter Loo" te Moortsele uit een opperhof en een neer- of molenhof gelegen tussen de Kloosterstraat, Watermolenstraat en de Molenbeek. Vermelding van de watermolen in 1474 als eigendom van de Gentse patriciërsfamilie Van Der Scage. Tot in de eerste helft van de 16de eeuw waren de neerhofgebouwen van hout en leem.
Hoeve van het semigesloten type met maalderijgebouw aan de Molenbeek. Pittoresk landelijk ensemble, gedeeltelijk omringd door populieren. Twee populieren markeren de toegangsweg vanuit de Kloosterstraat naar de noordoosthoek van de gekasseide binnenkoer. Mesthoop ten noorden.
Voormalig boeren- en molenaarshuis met voorgevel palend aan de Watermolenstraat (ten zuidwesten); één bouwlaag en zeven traveeën, onder zadeldak (mechanische en Vlaamse pannen). Verankerde en gewitte bakstenen voorgevel op gepikte plint en onder dakoverstek. Driemaal twee per twee geschikte rechthoekige vensters in vlakke bepleisterde omlijstingen, met houten latei, groengeverfde luiken en 19de-eeuws houtwerk. Smalle rechthoekige deur. Gedeeltelijk zichtbare gewitte bakstenen achtergevel met lage steekboogdeur en steektrap (3 trappen). Rechts van de deur een klein getralied venster met duimen.
Rechts naast de woning aansluitend maalderijgebouw van de watermolen met drie traveeën brede straatgevel. Jaartal 1616 op de boog van de zandstenen omlijsting met hol beloop van de tudorboogdeur in de achtergevel van het gebouw. In de voorgevel: een zandstenen kloosterkozijn met sponning, luik en diefijzers. Rechthoekige deur en een rechthoekig raam met houten kozijn voorzien van kleine roedeverdeling. Gewitte bakstenen zijgevel op een hoge onderbouw van grote grijze Balegemse steenblokken, een brede dito afzaat, hoekblokken, vensterdorpels en negblokken. Eén venster met sponning; overige rechthoekige vensters van verschillend formaat. Watermolen van het bovenslagtype met bewaard maalmechanisme. Het ijzeren bovenslagwiel en het sluiswerk verkeren in vervallen staat. Het maalwerk van de molen binnen zou nog intact zijn. Twee steenkoppels, een graankuiser en luiwerk. Maalderij met dieselmotor voor de aandrijving van cilindermolens.
Ten oosten achter de watermolen aansluitend lager bedrijfsgebouw met verankerde bakstenen lijstgevel van zeven traveeën aan de Molenbeek, onder zadeldak (Vlaamse pannen) met een houten dakkapel. Twee rijen luchtgaten onder de getrapte daklijst en een spitsboogvenster met luik in de laatste travee.
Bakstenen dwarsschuur van vijf traveeën, onder zadeldak (Vlaamse pannen, nok parallel aan de straat) aan de noordoostzijde van het binnenerf. Bewaard eiken gebint rustend op houten en op bakstenen stijlen; wandopeningen van de lijstgevels en één zijpunttop met horizontale houten bebording. Nieuw toegevoegde stallen en aanbouwsels.
- BAUTERS P. - BUYSSE R., Oostvlaamse watermolens, Gent, 1980, p. 109-11.
- GILLIS M., Het Hof ter Loo te Moortsele rond 1500, in Heemkring Moortsele, Speciaal nummer Jaar van het Dorp, 1978.