is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Sint-Stefanus
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Parochiekerk Sint-Stefanus: orgel
Deze bescherming is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Parochiekerk Sint-Stefanus: toren
Deze bescherming is geldig sinds
De huidige kruiskerk vervangt een romaans of vroeg-gotisch gebouw, dat in 1846 werd afgebroken, op de toren na. De neoclassicistische middenbeuk dateert van de bouwcampagne van 1846, transept, koor en sacristieën werden in 1876 aangepast naar ontwerp van A. Castermans, en de zijbeuken werden in 1937 toegevoegd naar ontwerp van R. Lemaire. De toren, in vroeg-gotische stijl van circa 1300 behoort waarschijnlijk tot de oorspronkelijke kerk.
De plattegrond beschrijft een thans driebeukig schip van drie traveeën met ingebouwde westtoren, transept, koor van een rechte travee met halfronde sluiting, geflankeerd door sacristieën.
Mergelstenen, vierkante westtoren van vier geledingen, oorspronkelijk waarschijnlijk blind, thans van een neoromaans portaal voorzien. De galmgaten in de derde geleding zijn eenvoudige spitsboogvormige muuropeningen in verdiepte gevelvlakken met rondboogfriezen. Ingesnoerde naaldspits (leien).
Mergelstenen schip onder zadeldak, de traveeën der zijbeuken voorzien van puntgevels onder haakse zadeldaken; tentdak boven de kruising. Mergelstenen rondboogvensters en oculi.
Bepleisterd interieur, de middenbeuk van de zijbeuken gescheiden door een rondboogarcade op pijlers. Overwelving door middel van een breed tongewelf op gordelbogen; haakse tongewelven over de traveeën der zijbeuken. Koepelvormig gewelf boven de absis.
Mobilair: Schilderij op doek met voorstelling van Christina de Wonderbare (circa 1700).
Hoofdaltaar, marmer, afkomstig uit de Stint-Servaaskerk te Maastricht (tweede helft 18de eeuw); portiekaltaar, marmer (midden 19de eeuw). Communiebank, thans afsluiting van de doopkapel, afkomstig uit de Sint-Servaaskerk van Maastricht (tweede helft 18de eeuw). Preekstoel, eik, neoromaans (tweede helft 19de eeuw). Biechtstoel, eik (eerste helft 19de eeuw ).
Orgel van A. Clerinx, Sint-Truiden (tweede helft 19de eeuw).
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van VANTHILLO C. 1990: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kantons Riemst - Tongeren, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Voormalig kerkhof aansluitend bij de Sint-Stefanuskerk met een selectie graftekens uit de late 19de en 20ste eeuw.
Het kerkhof van Valmeer staat als een halfronde site ingetekend op de laat 18de-eeuwse Ferrariskaart. Volgens de Atlas der Buurtwegen uit 1841 was de site aan de straat afgesloten met een muur. De andere zijden waren open naar het landschap. Tussen 1904 en 1939 werd het kerkhof naar het noordoosten uitgebreid.
Vandaag is het kerkhof ten zuiden van de kerk geruimd en omgevormd tot een dorpsplein. Enkel langs ten noorden en ten oosten van de kerk bleef het kerkhof bewaard. Ten noorden van de kerk en langs de zuidoostelijke kerkhofmuur bleef een kern van hardstenen graftekens, voornamelijk familiegraven bewaard vanaf het laatste kwart van de 19de eeuw tot het interbellum. Eclectische, neogotische (bijvoorbeeld familie Onolin-Van den Bossche, met de afbeelding van een met een zwaard doorboord vlammend hart), neoclassicistische en art deco graftekens bleven er bewaard. De vormgeving is zeer divers met cippes bekroond met een kruis (Maria Engels), stèles met graftuinen (Bouveroux), stèles met zerken, grafzuilen, enzovoort bewaard. Sommige graftuinen zijn afgeboord met hardstenen paaltjes en kettingen en ook vazen. Meerdere stèles dragen marmeren tekstplaten.
Het familiegraf Onclin-Lemmens in de vorm van een boek valt op. Het grafteken voor René Beaurieux bestaat uit een zerk en een afgebroken zuil. De zuil is gedecoreerd met het Asclepios-motief, een bloemenkrans, een Latijns kruis en een soldatenhelm. De graftekst in opliggende hardstenen letters luidt: René Beaurieux docter in wetenschappen oorlogsvrywilliger gesneuveld aan den Yzer 8 – 10 – 18.
Ten oosten op het kerkhof is de evolutie van de periode 1900 naar de naoorlogse graftekens merkbaar. De dense aanwezigheid van graftekens opgesteld in rijen is typisch voor de evolutie in die periode. De hardstenen graftekens tonen een variatie van neogotiek en eclecticisme naar art deco en (naoorlogs) modernisme. De metalen decoratieve platen, kruisen en christushoofden komen vaker op de graven voor. De typische evolutie in materialen uit de jaren 1960-1970 is herkenbaar met het gebruik van kunststeen, gietijzer (kruisen) en mozaïek naar graniet, vaak aangevuld met tekstplaten in marbriet.
Opvallend is de grafkapel, vermoedelijk uit 1963, voor Louis-Joseph Kerkhofs (1878-1962), bisschop van Luik. De witstenen eclectische kapel met hardstenen details is haaks op de kerkhofmuur geplaatst, heeft een rechthoekig plattegrond en een zadeldak met leien belegd. De naar het kerkhof geopende puntgevel heeft een rondbogige muuropening, geflankeerd door twee pilasters en afgesloten met een smeedijzeren hek. Beide zijgevels hebben een grote decoratieve rondboog waarbinnen een rondboogvormig venster met uitstekende dorpel. De gevels zijn afgewerkt met een houten kroonlijst met houten consoles. Het dak wordt bekroond met een Latijns kruis. Het interieur van de kapel is eveneens afgewerkt in witsteen. Beide zijwanden worden opgedeeld met een door consoles ondersteunde natuursteenlijst die het tongewelf draagt. De achterwand is nisvormig uitgewerkt met daarin een driedimensionaal beeld van een gekruisigde christus. Onder het kruis hangt een granieten tekstplaat. De opliggende letters vormen het grafschrift: Excmus ac Revmus Dnus Ludovicus Josephus Kerkhofs Natus et baptisatus Val-Meer 15.2.1878 Sacercos factus 22.9.1900 Episcopus coadjutor Leodiensis consecratus 11.2.1925 Episcopus Leodiensis 18.7.1927 Archiepiscopus tit. Serrensis 8.12.1961 Pie obiit Leodii 31.12.1962. De mozaïek-en-granito-vloer is uitgevoerd door P. Van Com uit Herstal. De vloer draagt het veelkleurige wapenschild van de bisschop. De kapel wordt geflankeerd door twee kwartholle uitgesneden muren met hardstenen afdekking, waartegen twee priestergraven zijn opgesteld.
Het orgel in de Sint-Stefanuskerk werd gebouwd door instrumentbouwer Clerinx en getuigt van goed vakmanschap. Het orgel werd in 1848 gebouwd. De enige toevoeging betreft een zelfstandig pedaalregister, vermoedelijk toegevoegd door Pereboom en Leyser aan het einde van de 19de of het begin van de 20ste eeuw. Het instrument werd in 1992 gerestaureerd. Daarbij werd het pedaalwerk behouden en nog verder uitgebreid. Het orgel is een homogeen en compleet instrument, gebouwd door A. Clerinx uit Sint-Truiden in 1848. Clerinx staat als instrumentbouwer bekend omwille van zijn gedegen vakkennis, artistieke vaardigheid en vindingrijkheid. Dit orgel integreert zich optimaal in de kerkruimte waarvoor het is gebouwd.
Is deel van
Valmeer
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Stefanus met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/36972 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.