"De Beitel, de Passer, 't Penseel" (zie opschrift op fries). Monumentaal, eclectisch herenhuis met neoclassicerende kenmerken, in 1902 (zie jaarsteen) opgetrokken naar ontwerp van Ph. Van Boxmeer (zie L. Godenne).

Enkelhuis met arduinen voorgevelparement, drie bouwlagen en dito traveeën onder mansardedak (nok loodrecht op de straat, leien). Geblokte plint met getraliede keldervensters met een deelzuiltje. Verhoogde begane grond met afgevlakte bossage en diamantkopversiering. Verticaal geritmeerde bovenverdieping, door vlakke Korinthische pilasters, per travee onder een brede overspannende rondbooglijst. Bel-etage met rechthoekige vensters, ionische halfzuilen onder een breed entablement met tandlijst; balkon en borstweringen opengewerkt door middel van een balustrade.

Op de bovenste verdieping rondboogvormige tweelichten, met een deelzuiltje en verdiepte boogvelden met gesculpteerde medaillons waarin busten van Lucas Fayd'herbe, Rombout Keldermans en Frans Hals door L. Van Perck. Entablement met een fries van gebeeldhouwde ramskoppen, waartussen panelen met vermelde opschriften. De bekronende attiek is uitgewerkt als balustrade met postamenten en siervazen; boven de middentravee een borstwering met festoen en dakvenster met omlijst oculus tussen flankerende dubbelvoluten onder een aflijnend, gebogen fronton met het jaartal 1902 en een sierbol op sokkel.