erfgoedobject

Notariswoning

bouwkundig element
ID
37369
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37369

Juridische gevolgen

Beschrijving

Deze notariswoning in neobarokke stijl werd aan het eind van de 19de eeuw gebouwd op de plaats waar voorheen de tiendenschuur van het Onze-Lieve-Vrouwekapitel heeft gestaan. De notariswoning werd verschillende malen uitgebreid en voorzien van een passende tuinmuur.

Historiek

De notariswoning is opgetrokken op de plaats van de oude tiendenschuur van het Onze-Lieve-Vrouwekapittel, die zich in de noordoostelijke hoek van het geestelijke territorium moet hebben bevonden. De voorgeschiedenis van het bouwterrein is dan ook zeer interessant.

De tiendenschuur was oorspronkelijk wellicht te situeren op de hoek van de huidige Sint-Maternuswal en Vermeulenstraat, maar brandde af op 15 februari 1489. Een nieuwe werd opgetrokken aan de andere zijde van het terrein, opnieuw vlakbij de stadswallen, aan het uiteinde van het steegje in den zacke, ten noorden van de westwaartse bocht in de Hemelingenstraat. In de late 17de eeuw werd het Luikerland zwaar geteisterd in de opeenvolgende campagnes van de Hollandse oorlog en werd de tiendenschuur als opslagplaats gebruikt. Het gebouw, gevuld met Franse reserves, brandde echter af op 20 maart 1676, waarna het niet meer expliciet in de bronnen wordt vermeld, waardoor het ook niet duidelijk is of het pand effectief werd herbouwd.

Nog in de 19de eeuw bezat Leonard-Jan Loverix een schuur op de plaats waar zich de historische tiendenschuur moet hebben bevonden. Hoewel het onduidelijk is of dit effectief nog een restant was van de oude kapittelschuur, leefde de oude bouw nog toponymisch voort onder de naam thienschuur, waarmee het vroegere in den zacke en de latere de Tieckenstraat wel eens werden aangeduid.

In 1856 liet de weduwe van Loverix, Maria-Catharina-Henrica, een gedeelte van het gebouw afbreken en in 1864 werd de rest gesloopt en het terrein verkocht aan baron Michel-Balthazar-Napolis de Tiecken de Terhove. Een jaar later had de baron ook een stukje tuin van de vroegere eigendom Decker in handen, zodat een imposant, L-vormig hoekperceel werd gevormd. Dat werd geheel ommuurd, aan walzijde gedeeltelijk ten koste van de openbare weg. Op de hoek werd een volledig vrijstaand huis opgetrokken, met in het zuiden een vijfhoekige absidiale uitbouw, en in het uiterste zuiden een losse bijbouw (koetshuis of stalling) en een kleinere constructie (toilet).

De laatste telg van de de Tiecken ter Hoves overleed in 1874. Toen bleek notaris Gustaaf Neven eigenaar van het hoekhuis, dat meteen grondig werd verbouwd. Het losse bouwblok kreeg een schuine achterwaartse westvleugel langsheen de de Tieckenstraat en een rechte achterwaartse oostvleugel. Wellicht bleef de oude façade bewaard, evenals een stukje achtergevel met de absidiale uitbouw. Mevrouw Neven, geboren de Bellefroid, en kinderen erfden het goed na het overlijden van de notaris, en lieten in 1910 de westvleugel verder achterwaarts uitbreiden. Ze trokken daarnaast een verbinding tussen het hoofdgebouw en de losse bijbouw, die sinds 1865 was blijven bestaan. Vlak voor de losse achterbouw, aan de straatzijde tegen het aangrenzende pand, werd een koertje met inrijpoort vrijgelaten.

In 1982 liet de nieuwe eigenaar, notaris G. G. Hougaerts, een laatste verbouwing uitvoeren, waardoor deze laatste leemte finaal werd gedicht.

Beschrijving

Notariswoning

De eerste verdieping was op het moment van de bescherming nog opgetrokken in blote baksteen, inclusief de pilastermotieven. Inmiddels werden de bakstenen echter van een grijze afwerkingslaag voorzien. Kalksteen is op deze verdieping beperkt gebleven tot de omlijsting van de hier getoogde vensters en hun onderdorpels, onderling verbonden in cordon. Een sober entablement, met saterkopjes, steigergaten en modillons onder een houten kroonlijst met tandlijst boordt het geheel af. Een licht vooruitspringende, centrale risaliet van twee traveeën wordt beklemtoond door een smeedijzeren balkon, rustend op drie consoles, en een rondbogig fronton, centraal onderbroken door een groot dakvenster met driehoekig fronton. De zijtraveeën zijn bekroond met oeil-de-boeufs.

De linker zijgevel is slechts gedeeltelijk zichtbaar achter de tuinmuur, maar is opgetrokken uit baksteen met sobere getoogde vensteropeningen. De achtergevel werd op het moment van de bescherming niet onderzocht. De rechter zijgevel van het pand wordt grotendeels aan het zicht onttrokken door de in 1874 gerealiseerde aanbouw langsheen de de Tieckenstraat. De aanbouw vormt een ensemble van drie constructies van verschillende hoogte, afgewerkt in een sobere baksteenstijl, met hoekpilasters, lage kalkstenen plint, getoogde vensters in kalkstenen omlijsting met sluitsteen, een cordonlijst tussen de twee bouwlagen en een laag leiendak.

De voormalige losse bijbouw in de tuin is ter hoogte van de eerste verdieping nog zichtbaar als een eenvoudige bakstenen constructie met getoogde muuropening, terwijl het in 1910 gerealiseerde verbindingsstuk nog te identificeren valt als een rustieke constructie, afgewerkt in een pseudo-vakwerkstijl, met rechthoekige venstertjes met glas-in-loodramen, houten stijlen en een kroonlijst op een gegolfde houten fries. Een moderne aanbouw onttrekt beide constructies grotendeels aan het zicht.

Tuinmuur

De stadsvilla is aan de Sint-Maternuswal voorzien van een gekasseid voorhof en een uitgestrekte tuin, die in 1865 nog achter het huis door tot aan de de Tiekenstraat doorliep.

De tuinmuur sluit mooi aan bij de algemene lijn van het complex: kalkstenen plint, bakstenen parementen, op regelmatige plaatsen onderbroken door kalkstenen pijlers. Van de oorspronkelijke tuinmuur bleven slechts de gedeelten langsheen de Maternuswal bewaard, onderbroken door de voorhof van de woning. Aan de zijde van de de Tieckenstraat is het muurgedeelte op de straathoek het enig bewaarde restant. De oorspronkelijke tuinpoort moet zich ter hoogte van de losse bijbouw hebben bevonden, die wellicht als koetshuis of stalling dienst deed. De poort, afgeboord met pijlers, werd verwijderd naar aanleiding van uitbreidingswerken aan de aanbouw in 1982.

  • Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DL002186 4.001/44021/104.1, Sint-Maternuswal 1: tuin en voorhof woning, (s.n., s.d.).

Auteurs: Dubaere, Barbara
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2025: Notariswoning [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37369 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.