Imposante neogotische kerk, gebouwd in 1866-1871 naar ontwerp van H.Jaminé, ter vervanging van de oude kerk, die in 1875 werd afgebroken. Laatstgenoemde bevond zich niet op de plaats van de huidige kerk, maar temidden van het kerkhof.
De plattegrond beschrijft een driebeukig schip van drie traveeën met voorstaande westtoren met traptoren, aan de noordzijde geflankeerd door een achthoekige doopkapel, aan de zuidzijde door een portaal, een transept met driezijdige sluiting der transeptarmen en driezijdige koorsluitingen der zijkoren, een koor van een rechte travee met vijfzijdige sluiting, geflankeerd door sacristieën.
Bakstenen gebouw met afwerking van hardsteen en mergelsteen voor hoekblokken en decoratieve elementen. Toren van drie geledingen onder ingesnoerde naaldspits; op elkaar gestelde steunberen en een polygonale traptoren aan de zuidzijde. Spitsboogportaal waarboven een roosvenster; spitsboogvormige galmgaten in elke zijde.
Het schip heeft een basilicale opstand, de middenbeuk onder zadeldak (leien), de zijbeuken onder lessenaarsdaken. Travee gemarkeerd door steunberen. Spitsboogvensters met maaswerk en gekoppelde spitsboogvormige bovenlichten. Lager koor en transeptarmen zijn voorzien van spitsboogvensters en baksteenfriezen onder de kroonlijsten. Polygonale traptoren ten noorden van het koor.
Bepleisterd interieur. Midden- en zijbeuken van elkaar gescheiden door middel van een spitsboogarcade op bundelpijlers. Triforium onder de lichtbeuk. Overwelving door middel van een kruisribgewelf op colonnetten.
Mobilair: Beeld van Sint-Sebastiaan, gepolychromeerd hout, (M. Hoeken-C. Janssens, Sint-Truiden, tweede helft 19de eeuw); beeld van Sint-Petrus, geverfd hout, barokiserend; beelden van Sint-Petrus en Sint-Paulus, gepolychromeerd hout, neogotisch (tweede helft 19de eeuw); beelden van Johannes en Maria, afkomstig van een Calvariegroep (circa 1350).
Twee neogotische biechtstoelen; preekstoel (ontwerp van M. Hoeken-C. Janssens, Sint-Truiden, circa 1876), omgebouwd tot altaar en lezenaar. Koorlezenaar, messing (begin 18de eeuw). Orgel door Pereboom & Leyser, Maastricht (vóór 1865). Zwart marmeren doopvont (gedateerd 1804).
- Archief van de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, onuitgegeven gegevens.
- BAILLIEN H., Tongeren. Van Romeinse civitas tot middeleeuwse stad, Assen, 1979.
- DANIELS P. & PAUAY J, Inventaire archéologique des objets existant dans les édifices publics. Canton de Tongres, Vol.I, Hasselt, 1914, p.57-59.
- GEUKENS B., Fotorepertorium van het meubliair van de Belgische bedehuizen. Provincie Limburg. Kanton Tongeren, Brussel-Sint-Truiden, 1976, p.30-31.
- ROOSE P., inspecteur orgelzaken B.M.L., onuitgegeven gegevens.
- SEVERIJNS P., Een greep uit de geschiedenis der kerkdorpen, in: 2000 jaar Tongeren. 15 vóór Chr. tot 1985, Hasselt, 1988.