erfgoedobject

Burcht van Kolmont

bouwkundig element
ID
37528
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37528

Juridische gevolgen

Beschrijving

Burchtruïnes, zichtbaar temidden van de loofbomen waarmee de hoge burchtheuvel begroeid is.

De burcht van Kolmont was een onderdeel van de gordel van versterkingen die de graven van Loon ter verdediging van de zuid-en westgrenzen van hun grondgebied bouwden (grenzen met Luik en Brabant). Waarschijnlijk werd de burcht door Gerard, graaf van Loon gebouwd (circa 1170), mogelijk op de plaats van een oudere 11de-eeuwse(?)-versterking; hij was een eigengoed van de graven van Loon, en werd beheerd door een kastelein: eerste vermelding in 1175 van Elbertus, "castellanus calvi montis". In 1178 valt prins-bisschop Raoul de Zaehringen, naar aanleiding van een twist in verband met de versterkingen van Brustem, het graafschap binnen, en trekt samen met de milities van Sint-Truiden op naar Kolmont (1180); graaf Gerard weet de Luikenaren naar Tongeren terug te dringen; de stad wordt geplunderd. De prins-bisschop drijft de graaf terug naar Kolmont, maar laatstgenoemde weet te ontsnappen en vlucht naar Tongeren, dat hij volledig in as laat leggen. Als wraak verwoesten de Luikse en Sint-Truidense milities de Loonse burchten van Brustem, Borgloon, Bilzen en Montenaken, een aantal andere kastelen en meer dan zestien kerken en dorpen, terwijl de prins-bisschop het beleg van Kolmont voortzet. Vóór de val van de burcht wordt de vrede gesloten.

In 1206 wordt Kolmont een Brabants leen, door de graaf aan de hertog van Brabant geschonken voor zijn hulp in de strijd om het bezit van het graafschap Holland.

Na inlijving van Loon bij het prinsbisdom Luik in 1366, verliest de burcht zijn functie en wordt verlaten. Nog eenmaal zal hij een rol in de Luikse geschiedenis spelen: in de strijd tussen prins-bisschop Jean de Hornes en de familie de la Marck (1485-1492) wordt de reeds bouwvallige burcht door Robert de la Marck opnieuw in staat van paraatheid gebracht. Samen met de milities van het prinsbisdom begint Jean de Hornes het beleg (1489); na een bewogen strijd weet de prins-bisschop de versterking in te nemen. Hij geeft bevel tot de ontmanteling (voltooid in 1508); de materialen worden gebruikt voor de herstellingen van de omwalling van Tongeren.

De gebouwen bevinden zich op een deels kunstmatig aangelegde heuvel, waarvan de basis omgeven is door een aarden wal en grachten, gevoed door de Herk. Een pad (de dwingel) vertrekt aan de westzijde van de heuvel en loopt in een bocht over de zuid- en oostflank naar de noordelijke ingang. De versterking bestond uit twee delen: een ruime binnenplaats (neerhof), met in de ommuring aan de zuidzijde een vierkante toren, en de eigenlijke burchthoogte met de donjon; tussen beide delen bevonden zich aanhankelijkheden (ten noorden) en een vierkante woontoren (ten zuiden).

Hiervan bleven slechts fragmenten bewaard: resten van de omwalling van het neerhof en de vierkante toren (zeer oud gedeelte in silex en ijzerzandsteen, 12de eeuw ?). Resten van de aanhankelijkheden, en een muur van de woontoren over drie bouwlagen; de aanwezigheid van haarden wijst op de woonfunctie; sporen van de restauratie door de la Marck (1488). Ook van de omwalling van de burchthoogte bleven resten bewaard (zeer oud muurwerk van ijzerzandsteen in opus spicatum). Het belangrijkste element is evenwel de tienzijdige donjon, met zijden van 4,7 meter en een muurdikte van 3,25 meter, waarin de trap naar de verdiepingen is uitgespaard. De oorspronkelijke ingang bevond zich op de tweede bouwlaag; hier zijn de vierkante balkgaten van de hordijzen zichtbaar. Een grote haard dateert uit een latere periode. Leien dakbekleding met een dikte tot 2 centimeter werd teruggevonden.

  • CLAASSEN A., Van mottoren tot kasteel (Publicaties van het Provinciaal Gallo-Romeins Museum, Tongeren; 14), Tongeren, 1970, p.63-66.
  • DE BORMAN C., Histoire du château de Colmont (Bulletin de l'Institut archéologique liégeois, 5, 1862, p.97-165).
  • GENICOT L.F. o.l.v., Het groot kastelenboek van België. Burchten en hoevekastelen, [Brussel, 1976], M.A.B., Kolmont, p.160.
  • PERREAU A., Les châtelains de Colmont (Bulletin de la Société scientifique et littéraire du Limbourg, 1, 1852-1854, p.109--114.
  • VAN HEMELRIJCK M., De Vlaamse Krijgsbouwkunde. Tielt, 1950, p.117-119.

Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van VANTHILLO C. 1990: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Tongeren, Kantons Riemst - Tongeren, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 14n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties

  • Is deel van
    Kolmontbos

  • Is deel van
    Overrepen

  • Omvat
    Mammoetboom Kolmont

  • Is gerelateerd aan
    Holle weg

  • Is gerelateerd aan
    Knotbomenrij met es en haagbeuk

  • Is gerelateerd aan
    Lijnaanplantingen als bosgrens

  • Is gerelateerd aan
    Meidoornhaag

  • Is gerelateerd aan
    Opgaande beuk met inkervingen

  • Is gerelateerd aan
    Opgaande bruine beuk

  • Is gerelateerd aan
    Opgaande zomereik

  • Is gerelateerd aan
    Rij knothaagbeuken op talud

  • Is gerelateerd aan
    Talud met opgaande eiken en meidoorns


Waarnemingen


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burcht van Kolmont [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/37528 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.