Zeer oude inplanting, op de Ferrariskaart (1771-1777) vermeld als "Maison de Plaisance Snauwenberg". Leen van de graaf van Dalhem. Eerste vermelding in 1405, als bezit van Renier de Berneau; achtereenvolgens in het bezit van de families de Schaloen (1513), de Gulpen (vóór 1564), de Ruysschenbergh (1564), de Cortenbach (1638), de Gonzaga (1682), d'Arbergh (1688), de Monix (1706); in 1798 eigendom van notaris Roosen, in 1817 verkocht aan W.J. Hesselt van Dinter, in wiens nalatenschap het in 1819 wordt vermeld als "une maison de campagne formant partie d'un corps de ferme appellé Snauwenberg". Ook in 1841 (Delvaux) wordt het nog als "buitenhuis" beschreven. Waarschijnlijk komt het goed na de dood van Hesselt van Dinter in bezit van baron de Loë, tot de Eerste Wereldoorlog. Daarna eigendom van Roebroek en Castermans.
Belangrijke, gesloten hoeve met oudste resterende delen uit de 16de eeuw (inrijpoort), in de loop der tijden, doch voornamelijk in de loop van de 19de- en 20ste eeuw sterk aangepast, zodat alleen de imposante volumes der bakstenen gebouwen onder zadeldaken getuigen van het oorspronkelijk uitzicht.
Merkwaardige, laat-gotische inrijpoort in de westvleugel. Korfboogpoort waarvan de dagkant der kalkstenen omlijsting van een colonnet en gesculpteerde neuten is voorzien.
De muuropeningen der overige delen werden vrijwel alle gewijzigd, op twee getoogde deuren na, in een kalkstenen omlijsting met afgedekte sluitsteen (circa 1775).
De functies der gebouwen werden gewijzigd en het geheel werd van recente bijgebouwen en aanhorigheden voorzien binnen het proces van de steeds verder doorgedreven specialisatie in de veeteelt.
- ANSAY J., De hoeve van Snauwenberg , in Heem, 14, 1970, pagina 20-34.
- BELONJE J., Snauwenberg , in Heem, 3, 1959, 4-5, pagina 2-4.
- de RYCKEL, Les fiefs du Comté de Dalhem, pagina 295-300.
- DELVAUX H., Dictionnaire géographique de la Province de Liège, I, Liège, 1841, pagina 158, 159, 161.