Ingeplant ten noorden van de oude Kortrijkse Heerbaan bij de thans afgesneden Leiebocht op de rechter oever en de grens met Petegem waarvoor het als parochiekerk dienst doet. Geoosterde kerk aanvankelijk met omringend kerkhof afgesloten door fraaie ijzeren hekken, nu te midden van een heraangelegd kerkplein met parking.
Historiek
Kerk met zeer oude oorsprong, reeds bestaande in 1147 toen de grond, door graaf Diederik van den Elzas in leen gegeven werd aan de abdij van Drongen. Vierkante onderbouw van de kruisingstoren met romaanse venstertjes in Doornikse steen, vermoedelijk nog uit de 12de eeuw. Overige romaanse kerkdelen in de loop der eeuwen grondig verbouwd en vergroot. Naar model van de kruisingstoren van de Onze-Lieve-Vrouwekerk, in 1616 bouw van een achthoekige bakstenen klokkenkamer met spitsboogvormige galmgaten boven de vierkante onderbouw. Archiefteksten vermelden in 1623 het plaatsen van twee zijaltaren. De steunmuur aan het noordelijk transept en gotische booggewelven binnenin wijzen vermoedelijk naar deze bouwperiode. In 1750, kerk zeer bouwvallig en aanvraag gedaan om twee zijbeuken te bouwen naar ontwerp van architect J.B. Simoens; gedateerd 1772. Grootste verbouwingswerken in 1830 met het slopen van het schip en vermoedelijk ook het koor en vervangen door de huidige bakstenen constructies. Verschillende stukken van het 17de- en 18de-eeuwse mobilair bleven behouden. Toren opgeblazen in mei 1940 en de kerk zwaar beschadigd. Restauratie in 1950-57 onder leiding van architect E. De Backer waarbij de toren en kruisingspijlers gereconstrueerd werden en het koor verlaagd werd met aangepaste daken.
Beschrijving
Plattegrond: driebeukig pseudobasilicaal schip van drie traveeën met kruisingstoren op vierkante plattegrond, niet uitspringende transeptarmen en driebeukig koor van twee traveeën met vijfzijdige apsis, geflankeerd door sacristieën. Baksteenbouw op plint van Doornikse kalksteenblokken, met aanzet van de toren in Doornikse steen en sporadische verwerking van zandsteen voor hoekblokken aan klokkenkamer en deuromlijsting in de westgevel. Afdekkend leien zadeldak; twee afzonderlijke schilddaken boven traveeën van zijkoren. Westgevel met verankerde puntgevel (top van vernieuwde baksteen) met centrale omlijste korfboogdeur, met imposten onder waterlijstje, erboven steekboogvenster en ovale topoculus. Zijgevels van drie traveeën met getoogde vensters. Oud transept aangegeven door steunbeer met versnijding, aan de zuidzijde met voorgebouwd portaaltje. Kruisingstoren op vierkante onderbouw met telkens drie rondboogvenstertjes (van de oorspronkelijke klokkenkamer); overgang naar achthoekige bakstenen bovenbouw door middel van driehoeken; spitsboogvormige galmgaten en aflijnende zandstenen hoekblokken. Koor met hoge rondboogvensters, gescheiden door bakstenen lisenen.
Interieur
Sober witgeschilderde ruimte geleed door rondboogarcaden op zuilen met hoge vierkante sokkel. Tongewelven in middenbeuk en transept, vlakke zoldering in zijbeuken en koren. Contrasterende Doornikse steen in kruising met gereconstrueerde rondboogaracaden en zware pijlers in romaanse stijl.
Mobilair
Schilderijen: Besnijdenis van Jezus uit de 17de eeuw, school van G. De Crayer; Heilige Antonius wekt een jongeling op, op zuidelijk altaar, van 1842 door C. Picqué; Onze-Lieve-Vrouw met Kind met rozenkrans, op hoofdaltaar, van 1849 door C. Picqué. Portiekaltaren gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw (ten noorden) en Heilige Antonius (ten zuiden) van gemarmerd hout, 19de eeuw. Eiken biechtstoelen van circa 1780 door Cadet in Lodewijk XVI-stijl. Neogotische preekstoel met beelden van de evangelisten door Mathias Zens, van 1896. 17de-eeuws eikenhouten koorgestoelte, eiken lambriseringen in Lodewijk XVI-stijl. Lodewijk XV-deur van de doopkapel met 18de-eeuws doopvont. Grafstenen uit de 18de en 19de eeuw. Buiten, zeven muurkapellen van ommegang van Sint-Antonius Abt uit eind 19de eeuw.
- Archief Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, dossier 1112.
- Rijksarchief Gent, Fonds Deinze, nummers 180, 183.
- CASSIMAN A., Petegem, in Bijdragen tot de geschiedenis der Stad Deinze, VII, 1940, p. 21-28.
- DE POTTER F. - BROECKAERT J., Geschiedenis van de gemeenten der provincie Oost-Vlaanderen, reeks I, deel 6, Gent, 1864-1870, p. 31-38.
- Monumenten, merkwaardige gebouwen en landschappen, Stad Deinze.
- VANDENBUSSCHE - VAN DEN KERKHOVE C., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Oost-Vlaanderen, Kanton Deinze, Brussel, 1976, p. 20-22.
- VANDER MENSBRUGGHE R., Deynze, in Oudheidkundige inventaris van Oost-Vlaanderen, Gent, 1914.