Voormalige gesloten hoeve, eertijds afhankelijk van het gelijknamige, heden verdwenen kasteel, en onderverdeeld in meerdere eigendommen. Reeds in 1319 vermelding van een hof te Ruisbeek, dat begin 16de eeuw in het bezit is van de familie Vander Noot, die er een kasteel laat bouwen; verkocht aan graaf Furstenberg wordt het in 1614 verworven door F. Lambrechts; tijdens de 18de eeuw nogmaals van eigenaar veranderd, raakt het kasteel tijdens de Franse Revolutie in verval en wordt nadien gesloopt.

Heden zijn de oorspronkelijke gebouwen, geschikt rondom een nagenoeg vierkante binnenplaats, erg aangepast, een gedeelte is verlaten en met verval bedreigd. Ten westen, poortgebouw afgedekt met mansardetentdak (kunstleien), uit de 18de eeuw; rondboogpoort van zandsteen voorzien van een bewerkte sluitsteen en zeer smal druiplijstje; voorgevel afgewerkt met bepleisterde kroonlijst en zijgevels met rechte muizentand.

Ten noorden, voormalige langsschuur met zadeldak (kunstleien), eveneens uit de 18de eeuw; witgekalkte baksteenbouw met lage zandstenen plint, zandstenen kroonlijst en een speklaag; een beluikt zandstenen venstertje met negblokken en uitspringende latei; overige muuropeningen aangebracht tijdens de verbouwing tot boerenhuis. In dezelfde noordvleugel doch losstaand, voormalig wagenhuis met zadeldak (pannen), uit de 18de eeuw, linker deel van drie traveeën met ietwat hogere nok en vermoedelijk ingekort; baksteenbouw afgewerkt met een fries rechte en overhoekse muizentand; vijf zandstenen rondboogpoorten (drie gedicht) met imposten en verankerde sluitsteen.

Gecementeerde zijgeveltop voorzien van top- en schouderstukken en vermoedelijk vlechtingen. Dienstgebouwtje in de noordoosthoek onder zadeldak (pannen) uit dezelfde tijd; rechte en overhoekse muizentand; nieuw aangebrachte poort en spoor van een oculus met impost, sluitsteen en druiplijst van zandsteen; vlechtingen, top- en schouderstukken.

Recentere oostvleugel onder zadeldak (pannen); baksteenbouw met steekboogvormige muuropeningen uit de 19de en 20ste eeuw.

In de zuidoosthoek, verlaten boerenhuis met stal (ingekort) afgedekt met zadeldak (kunstleien), waarvan de constructie opklimt tot de 18de eeuw doch de muuropeningen grotendeels verbouwd werden, op een zandstenen deurtje met negblokken na; voorts rechte en overhoekse muizentand.

Ten zuidwesten, naast het poortgebouw, boerenhuis met anderhalve verdieping en zadeldak (pannen) gecementeerde straatgevel met rechthoekige vensters en deuren; aan de erfzijde, zandstenen vensterposten met sponning en negblokken; een schouderstuk en vlechtingen.