Burgerhuis in Louis-Philippestijl naar een ontwerp door de architect Frans J.H. Bex uit 1868. Opdrachtgever was Charles Marie Sevestre, notaris van 1832 tot 1865, die werd opgevolgd door zijn zoon Charles Antoine Louis Sevestre, notaris van 1865 tot 1895. Het pand, oorspronkelijk in halfopen bebouwing, kwam tot stand op het rechter gedeelte van het perceel ingenomen door het hotel Sevestre. Deze aan een binnenplein gelegen notariswoning, was sinds 1839 aan de Groenplaats afgesloten door een hoge tuinmuur met centrale koetspoort. Daarvan werd de rechter pijler in de pui van het nieuwbouwpand geïntegreerd. Pas bij de sloop en heropbouw van de notariswoning in 1902, kreeg het burgerhuis een inkomportaal aan de Groenplaats; de vierde verdieping werd in 1954 toegevoegd, de dakverdieping dateert uit de vroege jaren 2000.
Het hotel Sevestre maakt deel uit van het latere oeuvre van Frans J.H. Bex, architect van het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen. Over de bouwprojecten die hij in deze functie tot stand bracht is weinig bekend. Als privé-architect realiseerde hij met name tijdens de jaren 1850 enkele voorname neoclassicistische hotels, en voerde verbouwingen uit aan meerdere van de meest prestigieuze patriciërswoningen in de stad.
Rijhuis van drie traveeën en oorspronkelijk drie bouwlagen onder een zadeldak, vandaag vijf bouwlagen onder een plat dak. De bepleisterde en beschilderde lijstgevel rustte oorspronkelijk op een pui met schijnvoegen, rechthoekige vensters en een hardstenen plint. Horizontaal geleed door de puilijst, de bovenbouw gemarkeerd door hoekpilasters, legt de compositie de klemtoon op de middenas. Deze werd oorspronkelijk op de eerste verdieping gemarkeerd door een entablement en een balkon met postamenten, beide op voluutconsoles; de ijzeren balkonborstwering van de tweede verdieping is een latere toevoeging. Registers van getoogde bovenvensters in geriemde omlijsting met sluitsteen, op de eerste verdieping met doorgetrokken borstwering, op de tweede verdieping met lekdrempels op voluutconsoles. Oorspronkelijk vormde een klassiek hoofdgestel met casementen in de fries en een gekorniste houten kroonlijst op voluutconsoles de gevelbeëindiging. Verbouwde pui.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1868#177, 1839#140, 1902#1611 en 18#32932.