erfgoedobject

Hotel de Proli

bouwkundig element
ID
4017
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4017

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hotel de Proli
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • omvat de aanduiding als beschermd monument Herenhuis: geveldelen
    Deze bescherming is geldig sinds

Beschrijving

Historiek

Statig herenhuis met een traditionele kern die minstens opklimt tot de 17de eeuw, herbouwd kort na 1758 en verrijkt met een classicistisch poortrisaliet in 1782. Bouwheer van deze laatste ingrepen was de bankier en koopman graaf Charles André Melchior de Proli (Antwerpen, 1723-Brussel, 1786), in 1751 gehuwd met Cornélie Pétronille van der Linden (1727-1782). Hij was het jongste van vijftien kinderen van Pietro Proli (Como, 1671-Anwerpen, 1733), directeur van de Oostendse Compagnie. Na een opzienbarend faillissement in 1785, werden zijn bezittingen openbaar verkocht. vervolgens was het hotel in het bezit van de families Du Bois de Vroylande, Le Candele, Cogels en Van den Abeele.

Het hotel de Proli werd in opdracht van de Société Anonyme Hôtel St. Antoine ingrijpend verbouwd tot een mulitifunctioneel complex, naar ontwerp van Joseph de Lange uit 1926. De architect verhoogde het gebouw met twe verdiepingen, en voegde aan de achterzijde volgens een symmetrisch opzet twee nieuwbouwvleugels toe. Het programma omvatte vier winkels met woonst en een conciërgewoning op de begane grond. Een ensemble feestzalen (grote en kleine feestzaal, salon) met keuken en dienstwoning, horend bij het aanpalende Hôtel Saint-Antoine, besloeg de eerste verdieping. De in totaal twaalf appartementen op de tweede en de toegevoegde derde en vierde verdieping, bestonden uit een suite van woonkamer, eetkamer en salon, een keuken (in de rechter vleugel met office en meidenkamer), vier slaapkamers en een badkamer. Deze werden ontsloten door de ruime, centraal ingeplante traphal met lift.

De van oorsprong Nederlandse, joodse architect Joseph de Lange bouwde tijdens de eerste helft van de 20ste een bloeiende praktijk uit in Antwerpen, voornamelijk in dienst van de Joodse religieuze gemeenten en burgerij. Begonnen in 1903, ontwierp hij vóór de Eerste Wereldoorlog zowel in eclectische als in art-nouveaustijl. Midden jaren 1920 evolueerde zijn architectuur naar een gematigde art-decostijl. Zijn bekendste werk uit deze periode is het bekroonde, maar niet uitgevoerde wedstrijdontwerp uit 1923, voor de latere synagoge Romi Goldmuntz in de Oostenstraat. De architect vluchtte na de Duitse inval in 1940 met zijn gezin naar de Verenigde Staten, en overleed te Antwerpen in 1948 zonder zijn loopbaan te hebben kunnen hervatten.

Architectuur

Statig hotel met dubbelhuisopstand van negen traveeën en oorspronkelijk drie bouwlagen onder een schilddak. Oorspronkelijk bestond het complexe herenhuis uit drie, mogelijk vier vleugels rond een binnenplaats. Sinds de verbouwing van 1926 omvat het U-vormige gebouw vijf bouwlagen onder een plat dak. Daarbij werd de oorspronkelijk bekroning van het gevelfront verwijderd: in de middenas een markante oeil-de-boeuf met brede voluten als klauwstukken en een gebogen waterlijst op gestrekte uiteinden, geflankeerd door twee getoogde dakkapellen met voluten en waterlijst. De Lange verhoogde het gebouw echter met inachtneming van de gevelarchitectuur: het entablement op consoles van het risaliet werd één verdieping hoger herplaatst, en de topgeleding opgevat als attiekverdieping. Van omstreeks 1995 dateert het penthouse.

De lijstgevel heeft een parement uit zandsteen en witte natuursteen, op de eerste en tweede verdieping verankerd door smeedijzeren muurankers. Van blauwe hardsteen is gebruik gemaakt voor de pui, het balkon, de vensteromlijstingen en de consoles van het risaliet. Axiaal van opzet wordt de opstand gemarkeerd door het drie traveeën brede middenrisaliet in Lodewijk XVI-stijl, oorspronkelijk geblokt op de begane grond, de astravee van de bovenbouw gemarkeerd door lisenen in kolossale orde. Brede stafwerkpanelen, een spiegel met rozet en panelen met schijven omlijsten de rechthoekige koetspoort met geprofileerde dagkanten. Deze wordt bekroond door een gestrekte, geprofileerde waterlijst met gekoppelde voluut- en acanthusconsoles waartussen geringde leeuwenkoppen, hoekpostamenten waarop monumentale siervazen en een smeedijzeren borstwering van entrelacs. De flankerende winkelpuien met aangepast schrijnwerk zijn afgewerkt met een puilijst. Op de bovenverdiepingen registers van rechthoekige vensters met kwartholle dagkanten, hardstenen lekdrempel en latei, in het risaliet geaccentueerd door geriemde, hardstenen vensteromlijstingen. De als attiek opgevatte topgeleding is gevat tussen gekorniste houten kroonlijsten, en heeft een blinde attiek als bekroning, hoger opgetrokken in het risaliet. Dit laatste onderscheidt zich verder door Lodewijk XVI-consoles onder de kroonlijst en panelen op de penanten. Smeedijzeren vleugeldeur uit 1926.


Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hotel de Proli [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/4017 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.