erfgoedobject

Hoeve Sterckshof

bouwkundig element
ID
40183
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40183

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve Sterckshof
    Deze vaststelling is geldig sinds

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Hoeve Sans Souci
    Deze vaststelling was geldig van tot

Beschrijving

Voorheen ruime gesloten hoeve, ontstaan uit het Hof van Oppem dat aan de basis lag van de ontwikkeling van Oppem. Het huidige gebouwenbestand klimt op tot de 19de eeuw. De benaming werd ontleend aan kardinaal Sterckx wiens familie het hof verwierf in de 19de eeuw en het vergrootte tot een gesloten hoeve.

Historiek

Volgens de recente literatuurbronnen lag het nu verdwenen Hof van Ophem (ter plaatse van de huidige school, ten westen van de Sint-Stefanuskerk) aan de basis van de ontwikkeling van dit op een heuvel uitgebouwde gehucht. Als leengoed van Groot-Bijgaarden was het in bezit van het oude riddergeslacht van Ophem waarvan al vertegenwoordigers worden vermeld in het cartularium van de abdij van Grimbergen (1132-1243). Later werd het Hof van Ophem opgesplitst in verschillende hoven met een hof achter de kerk zonder specifieke benaming, later het Sterckxhof, en het Hof ten Steene dat in de 14de eeuw in het bezit was van Gielis van Ophem.

Tot in de 18de eeuw bleef het hof eigendom van de familie van Ophem. De Ferrariskaart toont het hof als een langgerekt noord-zuid-georiënteerd volume en haaks erop een kleiner vrijstaand volume. Door huwelijk kwam het hof in de 19de eeuw in het bezit van Guillaume Sterckx.

De familie Sterckx woonde voor de Franse Revolutie op het Groot Hof van Amelgem, maar nadat dit hof door de Fransen was verkocht verhuisden zij naar de hoeve ‘achter de kerk’. Een van de kinderen, namelijk Engelbertus Sterckx, geboren in 1792 als vierde van zes kinderen, werd in 1815 tot priester gewijd; hij werd in 1832 aartsbisschop van Mechelen en in 1838 verheven tot kardinaal. Hij ijverde voor vrijheid van onderwijs en realiseerde de heropening van de Leuvense universiteit. Het hoofdgebouw van het hof zou in die periode vergroot zijn als waardig onderkomen voor de kardinaal wanneer die naar Oppem kwam om te rusten. Vader Guillaume Sterckx, gehuwd met Barbara Leemans, was tijdens de Franse periode de enige burgemeester van het zelfstandige Oppem in de periode 1796-1810. In de Atlas van de Buurtwegen wordt het hof weergegeven als een gesloten hoeve.

Na het overlijden van Barbara Leemans, weduwe van Guillaume Sterckx, werd hun kleinzoon Hyppolite Toubeau de nieuwe eigenaar. Hij zou hier een stokerij uitbaten. Hiervoor werden ten oosten van het erf nieuwe gebouwen opgericht, kadastraal geregistreerd in 1858 als nouvelle construction d’une distillerie et de batiments rureaux in eigendom van Toubeau Hypolite Ludovicus, eigenaar Brussegem; het perceel ten noorden van de hoeve werd omschreven als boomgaard, het perceel ten oosten als hof.

In 1876 werd op het kadaster de verkoop geregistreerd aan Donaat Van Meyel, waarbij de stokerij muteerde naar een bâtiment rural. Het hof was nog steeds een gesloten geheel. In 1916 werd echter de afbraak geregistreerd van de westvleugel en het grootste deel van de zuidvleugel; de noordelijke vleugel onderging een volumewijziging. Boomgaard en hof bleven behouden. Als eigenaar werd Etterbeek de Burgerlijke Godshuizen aangehaald. Zij verwierven het hof als gift van Donaat van Meyel. In 1927 volgde de verkoop aan de familie Vanderhasselt. Door de aanleg van de Kardinaal Sterckxlaan in 1939 werd het noordelijke perceel met de boomgaard afgesneden van het hof.

Tijdens het interbellum was het hof gekend als 'Campagne de M. Legrand'; naderhand werd het bewoond door de familie Dewaet die er tijdens de Tweede Wereldoorlog en dit tot 1951 een restaurant 'Sans soucis' uitbaatte, zie oude prentkaarten.

In 2001 werd het geheel gerenoveerd waarbij het woonhuis werd ingericht als B&B. De overige gebouwen werden ingericht als aparte wooneenheden.

Beschrijving

Vandaag resten nog de noordvleugel met de woning en de oostvleugel, oorspronkelijk met stal, wagenhuis en haaks ingeplante schuur aan de zuidzijde; stal en schuur werden ingericht als aparte woonheden; het open wagenhuis doet dienst als bergruimte. Het erf met centraal ovaal grasperk en gekasseide stoepen langs de gebouwen wordt voor de rest afgesloten door een grotendeels witgeschilderde bakstenen muur met aan de zuidzijde, links van de schuur, een recent ijzeren hek tussen bakstenen pijlers. Het perceel ten oosten van de hoeve, voorheen de ‘hof’, behield eveneens zijn witgeschilderde bakstenen omheiningsmuur, afgedekt met pannen, met op de zuidoostelijke hoek een vernieuwde hardstenen pijlerkapel. In de rondboognis staat een beeld van de Heilige Theresia van Lisieux met haar typische attributen een kruis en rozen.

Verankerde en grotendeels witgeschilderde bakstenen gebouwen op gepikte plint, anderhalve à twee en een halve bouwlagen onder respectievelijk leien en pannen zadeldaken.

Onderkelderde noordvleugel met aan erfzijde links twee latere, inspringende traveeën en aansluitend zes traveeën. De overigens onbeschilderde lijstgevel wordt geopend door rechthoekige muuropeningen, op de begane grond getraliede, nog deels beluikte vensters in een hardstenen omlijsting, op de verdiepingen met hardstenen lateien en onderdorpels. De verhoogde begane grond is toegankelijk via hardstenen steektrappen naar rechthoekige deuren voorzien van (hergebruikte?) kalkzandstenen posten. De deur in de derde travee heeft een houten latei en hogerop een gevelsteen met opschrift ‘Sans Soucis’. Het schrijnwerk werd vernieuwd. Latere uitbreiding aan noordzijde van zes traveeën en twee bouwlagen onder lessenaarsdak tussen halve zijtrapgevels; eenvoudige rechthoekige muuropeningen.

De licht L-vormige oostvleugel werd heringericht tot afzonderlijke wooneenheden met toevoeging van een aantal muuropeningen in functie hiervan; zo werden klimmende dakvensters en dakvlakvensters toegevoegd. De oorspronkelijke, rechthoekige muuropeningen zijn gevat in een vlakke, soms vernieuwde hardstenen omlijsting en voorzien van nieuw schrijnwerk. De rondboogarcade aan erfzijde verwijst nog naar de vroegere functie als wagenhuis.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Mutatieschetsen en bijhorende mutatiestaten, Merchtem, afdeling III (Brussegem), 1858/9, 1876/7, 1916/21.
  • Atlas van de Buurtwegen, opgesteld naar aanleiding van de wet op de buurtwegen van 10 april 1841, schaal 1:2.500 (overzichtsplannen schaal 1:10.000).
  • Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden voor Zijn Koninklijke Hoogheid de Hertog Karel Alexander van Lotharingen, Jozef Jean François de Ferraris, Koninklijke Bibliotheek van België, uitgegeven in 1770-1778, schaal 1:11.520 herleid naar 1:25.000.
  • DE MOLINA J. A. 1997: Het hof achter de kerk van Oppem, Berla 47, 19-23.
  • HEYVAERT J. 2005: Meise, Van oorsprong tot 1940, Meise, 172.

Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Hoeve Sterckshof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40183 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.