is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Bieshochthoeve of 't Hof De Biesthoek
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Bieshochthoeve
Deze vaststelling was geldig van tot
Achterin gelegen semi-gesloten hoeve, waarvan de woning volgens literatuurgegevens opklimt tot de 17de eeuw en vergroot werd in 1776; op het kadaster wordt in 1866 echter een reconstruction totale geregistreerd met als resultaat een sterk afwijkende inplanting op de mutatieschetsen. In het begin van het tweede millennium werd het complex ingrijpend gerenoveerd met historiserende elementen.
Volgens J. Lindemans heeft de hoeve een Frankische oorsprong en werd ze eertijds Hof van Kwalstergem genoemd. Volgens J. Lefèvre zou de huidige hoeve opklimmen tot het begin van de 17de eeuw toen ze in de akten van de schepengriffie werd vermeld als een steenen huys stallinge en brouwerij bieshoecht genaamd. Op de Villaretkaart (1745-1748) wordt le Bistouck weergegeven als een nagenoeg rechthoekige omgrachting met een uitloper in de zuidoostelijke hoek en een toegang aan de oostzijde. Binnen de omgrachting is het terrein van noord naar zuid in twee gedeeld door een bijkomende gracht (opper- en neerhof). Centraal op het rechtse of oostelijke deel wordt een ruim L-vormig volume aangeduid. Twee kleinere volumes bevinden zich aan weerszijden van de oostelijke toegang. De Ferrariskaart (1771-1778) daarentegen toont een nagenoeg rechthoekige omgrachting zonder verdeling met centraal een rechthoekig volume. De Atlas der Buurtwegen (1841) geeft een hoeve weer waarvan de diverse bestanddelen U-vormig zijn ingeplant met de opening naar het oosten; een klein bijkomend volume ligt ten noordwesten van het complex en de omgrachting bleef enkel bewaard ten zuiden; deze inplanting komt overeen met de midden-19de-eeuwse Vandermaelenkaart waar de hoeve wordt aangeduid als Bieshoeit F(e)rme.
Op het kadaster wordt in 1866 een reconstruction totale geregistreerd waarbij de bestaande bebouwing wordt vervangen door een centraal erf met een ruim L-vormig volume dat de zuid- (woning) en westzijde (stal) beslaat, een rechthoekig volume ten noorden (schuur) en een onregelmatig volume ten oosten. De nieuwe inplanting wijkt daarbij volledig af van de oude. Als ‘eigenaar voor ’t gebouw’ wordt Gerardus Deryck aangehaald, als eigenaar van de grond Carolus Ludovicus Sonneville. De mutatieschetsen van 1869 vertonen lichte aanpassingen aan de volumes van de gebouwen maar de inplanting blijft behouden. Het is vooral het oostelijke volume dat wijzigt. Op de mutatieschetsen van 1888 wordt de gedeeltelijk afbraak en vergroting van de woning geregistreerd; het deel links van de woning wordt omgevormd als stoomstokerij. De eigenaar van de gebouwen was nog steeds dezelfde. De eigenaar van de grond was op dat ogenblik Eugenius Franciscus Hutinet, opziener der gazcompagnie, Parijs. In 1894 wordt de suppression d’une distillerie geregistreerd in eigendom van Judocus Leemans-Thys, de weduwe en kinderen. Recent werd het geheel grondig gerenoveerd (deels heropgebouwd) naar een ontwerp van 2002 van de hand van architect Bernard De Clerck.
Achterin gelegen nagenoeg gesloten hoeve, vanop de straat te bereiken via een gekasseide oprit. Ten zuiden ligt een vijver, mogelijk een bewaard deel van de oorspronkelijke omgrachting. De hoeve bestaat uit een grotendeels begrind erf met centraal grasperk; ten zuiden van het erf ligt het boerenburgerhuis en aansluitend ten westen de voormalige stoomstokerij; de haaks hierop ingeplante westvleugel omvat de vroegere stallen. Het aansluitende open wagenhuis met knoestige houten stijlen, nog geregistreerd bij de inventariscampagne in de jaren 1970, is inmiddels verdwenen. De noordzijde wordt ingenomen door een ruime schuur parallel aan de woning. De oostzijde tenslotte wordt afgesloten door een verhoogde bakstenen muur met een recent toegevoegd poortgebouw in neotraditionele stijl ter vervanging van een ijzeren hek tussen bakstenen pijlers. Aan deerfzijde werd tegen de muur, ten noorden van de doorgang, een volledig nieuw bijgebouw opgetrokken.
Sterk gerenoveerd boerenburgerhuis in neotraditionele stijl. Ten tijde van de eerste inventariscampagne in het begin van de jaren 1970 waren alle gebouwen gewit waardoor enkele verschillen ten gevolge van de renovatie moeilijk te achterhalen zijn. Eertijds droeg de woning nog de inmiddels verdwenen jaarankers 1776.
Momenteel betreft het een verankerde baksteenbouw van zeven traveeën en twee verspringende bouwlagen onder een mank pannen zadeldak met de nok parallel aan de straat en nieuw ingebrachte dakkapellen en dakvlakvensters. Gebruik van (gerecupereerde?) kalkzandsteen voor muurbanden, omlijstingen, onderbouw en steigergaten. In de zuidgevel zijn de rechthoekige vensters slechts voor een deel gevat in een natuurstenen omlijsting. Bijkomende vensters werden ingebracht bij de renovatie en een deel van de muurbanden blijkt voortgaande op oude foto’s af te wijken van de oorspronkelijke situatie. Alle vensters zijn voorzien van nieuw schrijnwerk en luiken. Eenvoudig korfboogdeurtje in een gerecupereerde natuurstenen omlijsting met hogerop een rechthoekige venstertje. Voortgaande op de verspringing in de gevel en de keldergaten bevindt zich links van de deur een opkamer. De gevarieerde muuropeningen in de drie linkertraveeën zijn alle het resultaat van de renovatie. In de rechtse zijgevel verwijst een bouwnaad duidelijk naar de latere uitbreiding (mutatie 1888) waardoor een mank zadeldak ontstond. Deze aanbouw is voorzien van een natuurstenen hoekketting, aan de erfzijde van een natuurstenen parement. Aan de witgeschilderde erfzijde van de woning werden de muuropeningen bij de renovatie volledig aangepast.
Ook de voormalige stokerij en haakse stalvleugel, beide een verankerde baksteenbouw onder pannen zadeldak, kregen een nieuwe functie en werden overeenkomstig voorzien nieuwe muuropeningen, waar ze voorheen in de buitengevels een vrij gesloten karakter hadden. De erfgevels zijn ook hier gewit in tegenstelling tot de buitengevels.
De oorspronkelijk tweebeukige langsschuur telt vijf traveeën onder een pannen schilddak met de nok parallel aan de woning. Voortgaande op oude foto’s met zeer onregelmatige muren, werd ze eveneens gerenoveerd en gedeeltelijk(?) heropgebouwd. Ze is opgetrokken uit witgeschilderde baksteen op een gecementeerde plint. Aan erfzijde wordt ze geritmeerd door lisenen waartussen rondbogige spaarvelden die de nieuw ingebrachte rechthoekige deuren en poort omvatten. Rechthoekige poorten onder houten latei in de noord-, oost- en westgevel. Deze aan de noordgevel werd ingebracht bij de restauratie, zoals blijkt uit oude foto’s. Deze aan de oostzijde was eertijds voorzien van een blind rondboogveld. Inwendig is er een bakstenen vloer en een gebint met pen- en gatverbindingen.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Wolvertem
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Bieshochthoeve of 't Hof De Biesthoek [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40197 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.