is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gesloten hoeve Spanjaardshof
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Gesloten hoeve Spanjaardshof
Deze vaststelling was geldig van tot
Gesloten hoeve zogenaamd Spanjaardhof, beeldbepalend gelegen ten noordoosten van de dorpskern van Mollem (Asse).
De oorspronkelijke benaming van de hoeve was Hof te Steenberg, verwijzend naar de ligging van de hoeve tussen de flanken van steengroeven. De oudste vermelding gaat terug tot de late 13de eeuw. Onder de familie van Steenbergen werd het goed in 1545 beschreven als “eenen winhove metten huysen, schuren - stallen - bogaerde - vijver daaraan geleghen oyck twee bergen, daar inne staande alle zijne anderen toebehoorten aan hof te Steenberghe”. De bergen wijzen op een middeleeuwse herenwoning. Later werd de hoeve bekend onder de namen ‘Velasco’ of ‘Spangaertshof’, genoemd naar Spanjaard Don Diego Fernandez de Velasco die de hoeve omstreeks 1585 had gekocht. Het domein bestond op dat moment, behalve uit een hoeve, ook uit een landgoed met kapel, een duivenhok en een watermolen. Deze constellatie is zichtbaar op bijvoorbeeld de Villaretkaart (1745-1748). Ten zuidoosten van de U-vormige, quasi gesloten hoeve bevond zich op dat moment een gebouw aangeduid als “chateau”. Op de Ferrariskaart (1771-1778) zijn beide gebouwen weergegeven met een licht gewijzigde inplanting. De constellatie van de hoeve, toen aangeduid als “Cense D’espagne”, komt overeen met de huidige gesloten inplanting met erftoegang ten westen. Het woonhuis ten zuidwesten was op dat moment wel voorzien van een bijkomend, haaks volume aan de straatzijde. Op beide historische kaarten bevond zich ten zuiden van de hoeve een grote waterpoel, terwijl het kasteel was opgevat als een waterkasteel, gelegen in een rechthoekige waterpartij. Ten noordoosten van de hoeve strekte zich een grote boomgaard uit. Op 19de-eeuwse historische kaarten werd de hoeve vermeld als Spanjaerdshof en was de waterpoel ook nog aanwezig. Ten zuidoosten en oosten bevonden zich nog enkele bijgebouwen, maar zowel het kasteel als deze gebouwen verdwenen in de loop van de 19de eeuw. In 1903 werden het grondplan en de activiteiten van de hoeve opgetekend in een onuitgegeven document van V. Cortvrindt. De hoevegebouwen bleven gedurende de 20ste eeuw relatief gaaf bewaard, op uitzondering van aanpassingen ten gevolge van de omschakeling van veeteelt naar akkerbouw.
Verzorgde gesloten hoeve, waarbij de gebouwen geschikt zijn rondom een rechthoekige, geplaveide binnenplaats. De oorspronkelijke rechthoekige mestvaalt centraal op het erf werd omgevormd tot een groen plantsoen met vijver. De gebouwen gaan in kern terug tot de tweede helft van de 18de eeuw, maar ondergingen aanpassingen en uitbreidingen. De oudste kernen bevinden zich ten zuidwesten en noordoosten van het erf, namelijk respectievelijk het woonhuis met varkensstal, die later werd uitgebreid, en de stalvleugel aan de overzijde met voorheen paardenstallen. Ten noordwesten, aan de straatzijde, bevindt zich een stalvleugel, hoofdzakelijk bedoeld voor koeien. Ten zuidoosten is de schuur ingeplant, met ten noordoosten aansluitend nog bijkomende stallen. Aan de overzijde van de straat bevindt zich een open karrenhuis, vermoedelijk daterend uit de 19de eeuw, dat aansluit bij het ensemble van de hoevegebouwen. Ernaast werd bij de inventarisatie van 1975 een bakhuisje geregistreerd, dat niet langer bewaard is.
De hoevegebouwen vormen een ensemble van verankerde bakstenen volumes, waarvan alle erfgevels witgeschilderd zijn op een gepikte plint. Op uitzondering van de stal ten noordwesten na zijn ook de andere gevels momenteel gewit. Het verslag van 1903 wijst erop dat de schuur toen nog een strodak bewaarde; heden zijn alle volumes afgedekt door pannen zadeldaken, eventueel voorzien van een schild.
De zuidwestelijke vleugel met het woonhuis is loodrecht op de straat ingeplant. Het uitkragende dak rust aan de erfzijde op geprofileerde daklijstbalkjes. De boerenwoning omvat vijf traveeën en is opgevat als een dubbelhuis. Ten zuiden wordt de woning geflankeerd door een kleine dienstruimte met varkensstal, onder hetzelfde dak. De muuropeningen zijn steekboogvormig en gevat in een kalkzandstenen omlijsting met sponning en negblokken aan de posten. De vensters en het bovenlicht boven de deur van het woonhuis zijn afgesloten met ijzeren tralies. De deur van de woning is voorzien van een houten tussendorpel. Boven de deuren zijn quasi vierkante, beluikte vensters aanwezig die de dakverdieping verlichten. Aan de straatzijde en gedeeltelijk ook aan de achterzijde is het volume later uitgebreid. Het oudste gedeelte van de achtergevel bewaart nog bewerkte modillons onder de dakoverstek. Ook is in de achtergevel een getoogde kalkzandstenen deuromlijsting met sponning en neggen bewaard, gedateerd “anno 1780” in de latei.
Het woonhuis werd inwendig grotendeels gemoderniseerd, weliswaar met behoud van de tongewelfde kelders, een houten moerbalk met sleutel in de leefruimte en de intacte dakconstructie van de vroegere graanzolders, bereikbaar via een houten steektrap.
De paardenstal aan de noordoostzijde van het erf klimt eveneens op tot de tweede helft van de 18de eeuw, gedateerd “1756” door middel van muurankers, weliswaar later gewijzigd. De erfgevel bewaart in de noordelijke hoek twee steekboogdeuren in een kalkzandstenen omlijsting met sponning en neggen. Ten zuiden zijn een getoogde kalkzandstenen latei en posten aanwezig van een heden gedichte muuropening.
De stal ten noordwesten is mogelijk recenter, maar bewaart naar verluidt in de zijpuntgevel (straatzijde) nog een gevelsteen “anno 1775”, die op het moment van herinventarisatie niet zichtbaar was door begroeiing van de gevel. Op het plan van 1903 was het volume in gebruik als ‘koeistal’ en ‘verrestal’. De zuidoostzijde van de gesloten hoeve wordt afgesloten door de langsschuur, eveneens recenter. Ten noordoosten wordt de hoek van de hoevebebouwing gevormd door een volume dat dienstdeed als varkens- en paardenstal en een 19de-eeuwse aardappelopslagplaats ter hoogte van de hoek bewaart.
Het open karrenhuis aan de overzijde van de straatzijde is eveneens een witgeschilderd bakstenen volume, voorzien van een pannen schilddak, met flankerende bijgebouwtjes onder lessenaarsdaken. De open poortinrit bewaart de houten zoldering.
Auteurs: De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne; Verhelst, Julie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Brussegem
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gesloten hoeve Spanjaardshof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40315 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.