De Zwarte Molen, gebouwd circa 1802, is een bewaarde, sterk ingekorte en brede molenromp die teruggaat op een korenmolen, van het type bovenkruier, stenen beltmolen (bergmolen). De naam is afkomstig van de zwarte teer waarmee de romp was ingestreken.
F.A.F. (Ferdinand) Van der Noot, heer van Vreckem, kreeg op 30 juni 1779 het octrooi van de Oostenrijkse keizerin Maria-Theresia om een houten graanwindmolen te bouwen, op het "appaers veld" (Dappersveld), op grond van het armenbestuur in Elingen met een erfpacht voor 98 jaar. In 1802 liet dezelfde eigenaar de standaardmolen vervangen in de huidige stenen bergmolen. De standaardmolen werd verkocht aan de gebroeders Maximiliaan (1764-1811) en Adriaan (1776-1862) d' Hauwer uit Denderwindeke, die hem lieten overbrengen naar Appelterre-Eichem (Ninove), waar hij nu nog staat.
Eind 1854 werd de molenas te koop aangeboden. Het wiekenkruis werd in 1931 weggenomen. Eén roede werd afgehaald door molenaar Rufin Van Nuffel voor de vervanging van de houten binnenroede van de (inmiddels verdwenen) staakmolen De Pauselijke Zouaaf in Pamel (Roosdaal). Later werd ook de kap verwijderd en de kuip tot op halve hoogte ingekort. Op een foto van 1934 staat de Zwarte Molen zonder wieken.
Door een opsplitsing van de straat, heeft de molensite twee inritten, zowel ten noorden als ten zuiden, waarvan die aan de noordzijde gekasseid is. Beide inritten leiden naar een achterin gelegen conische, sterk ingekorte en overwegend zwart geschilderde bakstenen molenromp van een beltmolen. De belt is deels afgegraven, deels met gras begroeid en deels met een aanbouw uitgebreid. De tot op halve hoogte ingekorte romp onder plat dak heeft rechthoekige muuropeningen, gevat in een omlijsting onder een ontlastingsboog. De noord-zuid gerichte vroegere invaart (doorgang) op de begane grond heeft aan de zuidzijde een aanbouw waarboven een balkon. De korfboogpoort is gevat in een natuurstenen omlijsting met een sleutel met inscriptie “1776”. Aan de noordzijde werd de vroegere rechthoekige poort van de invaart aangepast tot dezelfde korfboogvorm als die aan de zuidzijde. Binnen is de molen heringericht tot bakkerij en bergruimte. Het draaiend werk (maalinrichting) bleef niet bewaard.
Op de locatie van de woning in de Zwarte Molenstraat 70 bevond zich vroeger de molenaarswoning.
- DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2N, Gent.