erfgoedobject

Parochiekerk Sint-Genesius

bouwkundig element
ID
40595
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40595

Juridische gevolgen

Beschrijving

De sobere Sint-Genesiuskerk, oorspronkelijk met kerkhof en nabijgelegen pastorie, in de twintigste eeuw vervangen door een parking en een warenhuis, ligt in het midden van het dorpscentrum.

Historiek

De parochie van Rode wordt, volgens gegevens uit de literatuur, in 1190 voor het eerst uitdrukkelijk vermeld, met Beersel en Linkebeek als afhankelijke parochies. De kerk van Rode was de moederkerk voor Beersel en Linkebeek.

In de 19de eeuw viel de oorspronkelijke Sint-Genesiusparochie uiteen in vier parochies: Sint-Genesius (dorp), Sint-Barbara (De Hoek) in 1900, Onze-Lieve-Vrouw (Middenhut) in 1930 en de kapelanie Sint-Elisabeth van Hongarije in 1952 (Ten Broek).

Volgens De Becker zouden de oudste delen van de Sint-Genesiuskerk dateren uit de vijftiende eeuw. Rond 1530 vond een grondige verbouwing plaats, waarbij een nieuw koor werd gezet.

De kerk werd verschillende keren vergroot. Bij de vergrotingen werd erover gewaakt dat de kerk een eenheid van stijl zou bewaren. Een volgende grote bouwcampagne vond plaats tussen 1777 en 1782. Bouwheer was de abdij van Vorst. De kerk werd vergroot naar plannen van architect Laurent Benoit Dewez.

In 1783 werd de priorij van Zevenborren opgeheven. De toenmalige pastoor, Jakob van Achter, kocht meubilair van deze priorij op: twee biechtstoelen, een preekstoel, een orgel en orgelkast, het doksaal en tot slot twee zijaltaren samen met houtbeschotten.

Tussen 1860 en 1862 werd de kerk uitgebreid naar een standaardmodel van provinciaal architect Louis Spaak dat in veel dorpen werd toegepast. De eerstesteenlegging vond plaats op 7 juni 1860, zoals vermeld wordt in een gevelopschrift. De toren werd afgebroken en opnieuw opgebouwd. In 1862 was de vergroting voltooid.

Het kadaster registreerde deze uitbreiding pas in 1885. Nadien vonden er geen wijzigingen meer plaats qua bouwvolume.

Eind negentiende eeuw werden nieuwe glasramen geplaatst en werd een nieuw hoofdaltaar geplaatst, dat op zijn beurt in 1942 vervangen werd.

Het kerkhof bij de kerk, dat door de opeenvolgende uitbreidingen van de kerk al sterk was ingekrompen, werd in 1909 opgeheven. Pastoor August Hermans liet in 1909 achteraan in de kerk een Lourdesgrot bouwen. Voordien stond op die plaats een gotische doopvont uit blauwe steen.

Beschrijving

De sobere, neo-romaans getinte Sint-Genesiuskerk met ingebouwde westertoren is een ruime zaalkerk, opgetrokken uit baksteen onder leien zadeldak, met verschillende soorten decoratief verwerkte natuursteen, onder meer voor hoekkettingen, waterlijsten, plint en voor omlijstingen van de muuropeningen.

De plattegrond ontvouwt een driebeukig hallenschip, uitlopend op een koor van twee rechthoekige traveeën met driezijdige sluiting en een noord- en zuidsacristie.

De westgevel wordt gemarkeerd door de licht uitspringende toren van zes geledingen onder ingesnoerde naaldspits met torenuurwerk; met een eenvoudige rondboogpoort in een geprofileerde omlijsting van blauwe hardsteen; voorts gekoppelde rondboogvensters, opgevat als tweelichten met een neo-romaans tussenzuiltje en gevat in een omlopende geprofileerde rondboogomlijsting met rondvenster in het spaarveld, waarboven nog een omlopende waterlijst met dito galmgaten en rondboogfries onder de dakrand van de zijbeuken.

De westgevel kreeg een verticaal accent door het gebruik van contrasterende hoekkettingen en versneden hoeksteunberen. Centraal in de westgevel een kleine, rondboogvormige blindnis met omlopende waterlijst met sokkel, evenwel zonder beeld.

Schip en koor, op een plint van ijzerzandsteen, zijn voorzien van eenvoudige, getoogde vensters in een vlakke omlijsting uit ijzerzandsteen met hardstenen lekdrempel.

Sober en vrij streng aandoend driebeukig interieur geritmeerd door hardstenen Toscaanse zuilen en wit bepleisterde gordelbogen die de gewelfvlakken scheiden.

Fraai gesculpteerde, barokke preekstoel (1721) met gebeeldhouwde evangelisten en in bas-reliëf de kerkvaders Ambrosius, Gregorius en Hiëronimus, biechtstoelen met engelenhoofden en communiebank met uitbeelding van manna, kelk met hostie, paaslam en toonbroden uit het de voormalige priorij van Zevenbronnen. Volgens gegevens uit de literatuur zouden ook de vrij gestreng opgevatte houten zijaltaren uit deze abdij afkomstig zijn.

Natuurstenen gemeentelijk monument voor bevrijding van Sint-Genesius-Rode op 3 september 1944, met bekronende bronzen sculptuur van een soldaat met lauwerkrans in de hand ten zuiden van de kerk.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, mutatieschetsen Sint-Genesius-Rode, eerste afdeling, 1885/103, 1914/35.
  • DE BECKER U. & VANHEMELRIJCK F. 1982: Geschiedenis van Sint-Genesius-Rode, naar Constant Theys, Sint-Genesius-Rode, 363-388.

Auteurs: De Houwer, Veerle; Van Herck, Karina
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Aanvullende informatie

De kern van het orgel dateert uit de 17de eeuw. Het instrument onderging echter verschillende herstellingen en veranderingen. De orgelkast met gesculpteerd fronton, consoles en kapiteeltjes dateert van 1868. Het front bestaat integraal uit houten sierpijpen. Het meeste binnenpijpwerk is echter nog origineel en dateert uit de 17de eeuw. Orgelbouwer Anneessens uit Ninove verwerkte bij de bouw van het nieuwe orgel in 1868 immers een ruime hoeveelheid pijpwerk uit het vorige orgel.

  • Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, beschermingsdossier DB000663, Orgel Sint-Genesiuskerk (S.N., 1981).
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)

Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Genesius [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/40595 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.