De museumwoning Urvater werd volgens goedgekeurde bouwaanvraag van 17 oktober 1958 gebouwd voor diamantair en kunstverzamelaar Joseph Berthold 'Bertie' Urvater naar ontwerp van architect André Jacqmain. Ze werd ontworpen om de uitgebreide kunstverzameling van de bouwheer te huisvesten, maar kon deze functie slechts een paar jaar vervullen. In 1962, na het failliet van Urvater, werd het huis verkocht aan de Congolese staat en deed het dienst als ambassade.
In 2003 kwam het geheel in handen van een projectontwikkelaar en werd het met sloop bedreigd. Vanuit architecturale middens werd, met steun van André Jacqmain zelf, met succes geprotesteerd tegen het verdwijnen van deze woning, die als topwerk van Jacqmain, één van de markantste figuren van de Belgische naoorlogse architectuur, wordt gezien. Jacqmain beschouwde de woning, samen met het universitair restaurant op Sart-Tilman, als zijn belangrijkste werk en wees op de nationale en internationale erkenning die het pand vanaf de realisatie ten beurt was gevallen. Een nieuwe eigenaar behield de woning en liet op het terrein twee nieuwe villa's naar ontwerp van het 'Atelier d'architecture de Genval' van Jacqmain optrekken.
De woning is gelegen tegen de noordgrens van een hellend, beboomd terrein en omvat naast de museumwoning de voorliggende garage en oorspronkelijke ook het clubhuis van een tennisveld (bij de herinventarisatie kon niet worden vastgesteld of dit clubhuis bewaard bleef).
Een bakstenen muur met een smalle en een brede claustra-vormende poort markeert de toegang aan straatzijde. De deels in de terreinhelling ingegraven woning met twee bouwlagen onder plat dak is opgetrokken uit baksteen en beton met de hoofdgevel pal zuid, op de tuin georiënteerd, waardoor ze zich in haar relatie tot haar omgeving als een monumentaal tuinsculptuur poneert. In tegenstelling tot de meer neutrale achter- en zijgevels toont de voorgevel een sterk gefragmenteerd karakter van in hoogte en breedte verschillende en verspringende verticale muurpanden met tussenliggende terrassen en balkons, waardoor de grens tussen binnen en buiten ongrijpbaar blijft. Het sculpturaal effect wordt visueel nog versterkt door de contrasterende werking van donker baksteenmetselwerk in wisselend decoratief verband en van met natuurstenen banden doorstreept kiezelbeton. De naar achter getrokken deur- en vensteropeningen worden in hun smalle metalen profielen vrijwel geneutraliseerd. Smalle, verticale lichtopeningen op het gelijkvloers verwijzen naar de achterliggende tentoonstellingsruimte terwijl de brede horizontale vensterpartijen op de verdieping overeenstemmen met de leefruimten.
Met zijn non-conformisme, originele en toch sterk cultuurhistorisch bepaalde vormgeving - Jacqmain typeerde de woning zelf als Mexicaans - waarbij de formele en expressieve mogelijkheden van baksteen en kiezelbeton optimaal werden benut, zijn bestudeerde inplanting, subtiele benadering van de relatie binnen-buiten, verrassende ruimtewerking met incidentrijk parcours is deze woning de belangrijkste en tevens meest bevreemdende realisatie uit het veelzijdige oeuvre van André Jacqmain, die in de jaren 1960 was uitgegroeid tot één van de markantste figuren van de Belgische architectuur.
Auteurs: Paesmans, Greta
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Paesmans G. 2015: Urvaterwoning [online], https://id.erfgoed.net/teksten/168953 (geraadpleegd op ).
Urvaterwoning, landhuis in 1960 gebouwd voor de kunstverzamelaar Urvater, door architect A. Jacqmain. Verfijnde en evenwichtige vormgeving die gepaard gaat met uitgezochte materiaalkeuze en bijzonder verfijnde, rijkelijke afwerking.
Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs: De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Maegd C. & Van Aerschot S. 1975: Urvaterwoning [online], https://id.erfgoed.net/teksten/40610 (geraadpleegd op ).