Verlaten en met verval bedreigd gebouw in kern opklimmend tot de 17de eeuw, aangepast in de tweede helft van de 18de eeuw, in de loop van de 19de-begin 20ste eeuw gecementeerd, aangepast en met bijgebouwen vergroot.
Een tekening van 1711 (J. De Deken) toont een twee verdiepingen hoog waterkasteeltje met trapgevels en een kleine traptoren. De huidige constructie is blijkbaar een verbouwing van dit kasteeltje.
Rechthoekig gebouw met twee bouwlagen en een schilddak (kunstleien), waar tegen de beide langsgevels bijgebouwen werden opgetrokken. In de smalle noordergevel, behouden deur uit de tweede helft van de 18de eeuw: eenvoudige spiegelboog ingeschreven in een rechthoekige omlijsting met neuten, imposten en druiplijst en voorzien van een houten tussendorpel en getraliede waaier. Grote rechthoekige vensters vermoedelijk met zandstenen omlijstingen. In de noordoosthoek, torenachtige vierkante uitsprong van zandsteen, voorzien van een kelderraampje, een steekboog- en een rechthoekig venster (tweede helft 18de eeuw) mogelijk de rest van het op de tekening voorkomend torentje?
De zuidertravee behoudt binnenin een oorspronkelijke moerbalk met consooltjes.