Teksten van Kasteeldomein Trianon

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/41020

Kasteeldomein Trianon ()

Classicistisch land- en koetshuis, gebouwd in de 18de eeuw, omgeven door een grotendeels verkaveld kasteeldomein. In het domein een tot serpentinevijver omgevormde slotgracht, oude bomen verspreid over diverse eigendommen en dreeffragmenten.

Historiek

De Ferrariskaart (1771-1775), bijna veertig jaar na de aanleg van de Leuvensesteenweg en 20 jaar na de voltooiing van de vaart Leuven-Rupel, geeft de huidige situatie weer: een nieuw gebouw, evenwijdig met de steenweg en aan het eindpunt van het 2 km lange, beboomde dreef, de huidige Trianondreef, ongetwijfeld bedoeld als voornaamste toegangsweg. Deze dreef wijst linea recta richting Brussel, waar op gebied van sociale promotie meer te rapen viel dan in Mechelen of Leuven. De lengte van de dreef en de naam van het goed – verwijzing naar de beroemde tuinpaviljoenen in Versailles – laten ambities vermoeden die het lokale niveau ver overstijgen.

Kasteel

Het kasteel telt twee bouwlagen onder een mansardedak (leien). Gecementeerde gevels gemarkeerd door het met een fronton bekroond middenrisaliet. Uitgewerkte arduinen deuromlijstingen; deze van de voorgevel is mogelijk een kopie van de parkgevel.

Anders dan het Bunselhof aan de overzijde van de Leuvensesteenweg, bestond het Trianonkasteel (of wat later zo genoemd zou worden) geruime tijd vóór de aanleg van de steenweg Leuven-Mechelen in 1736. Op kaart 2 in de 'Atlas cadastral de Hever' door P. Van Antwerpen, opgemaakt in 1728-1729 en gecorrigeerd in 1741 na de aanleg van de steenweg, wordt een diephuis van twee bouwlagen getoond met een zadeldak en minstens één getrapte zijgevel, vermoedelijk 16de- of vroeg-17de-eeuws. Op latere figuratieve kaarten wordt een dubbelhuis met een schilddak getoond en komt ook de naam Trianon voor. Het staat centraal op een vierkant, door een brede ringgracht omgeven eiland, dat via een brug of een dijkje vanuit het noorden toegankelijk is. Langs deze zijde bevindt zich een rechthoekig, in vier bedden verdeeld tuinperceel.

De Primitieve kadasterkaart, uitgetekend door Bastendorff in 1819, toont weinig verschil met de laat-18de-eeuwse toestand: het kasteelgebouw als eindpunt van de Trianondreef, een dienstgebouw (stal, koetshuis) evenwijdig hiermee en – helemaal achteraan – de L-vormige boerderij, een relict van het oude neerhof dat nog georiënteerd is volgens de oude situatie. Het nieuwe kasteel was een sober classicistisch landhuis met een middenrisaliet bekroond door een driehoekig fronton.

De Louis XV-elementen (vooral de deuromlijstingen) en het mansardedak werden later – mogelijk rond 1870 en vooral in 1907 – toegevoegd.

Park

In tegenstelling tot het nabijgelegen Jezuïetenhof (nu Ambrooskasteel) of Plankendaal te Muizen, valt er rond Trianon van tuinaanleg nauwelijks iets te bespeuren. Het vroegere tuinperceel ten noorden van de motte wordt op de Ferrariskaart als bos weergegeven, ontsloten door een diagonaal padenkruis.

Een gedeelte van de oude ringgracht is op de Primitieve kadasterkaart nog herkenbaar als serpentinevijver. De curieuze halfronde uitstulping in het rechthoekige perceel, in de lengteas van het kasteel, en het rechthoekige vijvertje in het verlengde daarvan, suggereren een regelmatig-symmetrische aanleg waarvan op de 18de-eeuwse kaarten echter niets te bespeuren valt.

De Primitieve eigenaar was graaf Jean Charles de Brouchoven de Bergeyck uit Mechelen, die ook het nabijgelegen kasteel van Gottendijs bezat. Het goed besloeg circa 3 hectare 27 are, waarvan slechts 71 are tuin. Het prefix "lust-" wordt uitsluitend voor de vijver gebruikt. Het hoogtij van het Trianon-landgoed moet gesitueerd worden vlak voor de Eerste Wereldoorlog, na de aankoop door de familie Van Langhendonck, die zich gevestigd had in het nabijgelegen Plankendaal en die sinds 1880 Gottendijs als jachtpaviljoen gebruikte. Een in 1913 afgestempelde ansichtkaart toont een binnenhof (tussen kasteel en remise) met rozenperken omgeven door buxushaagjes en in bijenkorf geschoren buxussen. Aan de rand van het tuinperceel met de halfronde uitstulping werd ook een serre gebouwd, maar het grootste deel (1,5 hectare) van het landgoed bleef als bos geregistreerd.

Na 1950 werd dit bosperceel verkaveld en met villa's bebouwd en ook de voormalige moestuin, nu bebost, werd door het kadaster al in kavels gelegd en is 'stedenbouwkundig' veroordeeld. Verspreid over de villapercelen komen nog enkele relicten voor van de sieraanplantingen die circa 1900 werden uitgevoerd: bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), tamme kastanje (Castanea sativa), zilverlinden (Tilia tomentosa), plataan (Platanus x hispanica), taxus (Taxus baccata), haagbeuk (Carpinus betulus). Langs de Trianondreef, ter hoogte van het Bloso-domein (Zemst-Hofstade), getuigen enkele bruine beuken van de statige dreef die in de late 19de eeuw werd aangeplant en ook de serpentinevijver, relict van de oude ringgracht, bestaat nog.

Merkwaardige bomen (opname 23 juni 2000)

Het cijfer in vet geeft de stamomtrek in centimeter weer. De omtrek wordt standaard gemeten op 150cm hoogte. Het cijfer vooraan verwijst naar de locatie op een plan in het inventarisdossier.

  • 2. gewone haagbeuk (Carpinus betulus) 204
  • 7. bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') 399
  • Koninklijke Bibliotheek, afd. Kaarten en Plannen, 18 B.119.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Oudste kadastrale legger [212] Hever, art. 20 nrs. 10-20.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Hever 1907 nr. 1.
  • VERBESSELT J., Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13de eeuw, deel XIV, Pittem, G. Veys, z.d., p. 81 en afbeelding naast p. 96.

Deze tekst is een samenvoeging van volgende twee teksten:

  • De Maegd C. & Van Aerschot S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2N, Gent.
  • DENEEF R. 2007: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Vlaams-Brabant. Hageland - Noordoosten van Vlaams-Brabant. Aarschot, Begijnendijk, Bekkevoort, Boortmeerbeek, Diest , Haacht, Keerbergen, Rotselaar, Scherpenheuvel-Zichem, Tremelo.

Auteurs:  Deneef, Roger; Wijnant, Jo; De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Deneef R. & Wijnant J. & De Maegd C. & Van Aerschot S. 2019: Kasteeldomein Trianon [online], https://id.erfgoed.net/teksten/298437 (geraadpleegd op ).


Tuin van het kasteel Trianon ()

18de eeuws land- en koetshuis: tot serpentinevijver omgevormde slotgracht, oude bomen verspreid over diverse eigendommen, dreeffragmenten.

Anders dan het Bunselhof aan de overzijde van de Leuvensesteenweg, bestond het Trianonkasteel (of wat later zo genoemd zou worden) geruime tijd vóór de aanleg van de steenweg Leuven-Mechelen in 1736. Op kaart 2 in de 'Atlas cadastral de Hever' door P. Van Antwerpen, opgemaakt in 1728-1729 en gecorrigeerd in 1741 na de aanleg van de steenweg, wordt een diephuis van twee bouwlagen getoond met een zadeldak en minstens één getrapte zijgevel, vermoedelijk 16de- of vroeg-17de-eeuws. Op latere figuratieve kaarten wordt een dubbel huis met een schilddak getoond en komt ook de naam Trianon voor. Het staat centraal op een vierkant, door een brede ringgracht omgeven eiland, dat via een brug of een dijkje vanuit het noorden toegankelijk is. Langs deze zijde bevindt zich een rechthoekig, in vier bedden verdeeld tuinperceel.

De Ferrariskaart (1771-1775), bijna veertig jaar na de aanleg van de Leuvensesteenweg en 20 jaar na de voltooiing van de vaart Leuven-Rupel, geeft de huidige situatie weer: een nieuw gebouw, evenwijdig met de steenweg en aan het eindpunt van het 2 km lange, beboomde dreef, de huidige Trianon­dreef, ongetwijfeld bedoeld als voornaamste toegangsweg. Deze dreef wijst linea recta richting Brussel, waar op gebied van sociale promotie meer te rapen viel dan in Mechelen of Leuven. De lengte van de dreef en de naam van het goed – verwijzing naar de beroemde tuinpaviljoenen in Versailles – laten ambities vermoeden die het lokale niveau ver overstijgen. In tegenstelling tot het nabijgelegen Jezuïetenhof (nu Ambrooskasteel) of Plankendaal te Muizen, valt er rond Trianon van tuinaanleg nauwelijks iets te bespeuren. Het vroegere tuinperceel ten noorden van de motte wordt op de Ferrariskaart als bos weergegeven, ontsloten door een diagonaal padenkruis.

De Primitieve kadasterkaart, uitgetekend door Bastendorff in 1819, toont weinig verschil met de laat-18de-eeuwse toestand: het kasteelgebouw als eindpunt van de Trianondreef, een dienstgebouw (stal, koetshuis) evenwijdig hiermee en – helemaal achteraan – de L-vormige boerderij, een relict van het oude neerhof dat nog georiënteerd is volgens de oude situatie. Het nieuwe kasteel was waarschijnlijk een sober neoclassicistisch landhuis met een middenrisaliet bekroond door een driehoekig fronton. De Louis XV-elementen (vooral de deuromlijstingen) en het mansardedak werden later – mogelijk rond 1870 en vooral in 1907 – toegevoegd. Een gedeelte van de oude ringgracht is op de Primitieve kadasterkaart nog herkenbaar als serpentinevijver. De curieuze halfronde uitstulping in het rechthoekige perceel, in de lengteas van het kasteel, en het rechthoekige vijvertje in het verlengde daarvan, suggereren een regelmatig-symmetrische aanleg waarvan op de 18de-eeuwse kaarten echter niets te bespeuren valt.

De Primitieve eigenaar was graaf Jean Charles de Brouchoven de Bergeyck uit Mechelen, die ook het nabijgelegen kasteel van Gottendijs bezat. Het goed besloeg circa 3 hectare 27 are, waarvan slechts 71 are tuin. Het prefix "lust-" wordt uitsluitend voor de vijver gebruikt. Het hoogtij van het Trianon-landgoed moet gesitueerd worden vlak voor de Eerste Wereldoorlog, na de aankoop door de familie Van Langhendonck, die zich gevestigd had in het nabijgelegen Plankendaal en die sinds 1880 Gottendijs als jachtpaviljoen gebruikte. Een in 1913 afgestempelde ansichtkaart toont een binnenhof (tussen kasteel en remise) met rozenperken omgeven door buxushaagjes en in bijenkorf geschoren buxussen. Aan de rand van het tuinperceel met de halfronde uitstulping werd ook een serre gebouwd, maar het grootste deel (1,5 hectare) van het landgoed bleef als bos geregistreerd.

Na 1950 werd dit bosperceel verkaveld en met villa's bebouwd en ook de voormalige moestuin, nu bebost, werd door het kadaster al in kavels gelegd en is 'stedenbouwkundig' veroordeeld. Verspreid over de villapercelen komen nog enkele relicten voor van de sieraanplantingen die circa 1900 werden uitgevoerd: bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea'), tamme kastanje (Castanea sativa), zilverlinden (Tilia tomentosa), plataan (Platanus x hispanica), taxus (Taxus baccata), haagbeuk (Carpinus betulus). Langs de Trianondreef, ter hoogte van het Bloso-domein (Zemst-Hofstade), getuigen enkele bruine beuken van de statige dreef die in de late 19de eeuw werd aangeplant en ook de serpentinevijver, relict van de oude ringgracht, bestaat nog.

Merkwaardige bomen (opname 23 juni 2000)
Het cijfer in vet geeft de stamomtrek in centimeter weer. De omtrek wordt standaard gemeten op 150cm hoogte. Het cijfer vooraan verwijst naar de locatie op een plan in het inventarisdossier.

  • 2. gewone haagbeuk (Carpinus betulus) 204
  • 7. bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') 399

  • Koninklijke Bibliotheek, afd. Kaarten en Plannen, 18 B.119.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Oudste kadastrale legger [212] Hever, art. 20 nrs. 10-20.
  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale opmetingsschets Hever 1907 nr. 1.
  • VERBESSELT J., Het parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13de eeuw, deel XIV, Pittem, G. Veys, z.d., p. 81 en afbeelding naast p. 96.

Bron: DENEEF R., 2007: Historische tuinen en parken van Vlaanderen. Inventaris Vlaams-Brabant. Hageland - Noordoosten van Vlaams-Brabant. Aarschot, Begijnendijk, Bekkevoort, Boortmeerbeek, Diest , Haacht, Keerbergen, Rotselaar, Scherpenheuvel-Zichem, Tremelo.
Auteurs:  Deneef, Roger; Wijnant, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Deneef R. & Wijnant J. 2007: Kasteeldomein Trianon [online], https://id.erfgoed.net/teksten/298436 (geraadpleegd op ).


Kasteel Trianon ()

Classicistisch kasteel met twee bouwlagen en een mansardedak (leien), daterend uit het derde kwart van de 18de eeuw. Gecementeerde gevels gemarkeerd door het met een fronton bekroond middenrisaliet. Uitgewerkte arduinen deuromlijstingen; deze van de voorgevel is mogelijk een kopie van de parkgevel. Het domein werd grotendeels verkaveld.


Bron: DE MAEGD C. & VAN AERSCHOT S. 1975: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Vlaams-Brabant, Halle-Vilvoorde, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 2n, Gent.
Auteurs:  De Maegd, Christiane; Van Aerschot, Suzanne
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: De Maegd C. & Van Aerschot S. 1975: Kasteeldomein Trianon [online], https://id.erfgoed.net/teksten/41020 (geraadpleegd op ).