"Ceusterhuys", volgens de literatuur minstens opklimmend tot 1613. Aanvankelijk school van de Heer van Westmeerbeek en woning van de kapelaan-koster-onderwijzer. Vanaf 1788 gedeeltelijk in gebruik door de schepenbank en vanaf 1845 helemaal ingenomen als gemeentehuis. Heringericht als gemeentehuis in de jaren 1930; op de plattegrond werd voorzien in een lokaal voor het publiek, een raadzaal-secretariaat, een ruimte voor het kadaster en de oude archieven, een openbare "volksboekerij", een bergplaats en een "doortochthuis" (gevangenis); de gevelopstand was voorzien van een neogotisch perron. In de jaren 1950 verhuisde het gemeentehuis naar de Stationsstraat nummer 39 en bleef het Ceusterhuys voorbehouden als bibliotheek en stempellokaal.

Heden neotraditioneel getint diephuis met 17de-eeuwse kern, zie bouwnaden en sporen van muurvlechtingen in voor- en achtergevel, evenals gedicht rondboogdeurtje in rechter zijgevel. Verankerde baksteenbouw van één bouwlaag onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen). Trapgevel (7 treden + bolvormig topstuk) aan straatzijde met in de top centrale gevelsteen, reliëf dat Sint-Michiel voorstelt. Rechthoekige muuropeningen en gecementeerde muurbanden, als resultaat van latere aanpassingen.