De Craeneveldhoeve is een omgrachte hoeve met een gesloten karakter en een afgezonderd bakhuis dat geïsoleerd ligt tussen landbouwgronden. In het noordwesten van de hoeve liggen uitgestrekte akkers, het Erwteveld en het Langendonkveld. Naar het zuiden, in de Leibeekvallei, wordt de hoeve begrensd door droge weiden. Ten oosten liggen de drassige weiden van het Werchters broek.
In het eerste kwart van de 13de eeuw werd op deze locatie het Hof ter Hofstad opgericht, een ontginningshoeve in natuursteen. Aan de start van de 17de eeuw bestond deze hoeve uit acht gebouwen, waaronder een woontoren en een poortgebouw. Al deze gebouwen werden in de 17de eeuw volledig afgebroken en vervangen door een nieuwe hoeve met een gesloten karakter met vier vleugels rondom een binnenhof. Het bakhuis werd in het zuidwesten buiten de gracht opgetrokken omwille van brandgevaar. De wateraanvoer voor de grachten gebeurde via de Grensgracht in het noorden. In het westen stond oorspronkelijk ook een omvangrijke woning van de eigenaar (bijgenaamd ‘het kasteel’). Bij het bouwen werd gebruik gemaakt van gerecupereerd materiaal van het voormalige hof, met name de woontoren (ledesteen, bruine ijzerzandsteen en 14de- en 15de-eeuwse bakstenen).
Tijdens de 18de en 19de werden verscheidene wijzigingen uitgevoerd aan de bestaande gebouwen. De 20ste eeuw werd gekenmerkt door een periode van verval. De woning van de eigenaar (het kasteel) werd omstreeks 1920 volledig afgebroken. Van deze woning werden tijdens archeologische opgravingen in 1986 nog enkele dikke muren teruggevonden.
Op de kabinetskaart van de Ferraris (1770-1778) wordt de site met walgracht aangeduid als hoeve ‘Cramvel’. Ten oosten van het gebouw ligt een eveneens omgracht tuinperceel en ten westen, aan de andere kant van de dreef, is een boomgaard aangeplant. Daarrond liggen de akkers. Meer naar het oosten zijn meersen of drassige graslanden aanwezig langs de Binnebeek. De hoeve wordt ontsloten door een netwerk van rechte dreven, in het noorden, het zuidoosten, het zuiden en het westen. In het oosten leidt een voetweg van de hoeve naar de Dijle bij Werchter.
Deze wegtracés verbonden de hoeve met de omliggende gehuchten en dorpen zoals Scharent (noorden), Wakkerzeel (zuiden) en Tildonk (westen) en zijn nog steeds in gebruik. Enkel de toegang in het zuidoosten verdween ca. 1940. De weg Kraneveld is half verhard met langsgrachten en heeft een wegbeplanting van opgaande eiken. Het Kraneveldhoevepad werd in 1913 verbreed van 1,65m naar 3,30m. Ook deze weg is half verhard met langsgrachten en een bomenrij van enkele opgaande eiken. De Rasschaertdreef is een onverharde voetweg zonder wegbeplanting die aansluit op enkele voetwegen en zo doorloopt naar de parochiekerk van Wakkerzeel.
De omgeving van de Craeneveldhoeve bleef nagenoeg ongewijzigd sinds het einde van de 18de eeuw. Enkele akkervelden werden omgevormd tot graslanden. De vierkante gracht rond de hoeve is nog steeds open water en is beplant met hakhout. De gracht rond het tuinperceel is nog deels herkenbaar. In de toegangsweg naar het poortgebouw en de doorgang onder het poortgebouw zijn de oorspronkelijke witte kasseien nog bewaard. Ook op de binnenplaats zijn de kasseien nog deels bewaard.
In 1971 werd de hoeve als volgt beschreven:
Ruime omgrachte hoeve van het gesloten type geïsoleerd ingeplant midden in de bebouwde akkers. Bewaarde gebouwen in traditionele stijl die hoofdzakelijk dateren uit de 17de eeuw. Woon- en dienstruimten opgesteld rondom een vierkant binnenhof. Hoofdvleugel (ten zuiden) gemarkeerd door het hoge met schilddak afgedekte duifhuis die voorzien is van een rondbooginrijpoort met zandstenen omlijsting en kruisvensters met fraai geprofileerde tracering.
Links het één verdieping hoog boerenhuis met zadeldak uit de 16de-17de eeuw; bakstenen zijgevel met muurvlechtingen en top- en schouderstukken, overigens zandsteenbouw in klein, vrij regelmatig verband; sporen van kruisvensters (posten en ontlastingssysteem); aan de hofzijde, grote latere steekboogdeur met dichtgemetseld bovenlicht. Wijzigingen uit de 19de eeuw.
Rechts, één verdieping hoge aanhorigheden met zadeldak; constructie met gesloten karakter voorzien van schietgaten aan de grachtzijde. Oostvleugel bestaande uit de indrukwekkende, doch ten dele vervallen langsschuur. Noordzijde afgezet met het wagenhuis, een korfbooggalerij en andere verlaten aanhorigheden. Een gedeeltelijk in puin liggende omheiningsmuur met sporen van een aanleunend gebouw bakent het hof af aan de westzijde. Het bakstenen bakhuisje uit de 17de-18de eeuw is aan de overkant van de grachten gelegen.
Auteurs: Verdurmen, Inge; Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline; Elsen, Liedewij
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Verdurmen I. & Genicot L. & Van Aerschot S. & de Crombrugghe A. & Sansen H. & Vanhove J. & Elsen L. 2024: Hoeve Craeneveld met toegangswegen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/432668 (geraadpleegd op ).
Ruime omgrachte hoeve van het gesloten type geïsoleerd ingeplant midden in de bebouwde akkers. Bewaarde gebouwen in traditionele stijl die hoofdzakelijk dateren uit de 17de eeuw. Woon- en dienstruimten opgesteld rondom een vierkant binnenhof. Hoofdvleugel (ten zuiden) gemarkeerd door het hoge met schilddak afgedekte duifhuis die voorzien is van een rondbooginrijpoort met zandstenen omlijsting en kruisvensters met fraai geprofileerde tracering.
Links het één verdieping hoog boerenhuis met zadeldak uit de 16de-17de eeuw; bakstenen zijgevel met muurvlechtingen en top- en schouderstukken, overigens zandsteenbouw in klein, vrij regelmatig verband; sporen van kruisvensters (posten en ontlastingssysteem); aan de hofzijde, grote latere steekboogdeur met dichtgemetseld bovenlicht. Wijzigingen uit de 19de eeuw.
Rechts, één verdieping hoge aanhorigheden met zadeldak; constructie met gesloten karakter voorzien van schietgaten aan de grachtzijde. Oostvleugel bestaande uit de indrukwekkende, doch ten dele vervallen langsschuur. Noordzijde afgezet met het wagenhuis, een korfbooggalerij en andere verlaten aanhorigheden. Een gedeeltelijk in puin liggende omheiningsmuur met sporen van een aanleunend gebouw bakent het hof af aan de westzijde.
Het bakstenen bakhuisje uit de 17de-18de eeuw is aan de overkant van de grachten gelegen.
Bron: GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
Auteurs: Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Genicot L. & Van Aerschot S. & de Crombrugghe A. & Sansen H. & Vanhove J. 1971: Hoeve Craeneveld met toegangswegen [online], https://id.erfgoed.net/teksten/41863 (geraadpleegd op ).