Classicistisch burgerhuis van vijf traveeën en drie bouwlagen onder een steil schilddak (nok parallel aan de straat, leien), dat in zijn huidige vorm van omstreeks 1775 dateert. De achterbouw onder een diepgericht zadeldak met kruisende nok en de behouden top van een puntgevel, wijzen op de oudere kern van het pand, een samenstel van de huizen "Leliënborch" (linker traveeën) en "Den Soeten Naem Jesus" (rechter travee). De huisnaam "Leliënborch" wordt voor het eerst vermeld in 1456, "Den Soeten Naem Jesus" in 1546, maar de vorming van en de bebouwing op deze percelen met uitgang in de Oude Beurs hebben een nog oudere oorsprong. Tot de oudst bewaarde delen van het vroegere diephuis "Leliënborch", dat in kern mogelijk opklimt tot het midden van de 15de eeuw, behoort de tweebeukige kelder, overkluisd door tongewelven op zandstenen segmentbogen en pijlers.

De bepleisterde en beschilderde lijstgevel beantwoordt aan een regelmatig ordonnantieschema, opgebouwd uit registers van rechthoekige bovenvensters in een vlakke omlijsting met hardstenen lekdrempels. Beide uiterste traveeën worden op de begane grond symmetrisch gemarkeerd door twee identieke rondboogpoorten in een Lodewijk XVI-omlijsting uit blauwe hardsteen. De geprofileerde archivolt met een diamantkop onder de bewerkte sluitsteen, rust op vlakke rechtstanden met neuten en gelede imposten. Het geheel is gevat in een vlakke, rechthoekige omlijsting met uitgespaarde hoeken, versierd met een parellijst en festoenen in de zwikken, die wordt bekroond door een gestrekte druiplijst met eierlijst. Een klassiek hoofdgestel met een gelede architraaf, trigliefen met guttae in de fries, en een houten kroonlijst op brede klossen vormt de gevelbeëindiging. De benedenvensters en centrale penanten zijn sinds 1904 verbouwd tot winkelpui.

Eertijds drie huizen "Leliënborch", "Zoeten Naem Jhesus" en "Oude Wage" of "Gulden Voet".

Classicistisch breedhuis van vijf traveeën en drie verdiepingen met schilddak (kunstleien, nok parallel aan de straat), uit het vierde kwart van de 18de eeuw. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel met rechthoekige vensters met lekdrempels, gevat in een omlijsting van platte banden. Gevelbeëindiging door middel van kroonlijst op brede klossen, waaronder trigliefen met guttae, onderling verbonden door gelede architraaf. Twee merkwaardige blauwe hardstenen poorten in Lodewijk XVI-stijl uit het vierde kwart van de 18de eeuw: rondboogvormige geprofileerde omlijsting met bewerkte sleutel, imposten en rechtstanden op vlakke neuten, gevat in een rechthoek van platte banden versierd met parellijst; zwikken verfraaid met festoenen; geheel bekroond door een gestrekte druiplijst met eierlijst. Verder storend gewijzigde benedenverdieping.