Traditioneel diephuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat), uit het vierde kwart van de 16de of het eerste kwart van de 17de eeuw. Mevrouw Beyns, uitbaatster van een banketbakkerij, liet in 1875 de huidige winkelpui aanbrengen. Uit het bouwdossier vallen ontwerper noch aannemer af te leiden.

Bepleisterde en beschilderde trapgevel van zeven treden met drie overhoekse topfialen waarvan het bovenste lid ontbreekt. Vermoedelijk opgetrokken in bak- en zandsteenbouw, is de opstand verankerd door smeedijzeren muurankers, waaronder met gekrulde spie. Op beide bovenverdiepingen, aangepaste rechthoekige vensters met kwartholle dagkanten op doorgetrokken lekdrempels. Het betreft registers van vroegere, gekoppelde kruiskozijnen, waarvan het middenvenster op de tweede verdieping zich onderscheidt door een latei op korbelen. De tweeledige geveltop wordt gemarkeerd door waterlijsten, die om de middenluiken heenlopen. Een rechthoekig drielicht met kwartholle dagkanten en verweerde druiplijsten, het lagere middenluik met een latei op korbelen, doorbreekt het eerste register. Erboven eenzelfde rechthoekig luik en een balkgat. De klassieke houten winkelpui met zijportaal, bewerkte pilasters en een hardstenen plint, werd oorspronkelijk bekroond door een entablement waarvan de kroonlijst steunde op voluutconsoles. Achtergevel: bepleisterde puntgevel met drielicht in de tweeledige top.

Diephuis, drie traveeën en drie bouwlagen met zadeldak (leien), uit het vierde kwart van de 16de eeuw of eerste kwart van de 17de eeuw, doch later aangepast en verbouwd.

Bepleisterde en beschilderde trapgevel (zeven treden) met overhoekse topfialen waarvan het bovenste lid ontbreekt. Behouden muurankers. Op de bovenverdieping, gekoppelde rechthoekige vensters voorzien van doorlopende lekdrempels (verbouwde kruiskozijnen). Tweeledige top gemarkeerd door doorlopende waterlijsten die om de middelste opening heenlopen. Onderste topgeleding met breder en dieper geplaatst luikgat waarvan de latei rust op consooltjes; flankerende rechthoekige luikgaten. Erboven rechthoekig luik en balkgat. Deels verbouwde houten winkelpui.