Door A. De Bruyn ontworpen ensemble dat gevormd wordt door een monumentale herenwoning in empirestijl (1824), aanpalend een koetspoort en een paviljoen (1839), en een ruime stadstuin die aanvankelijk natuurlijk begrensd werd door de Voer en in 1870 afgesloten werd door een bakstenen tuinmuur met poort (J. Vingeroedt).
Het goed was oorspronkelijk een strak symmetrisch geheel met centraal het voormalig woonhuis van A. De Bruyn dat geflankeerd werd door twee koetspoorten, waarvan de rechtse toegang gaf tot een L-vormig bijgebouw en de linkse leidde naar een ruime stadstuin die zich uitstrekte tot aan de Voer. In de achtergevel werd een gedenkplaat aangebracht met opschrift "Posée par/ Ange De Bruyn/ architecte/ et/ M:L: Groetaers/ son épouse./ l'an 1824."
De herenwoning was opgevat als een dubbelhuis van drie traveeën, twee bouwlagen en een mezzanino onder een zadeldak, met een bepleisterde lijstgevel, opengewerkt door rechthoekige vensters (beluikt op de begane grond) en getypeerd door de deurtravee in empire-stijl: een rechthoekige deur met waaiervormig bovenlicht in een rondboogportaal dat afgelijnd wordt door pilasters met neuten in Gobertange-steen en Franse voegen onder een geprofileerde booglijst. Aan weerszijden van de deur zitten twee sfinxen op Dorische zuilen. Boven het portaal prijkt een drielicht van boogvensters met waaiervormig bovenlicht en zuilvormige penanten.
In 1839 bouwde A. De Bruyn voor zijn tweede echtgenote een paviljoen, palend aan de tuinpoort (heden nummer 1): een L-vormig volume in bak- en blauwe hardsteen met twee bouwlagen onder een pannen schilddak, een drie traveeën brede voorgevel aan de Biezenstraat, en een zijgevel van één travee aan de Kapucijnenvoer. Typerend zijn de aediculavormige deur in de voorgevel en de rondboognis in de zijgevel, opengewerkt met een drielicht van rondboogvensters onder een rechthoekig venster in een gegroefde omlijsting. In de achtergevel werd een gedenkplaat aangebracht met opschrift "Posée par/ Ange De Bruyn/ et/ M.S. Jacobs/ son épouse/ l'an 1839."
In 1869 werd de herenwoning aangepast, door uitbreiding met één travee op de plaats van de rechter koetspoort, en door verhoging van de mezzanino. Een jaar later, in 1870 toen de Voer gedicht werd en de tuin zijn natuurlijke begrenzing verloor, werden de bakstenen tuinmuur en de poort aan de zijde van de Kapucijnenvoer opgetrokken, beide naar ontwerp van J. Vingeroedt. Met uitzondering van de deur, bleef het 19de-eeuws schrijnwerk volledig bewaard, evenals de smeedijzeren trapleuning en dito trekbel. Achtergevel met driezijdige erker en grote, rechthoekige vensters met roedeverdeling. Aanpalend aan de rechterzijde staat een restant van wat vroeger een tuinkamer was in glas en metaal.
Het L-vormig dienstgebouw wordt gekenmerkt door een steek- en rondboogvormige arcade (grotendeels gedicht) en door een deels beglaasde bovenbouw. In de tuin staat een monumentale rode beuk.
Interieur. Monumentale hal met vide naar de eerste verdieping, verlicht door middel van het drielicht boven de deur en voorzien van een spiegelgewelf met rozet. De tegelvloer met ruit- en stermotief is voorzien van een koperen rooster, vermoedelijk voor een houtskoolvuur. Het portaal aan de vide is afgezet met zuiltjes en een balustrade van spijlen, schijf- en ruitmotieven.
Aan de tuinzijde bevindt zich een ovaal salon, voorzien van een parketvloer in visgraatmotief, een witmarmeren schouw met palmetten en deuren met okerkleurige chinoiserieën: menselijke figuren, vogels, pagoden, drakenkoppen, planten en bomen.
De kamers op de verdieping zijn voorzien van eenvoudige, marmeren schouwen. De woning van Ange De Bruyn - ook woning de Monge genoemd, naar de laat 19de-eeuwse eigenaar - werd al in 1944 als monument beschermd. Het paviljoen, Biezenstraat 1, en de tuinmuur met poort aan de Kapucijnenvoer werden in 1995 eveneens beschermd als monument.
Bron: MONDELAERS L. & VERLOOVE C. met medewerking van VAN ROY D., VAN DAMME M. en MEULEMANS K. 2009: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Vlaams-Brabant, Leuven binnenstad, Herinventarisatie, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen VLB2, onuitgegeven werkdocumenten.
Auteurs: Verloove, Claartje; Mondelaers, Lydie
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Verloove C. & Mondelaers L. 2009: Architectenwoning Ange de Bruyn [online], https://id.erfgoed.net/teksten/128392 (geraadpleegd op ).
Voormalig woonhuis van architect Ange de Bruyn; gedenksteen in de achtergevel: "posé par Ange de Bruyn, architecte et M.L. Grootaers son épouse, l'an 1842". Merkwaardig empirehuis met rondboogdeur geflankeerd door op sfinxen rustende zuilen.
Bron: GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
Auteurs: Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Genicot L. & Van Aerschot S. & de Crombrugghe A. & Sansen H. & Vanhove J. 1971: Architectenwoning Ange de Bruyn [online], https://id.erfgoed.net/teksten/42217 (geraadpleegd op ).