Twee panden van het breedhuistype met penantengevel, te dateren einde 18de eeuw; elk met drie traveeën en respectievelijk drie en vier bouwlagen onder zadeldak. Ontpleisterde bakstenen voorgevels met verwerking van zandsteen voor de boven- en onderdorpels van de verdiepte rechthoekige bovenvensters, de puilijst en steigergaten in nummer 43 en de muurbanden en vensteromlijstingen in nummer 45. Volgens archiefgegevens (1867) en oude foto's waren beide panden voorheen in de bovenbouw voorzien van een typerend panelendecor op de borstweringen en nummer 45 van een fraaie Lodewijk XVI-dakkapel. Nummer 43 behield nog zijn overluifeld laadvenster, nummer 45 zijn houten tand- en kroonlijst. Beide puien werden meermaals gemoderniseerd.

Gevels uit einde 18de eeuw met ietwat vooruitspringende penanten en dieper liggende rechthoekige vensters. Fraaie Lodewijk XVI-dakkapel (nummer 45). Winkelpuien uit de 20ste eeuw.