Teksten van Parochiekerk Sint-Hadrianus

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/42595

Sint-Hadrianuskerk ()

De neogotische parochiekerk van Wijgmaal, toegewijd aan de Heilige Hadrianus, werd volgens het kadaster en de literatuur gebouwd in 1887-1888 naar een ontwerp van de provinciale bouwmeester van Brabant, Louis Van Arenberg. De Wijgmaalse industrieel Edouard Remy, eigenaar van de gelijknamige fabriek, voorzag in het nodige kapitaal voor de bouw van de kerk. Hij en zijn opvolgers bouwden naast de stijfselfabriek langs de Vaart ook tal van woningen en gemeenschapsvoorzieningen voor de werknemers van de fabriek. Voor de kerktoren staat een Heilig Hartbeeld op natuurstenen sokkel. Rechts vooraan op het perceel staat een oorlogsmonument ter nagedachtenis van de Eerste Wereldoorlog.

Historiek

De Sint-Hadrianuskerk werd gebouwd naar aanleiding van de erkenning van Wijgmaal als parochie in 1875. De kerk kwam er ter vervanging van de Sint-Hadrianuskapel op het huidige Watermolenplein. Het ontwerpplan, gesigneerd door Louis Van Arenberg, dateert van 1885 en voorzag in een kerkhof achteraan het perceel (huidige Chirolokalen). Het perceel had Edouard Remy door middel van ruil met zijn zus verworven. De inzegening van de nieuwe kerk vond plaats op 7 september 1888. De kerk werd ingewijd als parochiekerk op 10 augustus 1893 door Kardinaal Goossens, aartsbisschop van Mechelen. De zijkapellen werden vergroot na 1913.

De kerk werd kadastraal geregistreerd gelijktijdig met de pastorie rechts van de kerk (nummer 9) en twee woonhuizen links van de kerk (nummers 1 en 3).

De kerkklokken werden weggenomen door Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1940 werd de kerk getroffen door een bombardement. De restauratie- en verbouwingswerken grepen plaats circa 1950. De Wijgmaalse parochiegemeenschap verving de gesmokkelde kerkklokken door drie nieuwe klokken over een periode van meer dan 20 jaar.

Beschrijving

De niet-georiënteerde kerk met basilicale opstand vertoont een plattegrond die bestaat uit een ingangstravee, links geflankeerd door een vierkante toren, een driebeukig schip van vier traveeën, een licht uitspringend transept met vlakke sluiting en een koor van twee traveeën met vlakke sluiting, geflankeerd door annexen. Het gebouw werd opgetrokken uit baksteen op een gebosseerde blauwe hardstenen plint, en afgedekt door leien zadel- en lessenaarsdaken. De traveeën zijn ter hoogte van de middenbeuk geritmeerd door lisenen en ter hoogte van de lagere zijbeuken door middel van steunberen. Daartussen bevinden zich gekoppelde spitsboogvensters. De gevels zijn verfraaid met een baksteenfries in driedubbel overhoekse muizentand. Het transept springt licht uit en wordt langs beide zijden gekenmerkt door een puntgevel die zich met de nok insnijdt in de lessenaarsbedaking van de zijbeuken. De vlakke sluiting wordt gekenmerkt door steeds twee steunberen die de spitsboogvormige deuren flankeren. Vensters in verkleinende ordonnantie werken de puntgevels open. Het spitse koor wordt gekenmerkt door drie spitsboogvormige vensters. Dit drieledige venster herhaalt zich in beide annexen, kleine volumes onder lessenaarsdaken.

De ingangstravee wordt geflankeerd door de vierkante kerktoren van drie geledingen onder een overhoeks ingesnoerde naaldspits aan de linkerzijde en door een lagere traptoren onder een kegelvormige spits aan de rechterzijde. Rechts vooraan tegen de zijbeuk werd een rouwkapel aangebouwd van één bouwlaag, in een stijl en in materiaal aansluitend bij het kerkgebouw.

Vierkante kerktoren van drie geledingen onder ingesnoerde naaldspits, overkragend op modillons. De geledingen worden gemarkeerd door hardstenen waterlijsten en de gevels worden geopend door spitsboogvensters al dan niet in een dito spaarveld; gekoppelde spitsbogige galmgaten in de bovenste geleding. De inkompartij wordt gemarkeerd door een puntgevel met schouderstukken en wordt net als de toren geleed door hardstenen waterlijsten. De spitsboogpoort is gevat in een verdiepte en geprofileerde natuurstenen omlijsting met colonetten; hogerop is er een groot spitsboogvenster met drie blinde spitsboognissen op de borstwering en een klein spitsboogvenster in de top. Aan de noordoostzijde is er een driekwartronde traptoren met lichtgleuven.

Interieur: De zijbeuken worden van de middenbeuk gescheiden door pijlers op vierkante natuurstenen sokkels, verbonden door spitsboogvormige scheibogen. Het houten spitstongewelf in de middenbeuk, tevens een lichtbeuk, rust op houten consoles en pilasters tussen de spitsboogvormige vensters. Deze opstelling herhaalt zich in de zijbeuken. De lagere koortravee wordt intern van het schip gescheiden door middel van een spitsboogvormige gordelboog en hogerop een glas-in-loodraam met Christusfiguur. Twee spitsboogvormige toegangen leiden via het koor naar de achterliggende sacristie. De vloer van het schip is bekleed met gevlamde cementtegels, de vloer van het transept is bedekt met zwart en witte natuursteen. Er staan twee houten beelden van de Heilige Hadrianus, waarvan één in eik van 123 cm groot uit de 16de eeuw en één in lindehout uit de 17de eeuw. Er is eveneens een Onze-Lieve-Vrouwebeeld met Kind uit lindehout uit de 17de eeuw.

  • Kadasterarchief Vlaams-Brabant, Kadastrale mutatieschetsen Leuven, afdeling XV (Herent), sectie B, 1888/1.
  • Beatrijsgezelschap Rotselaar 1968, Wijgmaal aan de Dijle, Leuven, 11.
  • BERCKMANS J., BERCKMANS M. & BOLLION C. 2003: Van Wicmale tot Wijgmaal: vroeger en nu in woord en beeld, S.l.: Verenigingscomité Wijgmaal, Leuven, 13.
  • BEYEN M. 2013: Straathistories, Leuvense buurten in woord & beeld: De Wijgmalenhoek. Leuven, 37, 39.
  • CRESENS A. 2012: De Leuvense Vaart: Van de Vaartkom tot Wijgmaal: aspecten uit de industriële geschiedenis van Leuven. 2 vols. Leuven, 146-147.
  • PIOT M. 2002: Geschiedenis van Herent: van Prehistorie tot 21ste eeuw. Herent, 13.
  • ROUWET M. 1946: Geschiedenis van Wijgmaal van 1200 tot nu. Wijgmaal, 51.
  • ROUWET M. 1975: Sprokkelingen uit de geschiedenis van Wijgmaal aan de Dijle. Wijgmaal, 102, 133, 146.
  • VERPOYLT R. 1981: Wijgmaals verleden: 23 gewassen tekeningen met begeleidende tekst. Tententoonstellingscatalogus, Wilsele.
  • WILLEMSENS C. 1986: Morfo-typologische studie van het dorp Wijgmaal, onuitgegeven verhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, Faculteit toegepaste wetenschappen, Afdeling architectuur: vol. I, 29 en vol. III, 2.4.
  • WILLEKENS E. 2016: The immovable heritage master plan as a new tool for integrated heritage conservation in Flanders. Case study: Wijgmaal, onuitgegeven verhandeling, Katholieke Universiteit Leuven, Faculteit ingenieurswetenschappen.

Auteurs:  Elsen, Liedewij; Willekens, Edith
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Hadrianus [online], https://id.erfgoed.net/teksten/311907 (geraadpleegd op ).


Parochiekerk Sint-Hadrianus ()

Neogotisch gebouw van circa 1900.


Bron: GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
Auteurs:  Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Hadrianus [online], https://id.erfgoed.net/teksten/42595 (geraadpleegd op ).