Traditioneel hoekhuis van Krabbenstraat en Palingbrug, dat in kern opklimt tot de 16de eeuw, maar in régencestijl werd verbouwd in de eerste helft van de 18de eeuw. Het pand werd door brand geteisterd in januari 1973, en onderging een ingrijpende restauratie, samen met de aanpalende panden Palingbrug 8 en 10. Een eerste ontwerp door de architect Jos Vanderperren uit 1975-1977 vond geen doorgang, een tweede ontwerp door de architect A. Michiels uit 1984 werd uitgevoerd. De werken beoogden de reconstructie van de oorspronkelijke toestand, met herstel en vernieuwing van het bak- en zandsteenparement, en reconstructie van de kruiskozijnen.
Het hoekpand vormt een samenstel van twee diephuizen, in totaal zes bij drie traveeën breed, en twee bouwlagen hoog, onder parallelle, afgesnuite zadeldaken (nok loodrecht op de Krabbenstraat, pannen), elk met een gereconstrueerd getrapt aandak en een vernieuwde dakkapel.
Voorgevel aan de Krabbenstraat. De régence-lijstgevel beantwoordt aan een skeletstructuur uit blauwe hardsteen met oplopende vensterposten, doorlopende dorpels en casementen in de borstweringen en de fries, ingevuld met baksteenmetselwerk. Hetzelfde gevelpatroon kenmerkt de panden Korte Doornikstraat 3 en Suikerrui 6. In de derde travee, spiegelboogdeur met bovenlicht gevat in een hardstenen omlijsting met geprofileerd, kwarthol beloop op neuten, waarvan de tussendorpel en de sluitsteen zijn versierd met schelpmotieven. In de hoektravee, een restant van de 16de-eeuwse toestand: een rechthoekige deur met bovenlicht, geprofileerde rechtstanden van witte natuursteen en een tussendorpel op korbelen. Verder registers van gekoppelde rechthoekige vensters in verkleinende ordonnantie, met geprofileerde dagkanten. Spiegels met uitgeholde hoeken vullen de casementen. Een geprofileerde daklijst waarop een houten goot vormen de gevelbeëindiging.
Zijgevel aan de Palingbrug. De traditionele lijstgevel is opgetrokken in bak- en zandsteenbouw met een kwarthol geprofileerde sokkel en speklagen, verankerd door smeedijzeren muurankers. Overstekende bovenverdieping op een eiken balk gestut door consooltjes. De pui bestaat uit een hoekportaal met bovenlicht en twee gekoppelde kruiskozijnen met kwartholle negblokken. De bovenverdieping wordt in de laatste travee geopend door een kruiskozijn met kwartholle negblokken en druiplijsten. Klimmende dakkapel boven de geprofileerde daklijst en goot.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 18#57805, 18#58598 en 18#64152.