Klein, homogeen gebouw in classicistische stijl, opgetrokken uit baksteen en arduin: westtoren, eenbeukige ruimte van vier traveeën op pilasters, en een driehoekige apsis geënt op een rechte travee; oostelijke sacristie. Het geheel wordt gedateerd 1782 door jaartal met twee blazoenen bij het ingangsportaal.
Mobilair. Barokke zijaltaren van 1623, met vermelding van de schenkers.
In de kerk bevindt zich een orgel van F. Loret uit 1840. De auteur van het orgel is bekend door een ellipsvormig papieren etiket boven het klavier dat "F. LORET – VERMEERSCH, fabriek van kerkorgels" vermeldt. Het orgel werd in 1840 gebouwd. In 1948 werd het getransformeerd door F. Joris uit Aarschot. De originele houten windlade is nog aanwezig en is onderaan met leer beplakt. De pijpstokken zijn geschroefd, de kleppen van de ventielkast zijn achteraan ingelijmd en vooraan geleid in een stift, er zijn veel hulpveren, de pulpeten zijn versleten en alle draden zijn verroest (toestand tijdens de prospectie van september 1976). De claviatuur was in origine ingebouwd aan de achterzijde, deze werd door F. Joris verplaatst naar de voorzijde. Het klavier is nieuw. Het wellenbord van de toetstractuur werd omgekeerd en ingekort, de eiken wellen hebben korte ijzeren wel-armpjes. De abstracten zijn nieuw. De registertractuur heeft eiken registerwalsen met ijzeren armen. De windvoorziening gebeurd door een origineel magazijnbalgje in de voet van de kast met twee voetpompen. De ouden windkanalen werden verlegd er is veel windverlies.
De orgelkast heeft een voor Fr. Loret zeer typerende vormgeving: twee vlakke zijtorens met elk drie pijpen en een vlak middenveld. De kast stond in origine in de balustrade, door F. Joris werd deze twee meter achteruitgeschoven. Het doksaal balkon zakt door (mogelijks de reden waarom het orgel werd achteruitgeschoven). De voet is voor- en achteraan beschadigd wegend het verplaatsen van de claviatuur. Aan de achterzijde zijn er nog vijf plus vijf registergaten. In de deuren achteraan is het jaartal 1840 uitgezaagd.
Auteurs: Roose, Patrick; Fauconnier, Antoine; Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Roose P. & Fauconnier A. & Genicot L. & Van Aerschot S. & de Crombrugghe A. & Sansen H. & Vanhove J. 2007: Parochiekerk Sint-Martinus [online], https://id.erfgoed.net/teksten/171341 (geraadpleegd op ).
Klein, homogeen gebouw in classicistische stijl, opgetrokken uit baksteen en arduin: westtoren, eenbeukige ruimte van vier traveeën op pilasters, en een driehoekige apsis geënt op een rechte travee; oostelijke sacristie. Het geheel wordt gedateerd 1782 door jaartal met twee blazoenen bij het ingangsportaal.
Mobilair. Barokke zijaltaren van 1623, met vermelding van de schenkers.
Bron: GENICOT L.F., VAN AERSCHOT S., DE CROMBRUGGHE A., SANSEN H. & VANHOVE J. 1971: Inventaris van het cultuurbezit in Vlaanderen, Architectuur, Provincie Brabant, Arrondissement Leuven, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 1, Luik.
Auteurs: Genicot, Luc; Van Aerschot, Suzanne; de Crombrugghe, Anne; Sansen, Hadewych; Vanhove, Jacqueline
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Genicot L. & Van Aerschot S. & de Crombrugghe A. & Sansen H. & Vanhove J. 1971: Parochiekerk Sint-Martinus [online], https://id.erfgoed.net/teksten/43188 (geraadpleegd op ).