Traditioneel diephuis met trap- of huistoren, genaamd "De Stove", "den Soeten Naem Jesus", "de Gulden Mantel" of "Kanunnikenhuis", dat in kern opklimt tot de 16de eeuw. het pand werd vermoedelijk vroeg in de 19de eeuw in neoclassicistische stijl aangepast met een lijstgevel, door het verwijderen van de geveltop. J.H. Van Bellingen, een fabrikant van zijdestoffen, liet in 1859 de hardstenen koetspoort aanbrengen. Het pand onderging een ingrijpende restauratie in opdracht van Paul Gilliot, met een vrije reconstructie van de trapgevel, naar een ontwerp door de architecten Vincent Cols en Jules De Roeck uit 1955-1956. Het architectenbureau had al in 1928 verbouwingswerken uitgevoerd in het pand, in opdracht van de krant “Het Handelsblad van Antwerpen”.
Opgericht in 1912, maakte het architectenbureau Cols en De Roeck in de jaren 1920 vooral naam met tuinwijken en woningen voor een bemiddeld cliënteel, aanvankelijk overwegend in traditionalistische stijl, later ook met invloeden van de art deco. Tot de belangrijkste realisaties uit de late jaren 1920 behoren het Century Hotel aan de De Keyserlei, de automobielfabriek van de Ford Motor Company op de Noorderlaan, en de parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Middelares en Heilige Lodewijk in Berchem. Omstreeks 1930 verplaatste het zwaartepunt van hun architectuurproductie zich naar grootschaliger bouwprojecten als bedrijfs-, kantoor- en appartementsgebouwen, in een meer eigentijdse vormentaal met gebruik van nieuwe materialen en technieken. Actief tot 1965, bracht het architectenbureau ook in de naoorlogse periode nog een indrukwekkende oeuvre residentiële en bedrijfsarchitectuur tot stand.
Diephuis van drie bij vijf traveeën en drie/twee bouwlagen onder een zadeldak (nok loodrecht op de straat, leien). Gereconstrueerde trapgevel van zeven treden met schouderstukken en een polygonaal topstuk. Deze is opgetrokken uit baksteenmetselwerk met spaarzaam gebruik van blauwe hardsteen voor de plint, deuromlijsting en vensterdorpels, en smeedijzeren sierankers. Pseudo-barokke inkomdeur met bovenlicht en opschrift “De Stove” op de sluitsteen; verkleinende registers van beluikte, rechthoekige vensters met lekdrempel; beluikt rondboogvenster en balkgat in de eenledige geveltop. In de aanpalende tuinmuur hardstenen, koetspoort in laatclassicistische stijl hier geplaatst in 1859, die mogelijk van omstreeks 1800 dateert. De omlijsting met geprofileerde dagkanten en een diamantkopsleutel op guttae, is gevat tussen pilasters met basement en ingediepte schacht, waarop de stafwerkconsoles met guttae en rozet van de gestrekte waterlijst.
Traditionele zijgevel in bak- en zandsteenbouw met speklagen op een hoge sokkel met keldermonden. Rechthoekige, deels beluikte vensters, aangepaste kruiskozijnen, met een hardstenen latei en lekdrempel onder een ontlastingsboog. Steigergaten onder de geprofileerde daklijst, die wordt onderbroken door twee getrapte dakvensters met overhoekse topstukken. Aangebouwde traptoren of huistoren waarvan de topgeledingen verdwenen zijn, in bak- en zandsteenbouw op een polygonale plattegrond. Deze is beëindigd met een daklijst op consooltjes onder een leien spits. Deurtje met latei op korbeeltjes en vergrote, verlaagde venstertjes.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 1859#596, 18#33693 en 18#35958, 1928#31721.