Een goed bewaard voorbeeld van een eind 18de-, begin 19de-eeuws pand is de tegenover het kerkkoor ingeplante voormalige herberg 'In de grote zaal', op oude foto’s voorgesteld met witgekalkte voorgevel.
Het pand is opgevat als een drie traveeën breed en twee bouwlagen hoog dubbelhuis (baksteen met verwerking van witte natuursteen voor omlijstingen en steigergaten), afgedekt met een rood pannen zadeldak gevat tussen met aandaken, muurvlechtingen en schouderstukken afgewerkte zijgevels. Een klein perron met links en rechts een trap verleent toegang tot de verhoogde begane grond. De symmetrische voorgevel met gecementeerde en bruin geschilderde plint wordt geleed door rechthoekige vensters in een vlakke natuurstenen omlijsting met licht vooruitspringende onderdorpel op neuten Een rechthoekige deur met vlakke stijlen en geprofileerde, entablementvormende druiplijst en erboven een met leien en pannen beklede dakkapel (laadvenster) markeren de middentravee. De deels vrijstaande linkerzijgevel is bovenaan opengewerkt met twee rechthoekige zoldervensters. De achtergevel gaat op het gelijkvloers schuil achter bijgebouwen terwijl de verdieping is opengewerkt met twee rechthoekige vensters in plattebandomlijsting. Het interieur kon niet worden bezocht.
DE COSTER L. 1974: De Sint-Pieter-en-Pauwelkerk te Neerijse in Brabant, 49-50.
DELMELLE J. 1957: Neerijse et son église in Brabant Tourisme, 1-2.
JANSSENS R. 1981: Eugène Gife 1819-1890. Provinciaal bouwmeester te Antwerpen. Een studie van zijn kerkelijke bouwkunst (onuitgegeven licentiaatverhandeling Gent).
DE KEMPENEER J. 1967: De oude pastorie van Neerijse in Mededelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring voor Leuven en omgeving, 40 – 46.
LEMAIRE R. 1906: Les origines du style gothique en Brabant. 1.1. L’Architecture romane, Brussel-Parijs, 141-143.
LEURS C. 1922: Les origines du style gothique en Brabant. 1.2. L’Architecture romane dans l’ancien duché, Brussel, 12-13.
STIJNEN H. (1998): De onvoltooid verleden tijd, (Kortrijk), 142-143.