Schilderachtig kerkje van het basilicale type: westtoren gevat tussen de verlengde zijbeuken, drie beuken van drie traveeën afgedekt met een hoog zadeldak, vooruitspringend dwarspand en koor met vlakke sluiting geflankeerd door sacristieën.
Kleine romaanse toren opgetrokken uit ijzerzandsteen in breuksteenverband (11de eeuw); vier lage verdiepingen afgedekt met vlakke zolderingen; gevelmuren voorzien van schietgaten en eenvoudige galmgaten op de hoogste verdieping; klokkenverdieping verhoogd tijdens de 14de eeuw; halfrond venster boven een classicistisch portaal (gedateerd 1750 op de makelaar).
Romaanse beuk op vierkante pijlers zonder imposten; dichtgemetselde bovenlichten onder de bepleistering; oostgevel herbouwd in de 17de eeuw(?); stucplafonds uit 18de eeuw.
Zijbeuken in 1769 van baksteen heropgebouwd en verbreed in classicistische stijl (jaartal boven de deur van toren naar beuk).
Gotisch transept en koor van ijzerzandsteen in groot verband (eerste helft 16de eeuw); eenvoudige lancetvensters, vermoedelijk circa 1600 verbouwd in de kruisarmen (zie puntgevel) en tijdens de 18de eeuw in het zuidkoor. Middeleeuwse noordsacristie onder een lessenaarsdak (recente zuidsacristie).
Mobilair. In de hoofdbeuk, twee schilderijen (circa 1700); in het koor houten gotische beelden en gepolychromeerde barokbeelden (15de-17de eeuw); fraaie gotische Madonna op het altaar (circa 1500). Goed herschilderde barokzijaltaren (deze van de noordzijbeuk boven de nis gedateerd 1634 en voorzien van renaissance-rolwerkversiering) met doeken uit dezelfde tijd; barokhoofdaltaar (18de eeuw); koorgestoelte verfraaid met trofeeën en tien beschilderde medaillons in zogenaamde Vlaamserenaissance-stijl (eerste helft 17de eeuw).
Het orgel heeft een kleine viervoetsorgelkast in sobere laatklassieke stijl. Het instrument dateert uit de eerste helft van de 19de eeuw, maar werd nog helemaal gebouwd volgens de oudere tradities waarvan het pijpwerk met een hoog loodgehalte, een windlade met gespijkerde pijpstokken, enzovoort getuigen.
Het instrument werd onderhouden door L. Fr. Vandenplas die ter plaatse koster-organist was (circa 1865-1880). Binnenin de kast achter het front een inscriptie: "Deze facade is in tin gezet door L. Fr. Vandenplas koster organist alhier in den jare 1872 in de maand september".
Archief Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant, DB000619, Sint-Katharinakerk, Klasseringsvoorstel m.b.t. historische kerkorgels in het arrondissement Leuven, s.d.
FAUCONNIER A. & ROOSE P. 1977: Het historisch orgel in Vlaanderen, deel II b, Brabant - arron. Leuven, Brussel, 215-217.