Zogenaamd "Domein Roggeman", voorheen "Villa Roman". Voortuintje afgesloten door een laag hek aan gemetselde pijlertjes en ijzeren borstweringen tussen bakstenen pijlertjes en op muurtjes. Aangelegd voortuintje met trappen en keermuren, links met plataan. Toegang tot het domein via inrijhek rechts van het huis met brede rondbogige doorgang onder gemetselde puntgevel.
Villa in art-deco-getinte stijl volgens kadasterarchief gebouwd circa 1927 door weduwe van brouwer Aloïs Roman-Uyttersprot van de nabijgelegen brouwerij Roman in Mater (Oudenaarde); aangepast en vergroot door zoon Joseph Roman in 1935. Baksteenbouw van twee bouwlagen onder schilddak (pannen) met een centrale dakkapel. Gelijkvloerse verdieping voorzien van arduinen plint en gepleisterd parement met schijnvoegen. Centrale rechthoekige deur met luifel op gekoppelde zuilen met erboven gebogen erker. Rechthoekige vensters. Links en rechts een lager gedeelte onder plat dak. In rechter aanbouwsel, glasdeur met ijzerwerk voorzien van initialen RC (Roman Christaen).
Interieur
In achtergevel, kleurrijk glasraam van trappenhuis met figuratieve voorstelling. Eetkamer in eclectische stijl gedateerd 1935 in schouw en glasraam; overvloedig voorzien van initialen R C van bouwheren.
Rechts, alleenstaand bijgebouw met washok en garage van één bouwlaag onder schilddak, van de woning gescheiden door een rondbogige poortdoorgang, toegevoegd bij de heraanleg van de tuin in 1935. Aan de straatzijde blinde gevel met hoger opgaand middendeel en drie nissen waarvan de in drie lagen uitkragende gemetselde rondbogen rusten op bakstenen penanten tussen witgeschilderde gecementeerde kwartkolommen met bundelprofilering.
Ruime tuin aangelegd en bouw van tuinarchitectuur in opdracht van J. Roman circa 1935 en na de oorlog aangepast en uitgebreid. Een nog bewaard plan voor de aanleg van het tennisplein werd opgemaakt door G. Braeckman in 1945. Van de voortuin goed afgesloten achtertuin met sier- en moestuin afgeboord met taxushaag, een tennisplein (deels met keermuren afgeboord) en een weide. Dicht bij de achtergevel van de woning staat een groep van drie beuken, verder: es, zuilvormige Japanse notenboom, treurbeuk, treurvormige honingboom, vederesdoorn en drie rode paardenkastanjes. Om het terrein in de gewenste vormen te krijgen werd een grote massa grond aangevoerd en is de tuin, vooral aan de achterzijde, soms verschillende meter hoger gelegen dan het oorspronkelijke maaiveld. Op verschillende plaatsen, rustpunten met banken met een mooi gezicht op de tuin of op het omliggende landschap. Van op een kunstmatig aangelegde heuvel met een oude taxus werd een uitzicht op de tuin ontworpen.
Koetshuis en paardenstallen, zogenaamd "boerderij Sint Antoon"; geschilderde eenlaagse gebouwtjes onder pannen zadeldaken in de stijl van een boerenhuis met stallen. Tegen stallen aangebouwde vernieuwde druivenserre en geschilderde bakstenen ronde duiventoren onder torenspits met windwijzer. Verderop in de tuin, een in een aarden wal ingewerkte, met grond afgedekte en met bomen beplante paardenstal, gelegen bij een voor paarden afgespannen weide die in de tuinaanleg is begrepen. Tenslotte een eenlaags bakstenen paviljoen in art-decostijl met drie halfrond uitgebouwde erkervensters onder platte daken.